Pdf downloaden
Pdf downloaden
Patchworkquilts zijn betoverend om naar te kijken, om te bezitten en om te maken. Een van de eerste handwerkprojecten die veel jonge meisjes uit vorige generaties leerden maken was een patchworkquilt. Hiermee beginnen is heel eenvoudig en je creativiteit groeit vanzelf naarmate je meer quiltprojecten hebt gedaan.
Stappen
-
Verzamel restjes stof. Die kunnen afkomstig zijn van andere naaiprojecten, oude jurken, of stoffen van familie en vrienden. Bewaar deze voor je patchworkquilt.
- Afhankelijk van je smaak, kunnen ze allemaal dezelfde grootte hebben of van verschillende groottes en vormen zijn. Bedenk hoe de stukken een geheel kunnen vormen. Probeer minstens 6 verschillende patronen te hebben.
-
Zoek een patroon. Zoek op internet (Google Boeken is een goede plek om te starten) en in hobbyboeken naar een patroon dat past bij wat je wilt of maak er zelf één door te beslissen hoe jij wilt dat je quilt eruitziet.
- In quiltontwerpen worden kleine stukjes stof gebruikt om een collageachtig uiterlijk te creëren van een deel van de blauwdruk van een patroon. De lapjes zijn over het algemeen niet kleiner dan 5 bij 5 cm en kunnen veel groter zijn, afhankelijk van je gekozen ontwerp.
-
Besluit welk patroon je voor je quilt wilt gaan gebruiken. Knip dan lapjes stof in de kleuren en motieven die je nodig hebt. Een goede schaar kan je hierbij geweldig van dienst zijn.
- Zorg voor een naadtoeslag van ongeveer 1 cm aan alle kanten. Als je vierkanten van 5 cm wilt, maak ze dan ongeveer 6 cm groot aan alle zijden.
- Natuurlijk hoef je geen vierkanten te gebruiken. Rechthoeken en driehoeken werken ook goed.
- Vorm je ontwerp op de grond. Het is veel makkelijker om je quilt op de juiste manier neer te leggen als hij niet in elkaar genaaid is. Leg alle stukjes in precies die volgorde die je wilt. Niet alleen kun je zo goed zien hoe de kleuren bij elkaar passen, je kunt ook zien hoe groot je quilt wordt en of je blij bent met het formaat.
Advertentie - Zorg voor een naadtoeslag van ongeveer 1 cm aan alle kanten. Als je vierkanten van 5 cm wilt, maak ze dan ongeveer 6 cm groot aan alle zijden.
-
Naai de geknipte lapjes van je quilt aan elkaar. Doe dit rij voor rij. Je kunt hiervoor een naaimachine gebruiken of het met de hand doen, als je je steken vertrouwt - en als je het geduld ervoor hebt.
- Als je alle rijen hebt genaaid, dan naai je ze aan elkaar. Het is makkelijker om eerst alle rijen te maken, dan in het wilde weg de lapjes aan elkaar te naaien.
- Let erop dat de lapjes allemaal met de goede kant in dezelfde richting liggen! De bedrukte kanten moeten allemaal aan dezelfde kant zitten. Als je een naaimachine gebruikt zorg er dan voor dat je voet op ½ cm is afgesteld.
-
Strijk de bovenkant van de quilt met een strijkbout. Stel hem in op een temperatuur die past bij de stof die je hebt gebruikt. Strijk de naden glad om er zeker van te zijn dat de quilt er glad uitziet als hij klaar is.
-
Gebruik één stuk stof voor de achterkant van je quilt. Hij moet 20 cm breder en langer zijn dan de bovenkant van de quilt als die af is. Bij een stoffenwinkel kunnen ze hem voor je op maat knippen, maar het kan ook gebeuren dat je twee lange stukken moet kopen en die aan elkaar moet naaien.
- Leg de stof voor de achterkant neer op een plek waar je je werk kunt uitspreiden. Leg hem met de goede kant naar beneden op de vloer. De mooie kant moet van je af liggen.
- Leg de achterkant op de vloer of op een grote, brede tafel. Leg de stof neer met de goede kant naar beneden. Spreid de achterkant gelijkmatig uit.
- Plak de boven- en onderrand met afplakband aan de vloer vast, terwijl je de vouwen gladstrijkt voordat je de randen vastplakt. Het is belangrijk om de stof zo glad en kreukvrij mogelijk te krijgen, zonder de stof zo strak aan te trekken dat je het uit zijn verband trekt.
- Als je tevreden bent over het resultaat neem je een bus lijmspray voor quilts en spray je dat genereus over de stof.
-
Leg de vulling glad over de stof voor de achterkant. In de vulling zal je lijnen blijven zien op de plekken waar die gevouwen is geweest, maar als je ze met je handen glad hebt gestreken hoef je je geen zorgen te maken dat de vouwen zichtbaar zullen blijven (zoals hierboven). Vulling hoeft niet te worden gestreken.
- Spray ook een laag lijmspray op de vulling.
-
Leg er nu de bovenkant van de quilt op, met de goede kant naar boven. Alles moet glad zijn, zonder kreuken. Je zult zien dat de bovenkant van de quilt kleiner is dan de onderste twee lagen – dit is met opzet, omdat het anders erg moeilijk is alles precies goed bovenop elkaar te leggen. Wrijf alle kreukels eruit tot de bovenkant van je quilt helemaal glad ligt.
- Speld de delen aan elkaar met een afstand van 15 cm tussen de rijen spelden. Je kunt zoveel of zo weinig spelden gebruiken als je wilt. Begin met spelden in het midden en werk daar vandaan in concentrische cirkels naar buiten toe. Hierdoor wordt alle extra stof naar de buitenkant van de quilt geduwd, in plaats van opgepropt in het midden.
- Als alles is vastgespeld verwijder je het afplakband, waardoor de quilt loskomt van de vloer.
- Speld de delen aan elkaar met een afstand van 15 cm tussen de rijen spelden. Je kunt zoveel of zo weinig spelden gebruiken als je wilt. Begin met spelden in het midden en werk daar vandaan in concentrische cirkels naar buiten toe. Hierdoor wordt alle extra stof naar de buitenkant van de quilt geduwd, in plaats van opgepropt in het midden.
-
Begin alles aan elkaar vast te naaien. Hoe je de lagen aan elkaar quilt is vooral afhankelijk van je eigen voorkeur en gevorderde quilters gebruiken vaak een steek uit de vrije hand die zich in lussen en wervelingen over de quilt beweegt. Echter, de simpelste methode is om in de naad te naaien. Dit houdt eenvoudigweg in dat je zo over de quilt heen naait dat de steken in de naad vallen waar twee lapjes aan elkaar zijn genaaid.
- Stik de delen bij de spelden of rond patronen in de stof met een contrasterende kleur garen die past bij de stof. Je moet ook een paar steken maken in het midden van ieder vierkantje om ervoor te zorgen dat de achterkant en de vulling niet gaan schuiven.
- Als de quilt helemaal gequilt is, kun je hem netjes bijknippen, waarbij je de ongewenste stukken van de achterkant en de vulling die uitsteken langs de zijkant afknipt.
Advertentie
-
Knip stroken voor de afwerking. De maat hangt af van de grootte van je quilt. Een goed uitgangspunt is ongeveer 6 cm breed. Hiermee maak je een mooie afwerking langs de zijkanten van je quilt.
- Knip genoeg stroken om langs alle kanten van je quilt te kunnen leggen. De stroken moeten langer zijn dan de zijkanten van je quilt.
- Als je niet genoeg stof hebt voor vier lange stroken, naai dan kortere stroken aan elkaar tot de gewenste lengte.
-
Leg de stroken voor de afwerking op de rand van de quilt, met de goede kanten op elkaar. Leg de strook gelijk met de bovenste rand van de quilt en speld ze aan elkaar vast.
-
Naai exact 2,5 cm van de zijkant langs de rand. Naai van de ene kant naar de andere kant van de quilt. Als je bij het eind komt, knip dan voorzichtig het teveel aan stof van de afwerking af, zodat de onderkant van de afwerking precies gelijk valt met de onderkant van de quilt.
- Herhaal dit voor de overliggende kant en daarna voor de twee andere zijden.
Advertentie
Tips
- Afgedankte kleding van kleurige stof is zeer geschikt om in lapjes te knippen voor een quiltproject.
Advertentie
Benodigdheden
- Verscheidenheid aan stofjes
- Quiltpatroon
- Naaimachine
- Schaar
- Stof voor de achterkant van de quilt
- Vulling voor de binnenkant van de quilt
- Strijkbout
- Grote tafel om de quilt in elkaar te zetten (optioneel)
- Rechte spelden
- Garen in een contrasterende kleur
Bronnen
Over dit artikel
Deze pagina is 11.367 keer bekeken.
Advertentie