Pdf downloaden
Pdf downloaden
Met een folioscoop (ook wel flipboekje genoemd) kun je veel lol hebben. Het is je eigen film of diavoorstelling. Je kunt er veel plezier mee hebben en bovendien leren hoe je een film maakt. Een folioscoop kan grappig zijn, je aan het denken zetten of je versteld doen staan. Er zijn meerdere manieren om zelf een folioscoop te maken en je kunt er veel verschillende dingen mee doen. Als je zelf je eigen folioscoop van papier wilt maken, kies dan voor methode 1; wil je een folioscoop op de computer maken, ga dan naar methode 2.
Stappen
-
Pak een stapeltje papier. Je kunt een notitieblok, post-its, bladzijden uit een schrift, printerpapier of zelfs de hoekjes van bladzijden uit een boek gebruiken. Dun papier is over het algemeen beter omdat je daar gemakkelijker doorheen kunt bladeren. Je kunt eventueel ook dikker papier gebruiken, maar het bladeren zal dan waarschijnlijk langzaam of schokkerig gaan.
- Hoeveel papier heb je nodig? Hoe meer beelden (vellen papier) per seconde je boekje bevat, des te realistischer de bewegingen van de personages of voorwerpen zullen lijken.
- Speelfilms bevatten over het algemeen tussen de 24 en 30 beelden per seconde--daarvoor zou je een hoop moeten tekenen, zelfs als je filmpje in totaal maar 3 seconden duurt! Voor een goede folioscoop zou je ongeveer tussen de 5 en 15 beelden per seconde moeten hebben.
-
Kies een onderwerp. Begin met een voorwerp of een personage dat je wilt laten bewegen. Je hoeft echt niet goed in tekenen te zijn en je folioscoop kan over elk onderwerp gaan dat je maar wilt. Je hoofdpersonen zouden simpele lijnfiguren, mensen of dieren kunnen zijn, of andere dingen die je graag wilt laten bewegen, zoals een auto, een vliegtuig, een boot, enzovoort.
- Je kunt ook heel goed voorwerpen gebruiken in je folioscoop; een simpele stuiterbal kan van je boekje een meesterwerk maken.
- Een folioscoop hoeft niet per se te bewegen; je kunt ook gewoon foto's gebruiken. Gebruik je fantasie!
-
Houd de post-its of vellen papier goed bij elkaar. Als je vellen papier ertussenuit haalt of bladzijden uit je notitieblok scheurt, werkt je folioscoop misschien niet of valt hij uit elkaar.
-
Zoek het onderste vel papier of de onderste bladzijde op. Teken hier het eerste figuurtje of voorwerp. Gebruik een potlood zodat je eventuele fouten zo uit kunt gummen. Je kunt later je tekening nog overtrekken met een pen of stift zodat deze duidelijker wordt.- Je kunt ook met het bovenste vel papier beginnen, maar dan wordt het wel lastiger om een vloeiend filmpje te maken omdat je dan niet terug kunt kijken naar het vorige beeld of deze kunt overtrekken.
- Je kunt ook een achtergrond toevoegen als je dat wilt. Dit kan een vaste achtergrond zijn, zoals een huis of iets dat niet met elk beeld verandert, of je kunt kiezen voor iets dat wel beweegt -- zoals wolken of een vliegtuig.
-
Ga naar het volgende "beeld" (het op een na laatste vel papier). Je zou je eerste tekening door het vel papier heen moeten kunnen zien. Als dit niet zo is, dan is het papier misschien te dik of je hebt niet duidelijk genoeg getekend. Begin dan opnieuw, of trek je eerste tekening nog een keer over zodat deze duidelijker wordt. Het is namelijk belangrijk dat je je vorige tekening door het papier heen kunt zien, zodat je ongeveer weet waar je op het tweede vel moet gaan tekenen.
- Als het personage of voorwerp beweegt, teken het dan nu op een iets andere plek op het papier.
- Beweegt je personage of voorwerp niet, teken het dan op precies dezelfde plaats.
- Hoe groter de verschillen tussen je tekeningen, des te sneller zullen de bewegingen van je personage of voorwerp zijn als je door je boekje bladert. Kleinere verschillen zullen er als langzamere bewegingen uitzien.
-
Herhaal het proces. Teken je personage of voorwerp steeds weer op een nieuw vel, totdat je geen papier meer hebt. Verander elke keer je tekening een klein beetje, zodat je personage of voorwerp van plaats begint te veranderen of beweegt. Hoeveel je je figuurtje wilt laten bewegen is je eigen keuze. Bedenk van tevoren wel hoe je de bewegingen er precies uit wilt laten zien en houd daarbij rekening met het aantal pagina's dat je in je boekje hebt. Zo past alles wat je wilt laten zien in je folioscoop.
-
Probeer je folioscoop uit. Test je boekje uit om te zien of de bewegingen van je personage of voorwerp je bevallen. Als je niet zoveel ziet gebeuren, pak dan je potlood en breng nog wat veranderingen aan zodat er meer beweging in je folioscoop zit.
- Wanneer je tevreden bent trek je je tekeningen over met een pen of stift zodat ze gemakkelijker te zien zijn.
-
Wees creatief. Er zijn heel veel dingen die je kunt doen met een folioscoop. Begin klein, misschien met een stuiterbal of een boos kijkend gezicht dat uiteindelijk in een lachend gezicht verandert. Je kunt ook een eerdere tekening die je gemaakt hebt gebruiken en deze aanpassen.
- Als je bijvoorbeeld begonnen bent met een stuiterbal, dan kun je je tekening aanpassen door je bal een gezicht, armen en benen te geven die tevoorschijn springen elke keer wanneer de bal stuitert.
Advertentie
-
Open een tekenprogramma op je computer. Kies een programma als Photoshop, Elements, GIMP of andere software waarmee je lagen kunt toevoegen.
-
Maak een nieuw document aan. Maak je document 800 bij 800 pixels om het zo groot als een post-it te maken. Geef je document een resolutie van 300 dpi zodat het er goed uit zal zien.
-
Maak de achtergrondlaag wit. Je kunt als je dat wilt ook een vaste achtergrond in deze laag tekenen die in elk beeld weer te zien is.
-
Maak een nieuwe laag aan. Dit is het eerste beeld van je folioscoop. Voor dit voorbeeld gebruiken we een simpel gezicht en veranderen we dit van een serieus gezicht naar een blij gezicht.
-
Kopieer de eerste laag. Als je klaar bent met tekenen op de eerste laag, kopieer deze laag dan en stel de transparantie van de eerste laag in op 20%. De eerste laag wordt dan doorzichtig en dit maakt het gemakkelijk voor je om je tekening op de volgende laag te zien.
-
Klik op de nieuwe laag. Verwijder de delen van de eerste laag die je niet wilt houden. Teken deze elementen dan op hun nieuwe plaats. In dit voorbeeld hebben we de wenkbrauwen, pupillen en mond verwijderd en daar kleine veranderingen in gemaakt.
-
Kopieer de nieuwe laag. Herhaal het proces weer: verwijder de delen die je niet wilt houden en teken ze op hun nieuwe plaats. Doe dit totdat je bij je laatste beeld komt.
- Wanneer je klaar bent met overtrekken en tekenen, stel de transparantie van elke laag dan in op 100%.
-
Maak een folioscoop! Er zijn een paar verschillende manieren waarop je van je tekening een folioscoop kunt maken. De eerste manier is om steeds één laag per keer (plus de achtergrond) zichtbaar te maken en deze uit te printen. Ga dan naar de volgende laag en werk zo door. Wanneer je alle tekeningen uitgeprint hebt, knip de witte stukken er dan af, niet de vellen papier aan elkaar en blader er doorheen.
- Het afknippen van de witte stukken is een belangrijke stap die je het beste kunt uitvoeren met een papiersnijmachine in plaats van een schaar. Je wilt immers dat elke pagina even groot is zodat je er gemakkelijk doorheen kunt bladeren.
-
Maak een filmpje! In plaats van op papier een folioscoop te maken, kun je er misschien ook een kort filmpje van maken. Als je tekenprogramma de mogelijkheid heeft om een animatie te maken, zoek dan in de gebruikershandleiding op hoe je dat het beste kunt doen. Het komt eigenlijk hier op neer: maak een beeld voor elke stap van je film en zet alleen die lagen aan die je in dat beeld wilt laten zien.
- In dit voorbeeld hebben we de achtergrondlaag aangezet voor elk beeld en vervolgens voor elk beeld een andere laag uitgekozen: Laag 1, Laag 1 kopie, Laag 1 kopie 2, enzovoort.
- Stel in hoe vaak je filmpje afgespeeld moet worden-- een keer, tien keer, eindeloos--zolang als je naar je animatie wilt kijken.
-
Exporteer je folioscoop. Wanneer je klaar bent, gebruik dan de exporteerfunctie van het programma en sla je folioscoop als videobestand op. Zo kun je het later uploaden op YouTube, zodat iedereen je filmpje kan zien.Advertentie
Tips
- Maak een ontwerp voordat je begint met tekenen.
- Bedenk dat als je met het onderste vel papier begint, je een beter idee krijgt waar je precies moet tekenen.
- Hoe meer beelden per seconde je hebt, des te realistischer zal je film eruitzien.
- Een manier om je folioscoop te bewaren (en jezelf helemaal gek te maken) is om van elke pagina een foto te maken zodat je ze later weer kunt samenvoegen, net zoals bij een stop-motionfilm.
- Je kunt een telefoonboek gebruiken om langere animaties te maken. Zorg ervoor dat je aan de rand van de pagina's tekent of gebruik een zwarte stift om op de pagina's te tekenen.
- Maak je tekeningen eerst met potlood. Je kunt ze later altijd nog overtrekken met een pen of stift. Denk eraan dat je pentekeningen niet verwijderen kunt. Er zijn wel uitwisbare pennen te koop. Deze zijn alleen niet geschikt hiervoor omdat je waarschijnlijk dun papier gebruikt. Door het wegvegen van de inkt kreukelt het papier en verknoei je je werk.
- Je kunt als je dat wilt op de bovenste pagina beginnen, maar dit is wel moeilijker.
Advertentie
Waarschuwingen
- Teken je film niet op post-its die uit elkaar gehaald zijn.
- Begin niet direct met je pen te tekenen. Gebruik eerst een potlood.
- Zorg ervoor dat je papier gebruikt dat niet snel kreukelt of slijt.
- Het kan zijn dat je folioscoop na verloop van tijd wat slijt, zodat er pagina's overgeslagen worden.
Advertentie
Over dit artikel
Deze pagina is 7.944 keer bekeken.
Advertentie
Meld je aan voor de gratis nieuwsbrief van wikiHow!
Je vindt dan elke week handige handleidingen in je inbox.
Meld me aan!
