Pdf downloaden
Pdf downloaden
Niets is leuker dan een lekker warm, knappend haardvuur. Helaas heeft niet iedereen een open haard en is open vuur in veel gevallen onveilig of verboden - bij een feestje binnen of tijdens een theatervoorstelling bijvoorbeeld. Voor deze situaties kan een nepvuur dat er realistisch uitziet de sfeer van een echt vuur op een veilige manier nabootsen. Ga door bij Stap 1 om te beginnen om je eigen nepvuurtje te maken.
Stappen
-
Knip je ‘vlammen’. Bij deze methode maken we gebruik van de luchtstroom van een ventilator om ervoor te zorgen dat de vlammen van stof gaan bewegen. De afmetingen van je vlammen zijn afhankelijk van de ruimte die je hebt en hoe groot je je vuur wilt hebben. Hou dit in je achterhoofd als je de vlammen uitknipt.
- Als je de vlammen knipt heb je meerdere mogelijkheden. Je kunt heel veel dunne reepjes stof knippen zodat je een dun, 'slierterig' vuur krijgt, of je kunt dikke vlammen knippen voor een wat robuuster vuur. Je kunt zelfs 3-dimensionale vlammen maken door een stuk stof in de vorm van een tent te gebruiken dat open is aan de onderkant -- zorg dan wel dat je aan de bovenkant meerdere gaatjes maakt, anders krijg je een hele ‘dikke’, opgeblazen vlam.
-
Maak de vlammen vast aan houten stokjes. De onderkant van elke vlam moet vastgemaakt worden aan een houten stokje zodat hij op zijn plaats blijft terwijl de rest van de vlam kan wapperen. Je kunt de vlammen allemaal aan een houten stok vastmaken, of je kunt ieder vlammetje zijn eigen stokje geven als je een indrukwekkender effect wilt.
- Als je een vlam in de vorm van een ‘tentje’ gebruikt, maak dan elke kant van de onderrand vast aan een apart stokje, zodat de bodem een beetje open staat. Dan kan de lucht er doorheen waardoor de vlam wordt opgeblazen.
- Let op -- voor alle duidelijkheid, de vlammen moeten over de hele lengte van het stokje worden vastgemaakt, niet aan een uiteinde ervan.
-
Leg de vlammen op de plek waar je het vuur wilt. Leg de stokjes met de vlammen eraan in je vuurkorf, of bovenop een emmer, etc. Leg de stokjes zo neer dat ze de ruimte waar de ventilator in komt te staan overspannen. De stokjes moeten parallel aan elkaar liggen, zodat de brede kant van de vlammen naar het publiek toe kan worden gericht.
-
Zet de ventilator onder de vlammen. Zet je ventilator zo neer dat hij recht omhoog door de vlammen heen kan blazen. Als je een vuurkorf gebruikt, kun je de ventilator daar onder leggen. Als je een emmer gebruikt, zet de ventilator dan in de emmer. Ook als je een andere bak gebruikt zet je de ventilator gewoon op de bodem neer zodat de vlammen van onderaf kunnen worden aangeblazen.
- Misschien vind je het handig om het vuur vlak voor een stopcontact te zetten, dan zie je geen snoeren naar je vuur lopen.
-
Zet een lichtbron onder de vlammen. Zet rood, oranje en/of geel licht direct onder de vlammen zodat ze van onderaf door het licht worden beschenen. Bij een theaterverhuurbedrijf kun je gekleurde lampen halen, maar je kunt ook een gewone zaklamp afplakken met gekleurd cellofaan.
-
Test je vlammen. Voordat je het helemaal afmaakt, is het slim om het even te testen. Dim de lichten in de kamer als dat kan, zet de gekleurde lampen en de ventilator aan. Als alles naar behoren werkt, bewegen de vlammen realistisch en worden ze van onderaf verlicht. Als dat niet zo is, pas je vuurtje dan aan en test nogmaals.
-
Verstop je ventilator en verlichting. Nu het vuur goed werkt, moet het eruit gaan zien als een echt vuur. Je kunt bijvoorbeeld houtblokken over en om de vlammen heen leggen. Je kunt ook wat as rond het vuur strooien.
- Als je geen echte houtblokken hebt, is dat niet erg: je kunt ook wc-rolletjes inpakken met bruin papier.
- Je kunt ook het idee wekken van echte kooltjes, door een snoer kerstlampjes onder in het vuur te leggen. Dit werkt het best met rode of oranje lampjes, maar je kunt ook wat rood of oranje cellofaan over de lampjes heen leggen.
Advertentie
-
Maak vlammen van vloeipapier. Je kunt vloeipapier in de kleur van vlammen zo vouwen dat het vlammetjes lijken. Als je klaar bent, plak de individuele vlammen dan aan elkaar om een mooi, meerkleurig vuurtje te maken. Een snelle, makkelijke manier om prachtige vlammen te maken is als volgt:
- Leg een velletje vloeipapier voor je op tafel. Knijp het in het midden voorzichtig samen. Hou het papier vast en breng het snel omhoog, en neem het papier samen. Door de kracht van het omhoogtrekken krijgt het papier de vorm van een vlam. Wees voorzichtig - het verliest zijn vorm snel weer.
-
Maak houtblokken van keukenrollen. Teken met een watervaste marker houtnerven op een keukenrol of op wc-rolletje. Je kunt de langere keukenrollen ook doorknippen zodat ze allemaal even groot zijn.
- Als je tijd hebt, kun je de rolletjes eerst in een bakje water laten weken, verkreukelen en laten drogen voordat je er nerven op gaat tekenen. Dan zien ze er nog echter uit.
-
Lijm de vlammen aan de houtblokken. Nu je vlammen en blokken hebt, is het tijd om een kampvuur te bouwen. Leg de blokken neer zodat het op een echt vuurtje lijkt - misschien leg je ze in een losse stapel op elkaar, of zet je ze rechtop in de vorm van een piramide. Lijm de houtblokken aan elkaar. Lijm daarna de vlammen eraan. Doe, om het echt te laten lijken, een paar vlammen aan de bovenkant en een paar aan de zijkanten.
-
Voeg nepstenen toe. Om het nog wat meer te versieren, kun je grijze kooltjes of stenen in en rondom je vuur maken. Dit is heel makkelijk - je hoeft alleen wat piepschuim vulmateriaal grijs te verven (met een spuitbus gaat dat heel snel). Voor grotere stenen kun je stukken van piepschuim verpakkingsmateriaal afbreken en verven.
-
Schijn met een zaklamp door je vlammen heen. Door een kleine, goed verborgen zaklamp achter je vuurtje te houden kun je je vuurtje laten gloeien. Verstop een kleine, niet al te felle zaklamp zodat die de vlammen van onderaf kan beschijnen. Als je het goed doet is het licht aan de onderkant het felst, wat de indruk wekt dat het vuur echt laait.
- Gewone lampjes werken hiervoor beter dan LED-lampjes. LED geeft vaak een ‘wit’ licht wat te fel kan zijn, terwijl ouderwetse lampjes een warmer en iets zachter licht geven.
-
Zet een ventilator achter je vuurtje (optioneel). Als je plek hebt kun je een kleine ventilator zachtjes achter je vuurtje laten draaien zodat je vlammen gaan bewegen. De vlammen mogen niet heel dramatisch heen en weer vliegen - het moet een zacht, subtiel effect geven, dat niet te veel afleidt.
-
Klaar!Advertentie
Waarschuwingen
- Wees voorzichtig als je knipt.
- Gebruik geen papieren houtblokken om een echt vuur mee te maken.
Advertentie
Benodigdheden
Stof en ventilator:
- Dunne, dichtgeweven witte stof. Zijde, rayon, nylon en polyester werken goed.
- Houtblokken. Echt of nep.
- Een ventilator.
- Gekleurd licht. Je kunt echte gekleurde lampen gebruiken, of een gewone zaklamp met gekleurd glas of cellofaan.
- Dunne houten stokjes.
- Cellofaan in de kleur van vlammen.
- Lichtsnoer. Kerstlampjes of LED-strips zijn prima.
- Vuurkorf. Daarin ziet een vuur er realistisch uit.
- Emmer of andere bak. Handig om de ventilator en het licht te verstoppen.
Snelle manier met vloeipapier en een zaklamp:
- Meerdere velletjes vloeipapier - rood, oranje en geel.
- Keukenrollen en wc-rolletjes
- Watervaste stift
- Zaklamp
- Lijm
- Ventilator (optioneel). Hoe kleiner hoe beter.
- Piepschuim vulmateriaal (optioneel)
- Grijze verf (optioneel)
Over dit artikel
Deze pagina is 18.339 keer bekeken.
Advertentie