PDF download Pdf downloaden PDF download Pdf downloaden

Een datum in het Frans schrijven is niet moeilijk. De namen van de maanden en dagen worden niet met hoofdletters geschreven zoals in het Engels.

Methode 1
Methode 1 van 3:

Het schrijven en uitspreken van de datums in het Frans

PDF download Pdf downloaden
  1. [1]
    • januari: janvier
    • februari: février
    • maart: mars
    • april: avril
    • mei: mai
    • juni: juin
    • juli: juillet
    • augustus: août
    • september: septembre
    • oktober: octobre
    • november: novembre
    • december: décembre
  2. In het Frans wordt de datum geschreven in de volgorde 'dag maand jaar' niet gescheiden door komma’s. Vergeet niet dat de maanden geen hoofdletter hebben. Hieronder een aantal voorbeelden (plus de samentrekking):
    • 4 août 1789
    • 15 mars 2015
  3. Om de datum hardop uit te spreken, voeg je le aan het begin van de datum toe en lees je alle datums als hoofdtelwoorden ("vijf" in plaats van "vijfde"). [2] Hier zijn de eerdergenoemde voorbeelden geschreven zoals je ze zou uitspreken.
    • "le quatre août mille sept cent quatre-vingt-neuf"
    • "le quinze mars deux mille quatorze"
    • Elke maand is een mannelijk zelfstandig naamwoord, dus het lidwoord is altijd le .
  4. Wanneer je het over de eerste van de maand hebt, gebruik dan "1er" in schrift, en zeg "premier" bij het hardop uitspreken. Dit zijn de enige data waarbij rangtelwoorden worden gebruikt ("eerste") in plaats van het hoofdtelwoord ("een"). Bijvoorbeeld:
    • 1er avril, uitspraak "le premier avril"
    Advertentie
Methode 2
Methode 2 van 3:

Het schrijven en uitspreken van de dagen van de week

PDF download Pdf downloaden
  1. Raadpleeg de lijst hierboven om de dagen van de week in het Frans te leren en hoe ze worden uitgesproken. [3] Let op dat de dagen van de week niet met een hoofdletter worden geschreven in het Frans.
    • maandag: lundi
    • dinsdag: mardi
    • woensdag: mercredi
    • donderdag: jeudi
    • vrijdag: vendredi
    • zaterdag: samedi
    • zondag: dimanche
  2. Dit is hetzelfde als de datum in schrift, met de dag van de week aan het begin van de zin geplaatst. Zie hier een voorbeeld:
    • Nederlands: woensdag 5 juni
    • Frans (formeel schrift): mercredi, le 5 juin 2001
    • Frans (normaal schrift): mercredi 5 juin 2001
    • Frans (in spraak): mercredi cinq juin deux mille un
    • Frans (een specifieke dag, in spraak): le mercredi cinq juin deux mille un
  3. Elke dag van de week is een mannelijk zelfstandig naamwoord, dus wordt het lidwoord le gebruikt. [4] Bijvoorbeeld, "Le samedi est le sixième jour." betekent "zaterdag is de zesde dag." Wees echter wel bewust tussen het verschil le samedi en samedi als je het over een gebeurtenis hebt die op een specifieke dag plaatsvindt: [5]
    • Samedi, je dîne au restaurant. =Op zaterdag eet ik in een restaurant. (eenmalige gebeurtenis.)
    • Le samedi, je dîne au restaurant. =Elke zaterdag eet ik in een restaurant. (terugkerend gebeurtenis.)
    Advertentie
Methode 3
Methode 3 van 3:

Het gebruik van data in zinnen

PDF download Pdf downloaden
  1. Vraag aan iemand de datum van vandaag door te zeggen of te schrijven Quelle est la date aujourd’hui?
    • Aujourd'hui betekent "vandaag". Eventueel kan je d'aujourd'hui ("van vandaag") gebruiken, om het woord als een zelfstandig naamwoord te gebruiken in plaats van een bijwoord. Beide worden veel gebruikt.
  2. Om naar de dag van de week te vragen, zeg je Quel jour sommes-nous aujourd’hui? of Quel jour est-on aujourd’hui? [6]
  3. Wanneer iemand je een van de vragen hierboven vraagt, wees dan bereid om te antwoorden:
    • Om te antwoorden met "Het is vandaag maandag 15 november," schrijf 'Aujourd'hui, c'est le lundi 15 novembre .
    • Om te antwoorden "vandaag is het zondag," zeg Aujourd'hui, c'est dimanche. of simpelweg C'est dimanche .
  4. Gebruik dit woord om te schrijven "in juli" ( en juillet ), "in 1950" ( en 1950 ), "in april 2011" ( en avril 2011 ), enzovoort. [7] Deze zin kan aan het begin of het einde van een zin. Bijvoorbeeld:
    • J’ai un rendez-vous chez le médecin en mars. =Ik heb in maart een afspraak met de dokter.
    • J'ai vécu à Paris en 1990. =Ik heb in 1990 in Parijs gewoond.
    Advertentie

Over dit artikel

Deze pagina is 37.831 keer bekeken.

Was dit artikel nuttig?

Advertentie