Pdf downloaden
Pdf downloaden
Sommige paarden hebben een hekel aan een ruiter of zadel op hun rug, andere paarden hebben een hekel aan de omgeving waarin ze gereden worden. Daarnaast heb je ook nog paarden die gewoon hun energie kwijt moeten. Wat de reden ook mag zijn, bokken is gevaarlijk voor de ruiter en degenen die zich in de buurt van het paard bevinden. Gelukkig zijn er manieren om je paard te helpen ontspannen of helemaal te laten stoppen met bokken.
Stappen
-
Wanneer een paard bokt, schakel dan onmiddelijk de achterhand uit. Dit kan je doen door je teugels hard naar links of naar rechts te trekken, zodat het paard je been aanraakt met zijn neus. Een paard kan niet bokken in deze positie; hij kan alleen in een kleine cirkel draaien. Het versterkt je positie als kuddeleider en maakt de spieren van het paard los zodat hij makkelijker kan bewegen.
- Laat de teugels pas weer vieren wanneer het paard gestopt is met bewegen en hou dan nog drie seconden langer vast. Doe hetzelfde aan de andere kant, om je punt duidelijk te maken aan het paard. Herhaal dit elke keer als het paard wilt gaan bokken of al bokt. Als het paard bekend staat om te bokken, doe je dit elke keer als je op het paard stapt. Doe het eerst als je nog naast het paard staat, daarna wanneer je op zijn rug zit.
-
Doe de ”scrunch”. Pak de teugels in één hand en laat je andere hand langs de teugel langs de nek glijden, wat een “scrunch” (een soort van druk) creëert. Dit zorgt ervoor dat een bepaalde wervel in de nek wordt geblokkeerd, waardoor het voor het paard onmogelijk wordt om te bokken. Vergeet niet om je benen te gebruiken, het paard zou nu moeten stoppen met bokken. Wanneer het paard gekalmeerd is haal je de druk van je benen en de paardennek.
- Een paard kan alleen bokken wanneer hij zijn hoofd omlaag houdt. Hou je teugels kort zodat je kan trekken wanneer het paard zijn hoofd naar beneden probeert te brengen, om zo te voorkomen dat hij gaat bokken.
-
Als je paard wel bokt, zit dan diep in het zadel. Hou je hakken uitgedrukt en je schouders naar achteren, en trek hard aan de teugels om het paard te ontmoedigen zijn hoofd naar beneden te doen. Onthoud; een paard met zijn hoofd opgericht kan niet bokken.
- Zorg voor beendruk. Vaak zal een ruiter het paard proberen te laten stoppen met bokken door hem stil te laten staan. Het is beter om het paard voorwaarts te laten gaan. Laat het paard niet stoppen, want anders kan het paard denken dat hij door te bokken niet meer hoeft te werken.
-
Als je je ongemakkelijk voelt kun je je van het paard laten vallen, maar ren daarna niet weg. De eerste stap is om achterover te leunen, dit maakt de kans dat je op je hoofd valt kleiner. Als je geen sterke ruiter bent, is het misschien makkelijker om je gewoon van het paard te laten vallen. Dit klinkt als een slecht idee, maar denk er eens over na: als je je paard niet kan stoppen, is het dan beter om je zelf van je paard te laten vallen, of om er afgebokt te worden?
- Het is het veiligste om je via de zijkant te laten vallen. Haal je voeten voorzichtig uit de beugels en laat je vallen aan de kant die je het veiligste lijkt. Het is een goed idee om je te laten vallen aan een kant waar geen andere paarden in de buurt lopen.
- Als er mensen in de buurt zijn, zullen ze waarschijnlijk helpen om de situatie onder controle te krijgen. Wanneer je alleen rijdt, roep dan om hulp. Er zal hoogstwaarschijnlijk wel een persoon op de manege aanwezig zijn die je kan helpen om de situatie onder controle te krijgen.
- Ren niet weg nadat je van je paard bent gevallen. Dit kan het paard laten denken dat er gevaar is, en met je meerennen of zelfs op je af rennen. Loop achteruit weg van het paard zodat je hem in de gaten kan houden. Wanneer het paard rustig is geworden kan je – mits je ongedeerd bent – weer op het paard stappen. Het is niet altijd de schuld van het paard en het is wreed om je paard af te rekenen op iets wat hij een keer heeft gedaan. Laat hem/haar bewijzen dat het een goed paard is en dat je hem/haar kunt vertrouwen.
-
Als je een goede band hebt met je paard kan je het paard aan je laten ruiken. De eerste stap om een paard te laten stoppen met bokken is door de waargenomen bedreiging weg te nemen. De tweede stap is door je paard jouw geur te laten signaleren door in de neusgaten van het paard te blazen. Paarden hebben grote olfactorische klieren die vele geuren opvangen om zo mensen/dieren/andere paarden te onderscheiden. Wanneer je paard je geur opvangt, zal het paard waarschijnlijk kalmeren.
- Als het paard nog steeds niet is gekalmeerd, moet je even wachten. Waneer het paard nog iets rustiger is geworden kan je beginnen aan de derde stap. Je plaatst je hand op de bovenkant van de neus van viervoetige vriend en je praat tegen hem, zodat het paard zijn aandacht op jou richt. Ga hiermee door en klop op de hals van het paard. Nadat je dit gedaan hebt, loop je een rondje met je paard zodat hij/zij weer vertrouwen krijgt in de omgeving en zodat het paard ziet dat er niks is om bang voor te zijn.
Advertentie
-
Hou het hoofd van het paard omhoog en de nek zacht en gebogen. Je kan dit bereiken door middel van korte ophoudingen en er altijd voor te zorgen dat je altijd verbinding hebt met de paardenmond. Laat het paard het bit niet vastpakken, laat je teugels niet los hangen en laat je handen niet op de nek van het paard rusten.
- De meeste paarden geven alleen maar een “bokje”, door even de achterbenen van de grond te tillen. Bij een echte bok zit het hoofd van het paard tussen zijn voorbenen en gooit hij de achterbenen hoger dan de romp.
- Een paard kan bokken omdat het helpt in balans te blijven. Sommige ex-renpaarden doen dit in (ren)galop op een open veld of rijbaan.
-
Hou je gewicht gecentreerd en ga niet voorover hangen. Je intenties door laten schemeren door middel van lichaamstaal is een effectief communicatiemiddel. Zit ontspannen op het paard met je gewicht gecentreerd. Visualiseer waar je heengaat en verplaats je hoofd in de richting waar je naartoe gaat. Dit zal je gewicht automatisch verplaatsen en een wending aangeven, zonder aan de teugels te trekken.
- Je hebt een sterke controle nodig over je paard, maar wees niet te hard. Als het paard jou als ruiter associeert met pijn, kan jij wel eens de reden zijn waarom het paard bokt.
-
Hou het paard voorwaarts. Als je twijfelt merkt het paard dit meteen en kan dit als een kans zien om je er af te bokken. Hou stevig contact met je onderbenen en als je een bok voelt aankomen, probeer het paard dan voorwaarts te houden. Een paard kan niet bokken zonder zijn voorbenen neer te zetten.
- Laat hem niet stoppen. Een paard kan bokken en dan stoppen, de enige reden waarom hij bokte was omdat hij wist dat de ruiter hem zou stoppen omdat hij zich misdroeg. Blijf verder rijden als dit het geval is, en het paard zal leren dat er geen beloning (het stilstaan) verbonden zit aan bokken.
-
Voorkom het verkeerd uitkomen bij springen. Als een paard snel bokt, zal hij gebruik maken van het verkeerd uitkomen bij de hindernis door te weigeren en je over de hindernis heen te bokken. Oefen de galopssprongen van je paard zodat hij beter uitkomt en een goede ruimte overhoudt voor de laatste galopssprong. Hou het paard voorwaarts!
- Moedig je paard aan met beenhulpen en geef hem voldoende ruimte om zijn nek te kunnen strekken door je handen en zwaartepunt naar voren te plaatsen.
- Als een paard bokt brengt hij zijn achterbenen in de lucht. Dit is gevaarlijk voor jou als ruiter, maar ook voor de andere ruiters om je heen. Als een ander paard bokt, probeer je jouw paard weg te sturen.
-
Blijf kalm zodat je paard kalm blijft. Je moet je angst of paniek niet delen met je paard. Een paard reageert op stem en geur. Als je op het paard zit, buig dan naar voren, hou zijn nek stevig vast en hou je hoofd tegen de zijkant van zijn nek. Spreek op een sussende toon en herhaal de naam van je paard.
- Praat niet tegen hem alsof hij een baby is, maar beeld je in dat het een bang kind is. Na een paar seconden kan je een streng en luid (maar niet boos) commando proberen om door te dringen tot zijn geleerde reacties. Je paard probeert zijn nerveuze energie kwijt te raken, dus bewegen is een goed idee. Ga niet galopperen tenzij je het leuk vind om op een ontspoorde trein te zitten.
- Het paard kalmeren is het enige wat je kan doen. Als je op de grond staat, blijf dan rustig, draai je zijdelings om en hou je ogen op de grond gericht. Maak geen oogcontact met het paard. Praat kalm en op een sussende toon. Gezien het om paniek gaat kan je proberen te glimlachen, gapen, zuchten of lachen. Je zult een instinct ontwikkelen om te ontspannen wanneer een situatie met je paard uit de hand loopt.
-
Leer je paard kennen. Paarden bokken vaak de onervaren ruiters en de ruiters die ze niet kennen af. In deze gevallen zal het tijd kosten. Leer je paard kennen en bouw een band met hem op. Op die manier zal hij weten dat hij je kan vertrouwen wanneer je hem aan het rijden bent.
- Een aanrader om wederzijds respect en vertrouwen op te bouwen is niet door te gaan rijden, maar door met je paard te wandelen. Praat met hem en stel hem gerust. Laat hem je volgen door de paddock of breng wat lekkers mee en leer hem trucjes! Het opbouwen van een goede band leidt tot respect. Een goede band krijg je niet alleen door het rijden.
Advertentie
-
Controleer het tuig. Controleer je paard op tekenen van ongemak, zoals een holle rug, oren in de nek of een “bleke” uitdrukking. Hij zou fysieke pijn kunnen hebben en door het bokken van de pijn af proberen te komen. Paarden bokken immers altijd voor een reden.
- Zorg ervoor dat je tuig het paard goed past. Een slecht passend zadel geeft je paard rugpijn en drukplekken, maar kan ook leiden tot psychologische angst om gereden te worden, wat de omgang met het paard een stuk moeilijker maakt.
- Laat je zadel door een specialist nakijken om te kijken of het zadel de juiste pasvorm heeft voor jouw paard. Laat de rug en ruggengraat van je paard ook nakijken. Wanneer deze zijn nagekeken, controleer je het hoofdstel en het bit. Als al deze potentiële oorzaken worden uitgesloten moet je nagaan of bokken niet door jou als ruiter wordt veroorzaakt.
-
Kijk hoe je paard zich voelt. Je moet uitzoeken waardoor het probleem wordt veroorzaakt. Krijgt het paard genoeg beweging? Weet je zeker dat hij geen pijn heeft? Hou de oren van je paard in de gaten. Als zijn oren naar voren zijn gespitst, kan het zijn dat hij gewoon wat energie kwijt moest. Als hij zijn oren in zijn nek heeft liggen, kan hij van streek zijn of toch ergens last van hebben.
- Soms bokt of misdraagt het paard zich omdat hij je iets duidelijk probeert te maken. Het is belangrijk om naar je paard te luisteren want vaak probeert hij gewoon aan te geven dat er iets mis is. Een andere reden kan zijn dat hij te veel energie heeft. Zelfs het braafste paard kan bokken als hij te veel energie heeft. In dit geval kan je je paard longeren totdat hij wat energie kwijt is.
- Longeren voor het rijden kan ook helpen. Het paard kan zijn frustratie en energie kwijt voordat je op hem gaat zitten, op die manier kunnen jullie beide genieten van een kalm ritje. Je kan ook de longeerlijn door de beugel halen om het paard te laten wennen aan de druk van de teugels.
-
Controleer of er een verband zit tussen externe factoren en wanneer je paard bokt. Als hij bang is van een bepaalde omheining, kan hij elke keer dat hij langs de omheining loopt gaan bokken. Doe wat grondtraining met je paard en probeer hem op zijn gemak te stellen. Als hij overgevoelig is voor bepaalde oefeningen, beperk dan de tijd die je aan de oefening besteeds of geef hem veel positieve aanmoediging wanneer hij het goed doet. Vervolg dan met een oefening of activiteit die hij wel leuk vind om te doen.
- Forceer hem niet om te lang door te gaan met een frustrerende oefening. Bouw de tijd langzaam op.
-
Begin rustig, bestudeer zijn gedrag bij elke stap. Als je niet op je paard kan zitten zondat dat hij als een gek gaat bokken, begin dan langzaam met stappen en bouw het op. Bestudeer hem wanneer hij bokt, en straf en beloon wanneer nodig.
- Bijvoorbeeld, als je paard bokt wanneer je wilt overgaan in galop, laat hem dan weten dat dit niet mag en ga over in draf. Vraag opnieuw en opnieuw om in galop te gaan totdat hij niet meer bokt. Beloon hem dan. Beloning is een groot onderdeel van het trainingsproces.
-
Laat het paard opnieuw trainen. Vergeet niet dat de mogelijkheid bestaat dat je paard aangeleerd is om te bokken. Misschien was het vroeger een rodeopaard, of misschien heeft iemand het paard met opzet geleerd om te bokken. Misschien moet het paard helemaal opnieuw getraind worden of kom je erachter dat het voor je eigen veiligheid beter is om een ander paard te kopen.
- Paarden leren al snel dat bokken een effectieve manier is om een onervaren ruiter van hun rug te krijgen. Als dit probleem zich blijft voordoen, heeft het paard waarschijnlijk geen respect voor je. In dit geval kan je je paard laten trainen, en zelf ook wat rijlessen nemen. Misschien overweeg je de aankoop van een nieuw paard omdat je huidige paard niet past bij je rijniveau.
- Als je besluit om je huidige paard te houden, wees je er dan van bewust dat je paard je kan gaan proberen om je uit te testen bij je volgende rit, zelfs al heeft hij zich zo goed gedragen bij de trainer. Als je echt niet tegen het bokken kan, zoek dan een ander paard.
Advertentie
Tips
- Paarden voelen als de ruiter nerveus is. Blijf kalm en ontspannen.
- Trek de teugels niet recht naar je toe, dit kan je paard bokkensprongen laten maken. Trek aan één teugel en trek deze naar de zijkant.
- Een paard wat bekend staat om te bokken dient niet door een beginner gereden te worden. Dit kan gevaarlijke situaties opleveren.
- Singel het zadel extra goed aan als je weet dat je paard kan gaan bokken. Je kan vallen tijdens het bokken. Bij een westernzadel kan je je vasthouden aan de knop tijdens het bokken. Hou ook de teugels goed vast.
- Schakel een dierenarts of trainer in als niets anders helpt.
- Probeer op je paard te blijven zitten als hij bokt. Als je eraf valt leert het paard dat bokken een manier is om de ruiter van zijn rug kan krijgen.
- Als beginner is het waarschijnlijk het beste om met een westernzadel of een stockzadel te rijden, omdat deze zowel aan de voor- en achterkant steun geven.
- Draag een lange dressuurzweep bij je. Als het paard bokt, geef je hem een tik op de schouder met de zweep. Uiteindelijk zal het paard bij het zien van de zweep niet meer bokken, omdat hij de zweep associeert met iets een onplezierig gevoel tijdens het bokken.
- Een paard wat nog nooit heeft gebokt kan bij jou ook voor een eerste keer bokken!
- Geef nooit op! Bokken is een slechte gewoonte die soms moeilijk af te leren is, maar laat dit je vertrouwen niet beschadigen. Ga altijd weer op het paard zitten nadat je bent gevallen.
Advertentie
Waarschuwingen
- Als je valt, val dan op je zij. Op je rug, hoofd of buik vallen kan schadelijker zijn en zal je kwetsbaarder maken.
- Probeer te rollen terwijl je valt. Het zal de impact van de val verminderen en zorgt ervoor dat je verder bent verwijderd van het paard.
- Als je valt, blijf dan uit de buurt van de paardenbenen. Paarden proberen alles wat op de grond ligt te ontwijken, maar een ongeluk zit in een klein hoekje.
- Raak niet in paniek en ga niet in de wilde weg aan de teugels trekken om het paard te laten stoppen met bokken. Hierdoor zal het paard in de war raken en nog meer gaan bokken. Het is belangrijk om kalm te blijven.
Advertentie
Over dit artikel
Deze pagina is 21.022 keer bekeken.
Advertentie