Pdf downloaden
Pdf downloaden
Er is een fabeltje dat zegt dat wafels zijn uitgevonden door een ridder die met zijn harnas in het pannenkoekbeslag ging zitten, waardoor de geruite lekkernij ontstond. Gelukkig zijn er nu wafelijzers om ze te maken. Lees verder om te leren hoe je de perfecte wafels maakt, die zacht van binnen en knapperig van buiten zijn.
Ingrediënten
- 200 gram bloem (je kunt ook voor de helft volkorenmeel of boekweitmeel gebruiken)
- 1 theelepel zout
- 2 theelepels bakpoeder
- 2 eetlepels suiker
- 5 eieren, gesplitst
- 350 ml melk
- 2 tot 5 eetlepels gesmolten boter of olie
- 1 theelepel vanille-extract
Stappen
-
1Verhit het wafelijzer. Doe het in het stopcontact en wacht tot het heet is, of zet het op een bepaalde temperatuur, afhankelijk van het model dat je hebt. Meestal gaat er een lampje aan als het wafelijzer klaar is om te gebruiken.
- Een goede test om te zien of de temperatuur goed is, is door een druppel water op de plaat te laten vallen. De druppel moet sissen en 2-3 seconden ronddansen voor het verdampt. Als de druppel langer dan dat blijft liggen, is het ijzer nog niet warm genoeg. Als het meteen verdampt is, is het misschien te heet.
-
2Meng de droge ingrediënten. Doe bloem, zout, suiker en bakpoeder in een mengschaal. Als je heel luchtige wafels wilt, zeef de ingrediënten dan voor je ze mengt.
-
3Splits de eieren. Splits de eigelen en eiwitten in aparte schalen.
- Je kunt dit doen door een ei te breken, en het eigeel van de ene helft van de schaal naar de andere kant laten overlopen waarbij je het eiwit in een schaal laat druipen.
- Het is niet erg als er een klein beetje eiwit bij het eigeel blijft zitten, maar zorg dat er geen eigeel bij het eiwit terecht komt. Het eiwit wordt niet stijf als er zelfs maar een heel klein beetje geel in zit.
-
4Klop de eiwitten. Gebruik een garde of een mixer om de eiwitten stijf te kloppen tot ze schuimen en zachte pieken vormen.
-
5Klop de overige natte ingrediënten door elkaar. Klop boter of olie en eigeel in een aparte schaal samen. Doe de melk en vanille erbij en blijf kloppen tot het goed gemengd is.
-
6Doe de natte bij de droge ingrediënten. Maak een kuil in de droge ingrediënten. Giet het eigeelmengsel erin. Roer het tot alles goed nat is. Roer niet te veel, want dan worden de wafels te compact. Het geeft niet als er wat klontjes inzitten.
-
7Vouw de eiwitten erdoor. Meng ze voorzichtig met het beslag tot alles gelijkmatig verdeeld is. Nogmaals, meng niet te lang. Onthou dat vouwen een heel voorzichtige manier van roeren is.Advertentie
-
1Smeer het wafelijzer in met olie. Gebruik een kwastje of een keukenpapiertje om de boven- en onderkant van het ijzer van een laagje olie te voorzien. Doe dit voor elke wafel die je maakt, anders plakken ze vast.
-
2Doe er een lepel beslag in. Gebruik een half tot heel kopje per wafel, afhankelijk van je wafelijzer. Als je het niet zeker weet, doe dan wat minder dan je denkt. Het beslag zet uit als het bakt. Verdeel het gelijkmatig over de bodem van het wafelijzer.
-
3Doe het deksel dicht en wacht tot de wafel gebakken is. Het duurt ongeveer 2 minuten voor de wafel gevormd is. Als je van bruine wafels houdt, laat ze dan wat langer zitten.
- Druk niet op het deksel. Het deksel drukt hard genoeg van zichzelf en de wafels zullen een beetje uitzetten.
- Kijk naar de stoom. Het stomen wordt steeds minder of stopt helemaal tegen de tijd dat de wafel klaar is.
- Luister en kijk naar de thermostaat in je wafelijzer als die aan en uit slaat. Soms betekent het dat de wafel klaar is als de thermostaat uit is.
- Wafels zijn minder plakkerig als ze goed gebakken zijn. Als het wafelijzer moeilijk open gaat, en je hebt het goed ingevet, moet je het nog een minuutje geven.
- Open het wafelijzer tussentijds niet. Probeer elke wafel in één keer te bakken. Als je het ijzer opent en je ziet dat de wafel nog bleek is, doe het deksel dan voorzichtig weer dicht en laat het nog even bakken.
-
4Haal de wafel eruit. Met een spatel kun je de wafel eruit halen zonder dat hij breekt en zonder je vingers te branden. Leg het op een bord en giet nog meer beslag in het ijzer om de volgende wafel te maken. Herhaal tot al het beslag op is.Advertentie
-
1Serveer de wafels warm met boter en ahornsiroop.
-
2Serveer met poedersuiker en fruit. Probeer eens aardbeien, blauwe bessen, banaan of perzik.
- Om een fruitsiroop te maken doe je gesneden fruit, een paar theelepels suiker en een half kopje water in een pan. Verwarm het op middelhoog vuur. Roer het mengsel tot het indikt en giet de siroop over je wafels.
- Je kunt het fruit ook direct in je wafelbeslag doen. Roer er wat blauwe bessen, stukjes aardbei, schijfjes banaan of ander fruit door voor je het in je wafelijzer giet.
-
3Ga helemaal los met chocola. Serveer de wafels met chocoladesaus en slagroom om er een decadent dessert van te maken. Je kunt ook stukjes chocola in het beslag gooien voor je het in het wafelijzer bakt.Advertentie
Tips
- Een elektrisch wafelijzer geeft gelijkmatige warmte en bakt minder snel aan.
- Het kan een paar pogingen duren voor je de hoeveelheid beslag juist hebt, de temperatuur goed hebt en weet wanneer het klaar is. Heb geduld en geef niet op, ook al mislukken de eerste wafels misschien.
- Let op waar je het wafelijzer neerzet. De onderkant kan heet worden en er kan beslag uitdruppen.
- Je kunt ook met kant en klaar pannenkoekbeslag beginnen als je geen zin hebt om het beslag helemaal zelf te maken.
- Maak al het beslag op als je begonnen bent. Als je wafels over hebt kun je ze in een luchtdichte bak bewaren in de koelkast en opwarmen in de oven of broodrooster.
- Maak de wafels aan tafel klaar en serveer ze meteen. Als je moet wachten met serveren, dek ze dan af en zet ze op een bord in de oven op een lage temperatuur.
Advertentie
Benodigdheden
- Wafelijzer
- Schalen, lepels, messen en maatbekers
Over dit artikel
Deze pagina is 17.843 keer bekeken.
Advertentie