PDF download Pdf downloaden PDF download Pdf downloaden

Een goed passend zadel is een belangrijke randvoorwaarde om rustig en prettig te kunnen paardrijden, terwijl je paard veilig en op zijn gemak is. Helaas is het niet zo gemakkelijk om het perfecte zadel te vinden. Gebruik deze handleiding om het perfecte zadel te vinden, voor zowel je paard als jezelf.

Methode 1
Methode 1 van 4:

De terminologie van zadels leren

PDF download Pdf downloaden
  1. Wanneer je naar nieuwe zadels kijkt, is een van de dingen waar je aandacht aan moet besteden de zadelboom. De zadelboom is de gewichtsverdelende basis van het zadel; het deel van het zadel dat op het paard rust en jou tilt. Er zijn twee ‘bomen’, die het gewicht gelijk verdelen langs beide kanten van de ruggengraat. Als je zadel goed past, dan zal de rug van het paard in contact zijn met de gehele lengte van de bomen.
  2. Op een zadel is de achterboom het achterste deel dat dienstdoet als de rugleuning van een stoel; het helt een beetje naar boven, een beetje als een stoel. De bomen zijn aan de onderkant met de achterboom verbonden, waardoor het hele zadel bij elkaar gehouden wordt. De achterboom is een term die zowel bij Engelse als western zadels gebruikt wordt.
  3. Op een westernzadel is de voorboog het gedeelte aan de voorkant dat de bomen bij elkaar houdt. Je vindt het onder de knop en het heeft het uiterlijk van een omgekeerde ‘U’ vorm. Er zijn twee veelvoorkomende types voorboog – een V-vorm en een U-vorm. Een V-vorm is het meest populair, en wordt herkend aan de zijden die een scherpe hoek vormen recht naar de knop. Een U-vorm is herkenbaar aan dikkere, gebogen randen die oplopen naar de knop. [1]
  4. Op een Engels zadel is het kopijzer het voorste deel van het zadel dat de bomen bij elkaar houdt. Engelse zadels hebben geen knop zoals westernzadels die hebben; ze hebben alleen een afgerond gedeelte aan de voorkant – het kopijzer. Zie het als een kleinere, rondere versie van de achterboom.
  5. Een ander heel belangrijk aspect bij het passen van je zadel op je paard is zorgen dat de kamer goed past. De naam ‘kamer’ verwijst naar de lege ruimte tussen de bomen van het zadel. Wanneer het zadel op de rug van een paard ligt, kun je onderzoeken of hij past door naar de kamer te kijken, zowel van voren als van achteren.
  6. De zadelboom verwijst naar de bomen, de achterboom, de voorboog/kopijzer en de kamer. Dit zijn de onderdelen die onderzocht moeten worden bij het zadelpassen. Dus als je bij je paard past, kijk dan naar de onderdelen van de zadelboom.
  7. De tuimeling verwijst naar de booghoek van de bomen vanaf de voorkant van het zadel naar de achterkant. Stel je de vorm van de basis van een schommelstoel voor. Afhankelijk van de vorm van de ruglijn van je paard, zul je zadels moeten proberen met verschillende tuimelhoeken.
  8. Een tweede belangrijke hoekmeting van het zadel is de wijking. Dit verwijst naar de hoek waarmee de bomen naar buiten buigen. Gewoonlijk zijn ze dichter bij elkaar in het midden en verder uit elkaar aan de voorkant en de achterkant, zoiets als ‘) (‘. Sommige zadels wijken verder dan andere, wat de maatvoering beïnvloedt voor zowel het paard als de ruiter.
  9. De uitwaaiering van het zadel is de mate waarin de bomen van het zadel opzij en omhoog buigen aan de voorkant en achterkant van het zadel, bij de voorboog/kopijzer en de achterboom. [2]
  10. Deze term is het gemakkelijkst om te herkennen; de zitting van het zadel is het deel waar je in zit. De zitting heeft twee hoofdzaken waar je op moet letten – de lengte en de diepte. De lengte van de zitting is hoeveel ruimte het inneemt vanaf de voorkant tot de achterkant; een goed passend zadel zal je de ruimte geven om recht te zitten zonder tegen de achterboom gedrukt te worden, en zal ongeveer 10 cm ruimte geven tussen jouw positie en de voorkant van de voorboog/kopijzer. De diepte is de hoek van de voorkant van de zitting naar de achterkant, en is er in drie mogelijkheden: hoog, medium en laag. Al deze mogelijkheden worden in zadels voor de diverse rijstijlen gevonden. [3]
    Advertentie
Methode 2
Methode 2 van 4:

Een zadel op het paard passen

PDF download Pdf downloaden
  1. De schoft van het paard is het hoge punt boven de schouderbladen ter hoogte van de ruggengraat. Er zijn twee algemene types van schoften, welke de lengte en tuimelhoek van het zadel bepalen.
    • Uitgesproken schoften zijn herkenbaar aan een duidelijk hoog punt, en dan een glooiende ronding naar achteren tot de achterhand. De meeste ‘standaard’ of ‘medium’ zadels zullen dit type paard passen.
    • Ronde schoften ontstaan, zoals al in de naam zit, als de schoften geleidelijk aflopen en het paard een vlakke rug heeft. De schoften zijn dan over het algemeen ook vlakker, wat een bredere zadelboom vraagt.
  2. De ruglijn van het paard is de vorm/welving van de rug vanaf de schoft tot de achterhand. De ruglijn heeft vier basistypes: vlak, recht, holle rug en hellend. Elke bouw heeft een andere zadelvorm nodig, of het gebruik van speciale zadeldekjes.
    • Een vlakke ruglijn wordt gekenmerkt door een schoft en een achterhand die ongeveer even hoog zijn, en er is geen overdreven groot dal tussen. De meeste standaard zadels zullen op deze bouw passen.
    • Een rechte rug is veel voorkomend bij muilezels, maar wordt soms ook gezien bij paarden. Er is sprake van een rechte rug als de schoft en de achterhand vrij laag zijn, en er is niet echt een dal tussen de twee. Vanaf de zijkant gezien lijkt hun rug bijna horizontaal. Dit vraagt om een speciaal ‘recht’ zadel met bomen die vrijwel geen tuimelhoek heeft.
    • Paarden met een holle rug hebben een bijzonder zichtbare, smalle schoft en een duidelijke achterhand. Dit komt voornamelijk voor bij paarden die in slechte conditie of erg oud zijn. Door deze vorm kan het zadel niet vlak tegen op de rug liggen; het balanceert tussen de schoft en de achterhand. Speciale kussens kunnen toegevoegd worden om dit probleem te verhelpen.
    • Een hellende ruglijn ontstaat als de achterhand van het paard iets hoger is dan de schoft, waardoor het zadel naar voren wipt. Je kunt een zadel aangepast krijgen met meer vulling aan de voorkant om het in balans te brengen, of je kunt speciale kussens gebruiken onder de voorboog/kopijzer om het zadel overeind te duwen. [4]
  3. Een ‘standaard’ zadel is gebouwd om te passen op een paard met een gemiddelde ruglengte. In de meeste gevallen is een speciaal zadel niet nodig voor een paard met een heel lange rug, maar als je paard een korte rug heeft, kan het zweetblad (de lederen flappen aan beide zijden) in zijn flanken graven, wat pijn en irritatie veroorzaakt. Als je paard erg klein is, kan het nodig zijn om een speciaal ‘klein’ zadel te kopen om op zijn rug te passen. [5]
  4. Als je een zadel koopt voor een erg jong en ongetraind paard, realiseer je dan dat je binnen een of twee jaar een nieuwe moet kopen dat past op zijn verder ontwikkelde lijf. Aan de andere kant, als je paard erg oud is, of dik, dan kan het zijn dat je over een jaar of twee een nieuw zadel moet kopen om te compenseren voor het verlies van teveel gewicht.
    Advertentie
Methode 3
Methode 3 van 4:

Een zadel voor de ruiter passen

PDF download Pdf downloaden
  1. Er zit een beetje verschil tussen de manier waarop western en Engelse zadels worden gemeten, dus voor je maten gaat opmeten is het belangrijk om te weten wat voor zadel je zoekt. Daarnaast zul je de kwaliteit en stijl van het zadel op verschillende manieren willen beoordelen afhankelijk van het soort werk dat je ermee wilt doen.
  2. Net als dat de meeste zadels gebouwd worden voor het ‘gemiddelde’ paard, worden ze ook gebouwd om de ‘gemiddelde’ ruiter te passen. Als je erg lang bent, of tenger, zwaar of een van de vele andere eigenschappen hebt die de maat/vorm van je lichaam beïnvloeden, kan het zijn dat je een speciaal zadel nodig hebt. Onthoud altijd dat wanneer je in het zadel zit, het volgende moet gelden:
    • Er moet 10 cm ruimte zijn tussen je lichaam en de voorkant van de voorboog/kopijzer.
    • Je zou nooit zo moeten zitten dat je leunt tegen de achterboom of de voorboog.
    • Je stijgbeugels moeten comfortabel op maat zijn zonder dat je knieën teveel gebogen zitten.
  3. Zit in een gewone stoel met je rug tegen de rugleuning en je voeten op de grond. Gebruik een flexibel meetlint en meet de afstand tussen je knieschijf tot de plooi in je heup. Dit kan gebruikt worden in een maattabel om de maat van je zadel te bepalen.
  4. Gebruik je metingen om de zitmaat te bepalen (en daarmee de maat van je zadel) van een Engels zadel. De metingen/maten zijn ongeveer te vergelijken als volgt:
    • Een zitmaat van 41,9 cm of minder is gelijk aan een 15-inch zadel.
    • Een zitmaat van 41,9 cm tot 47,0 cm is gelijk aan een 16-inch zadel.
    • Een zitmaat van 47,0 cm tot 50,8 cm is gelijk aan een 16.5-inch zadel.
    • Een zitmaat van 50,8 cm tot 54,6 cm is gelijk aan een 17-inch zadel.
    • Een zitmaat van 54,6 cm tot 58,4 cm is gelijk aan een 17.5-inch zadel.
    • Een zitmaat van meer dan 58,4 cm zal een 18-inch of 19-inch zadel passen. [6]
  5. De maatvoering van de zit is een beetje anders voor western zadels dan voor Engelse zadels. De gemakkelijkste omrekenmethode is door twee “inches” van de maat van je Engelse zadel af te trekken, dan houd je de maat van je western zadel over. Gebruik de volgende maattabel om de maat van je western zadel te bepalen aan de hand van je zitmaat:
    • Een zitmaat van 41,9 cm of minder is gelijk aan een 13-inch zadel.
    • Een zitmaat van 41,9 cm tot 47,0 cm is gelijk aan een 14-inch zadel.
    • Een zitmaat van 47,0 cm tot 50,8 cm is gelijk aan een 15-inch zadel.
    • Een zitmaat van 50,8 cm tot 54,6 cm is gelijk aan een 15.5-inch zadel.
    • Een zitmaat van 54,6 cm tot 58,4 cm is gelijk aan een 16-inch zadel.
    • Een zitmaat groter dan 58,4 cm zal een 17-inch of 18-inch zadel passen. [7]
  6. Wanneer je je maatvoering gevonden hebt, kun je het vergelijken met de zitmaat van een zadel om te bepalen of het de goede maat voor jou is. Om de zitting van een Engels zadel te meten, meet je vanaf een van de ‘nagels’ aan de linker of rechterkant van het kopijzer, recht naar het midden van de achterboom. Dit zal je de maat van het zadel geven. (Bijvoorbeeld 41 cm wat gelijk staat aan16 inches).
  7. Net als bij de maatvoering van de zitting, is het opmeten van een western zadelzitting anders dan van een Engelse zadelzitting. Gebruik een meetlint of een liniaal, meet recht vanaf de basis van de voorboog tot de naad in de zitting. Ga naar de basis van de voorboog en meet in een horizontale lijn recht naar achteren.
    • Zorg ervoor dat je de voorboog niet aanraakt als je de zitting meet, de hoek daarvan zal je een te grote meting geven. Ga alleen naar de basis van de voorboog langs de naden.
  8. Hoewel je zitmaat en zadelmaat een goede indicatie kunnen zijn voor een goedpassend zadel, is de enige manier om echt zeker te zijn dat een zadel goed zit, erin te gaan zitten. Probeer veel verschillende zadels in verschillende stijlen zodat je de beste pasvorm en het meeste comfort naar je persoonlijke voorkeuren kunt vinden. Verzeker je ervan dat je de stijgbeugels op de juiste lengte brengt, elke keer dat je een zadel probeert. [8]
    • Het is beter om een zadel te hebben dat iets te groot is, dan een die iets te klein is. Het zal minder pijnlijk zijn voor het paard, en prettiger voor jou om te rijden.
    • Breng een of twee ervaren vrienden mee om je ervan te verzekeren dat je op de juiste manier in het zadel zit.
    Advertentie
Methode 4
Methode 4 van 4:

De pasvorm van het zadel controleren op je paard

PDF download Pdf downloaden
  1. Weet je nog wanneer je de schoft en ruglijn van je paard controleerde? Dit is waar het van pas komt. Plaats het zadel op je paard zonder zadeldek of deken. Als het past, zouden de bomen over de hele lengte in contact moeten zijn met het paard.
    • Als de bomen alleen de zijkant van de paardenrug raken, en niet de top, dan is het zadel te smal.
    • Als de bomen alleen de top van de paardenrug raken, en niet de zijkant, dan is het zadel te breed.
  2. De diepte is de hoek van de tuimeling tegen de hoek van de paardenrug. Een goedpassend zadel zal bomen hebben die de hoek van de ruglijn volgen. Daardoor zullen de bomen over de gehele lengte in contact zijn met de paardenrug.
    • Als de bomen alleen de schoft en de achterhand raken, dan vormt het zadel een ‘brug’, en dat veroorzaakt pijn bij het paard. Dit gebeurt als de bomen te lang zijn, of als er niet genoeg diepte is om de helling van de paardenrug te volgen.
    • Als de bomen alleen het midden van de paardenrug raken, dan zal het zadel gaan schommelen. Dit gebeurt als de bomen te kort zijn of als de diepte van de bomen te groot is om de paardenrug te volgen.
  3. De hoek waarmee de bomen naar boven en naar buiten wijken is de uitwaaiering. Als er weinig tot geen uitwaaiering zichtbaar is, dan kan het zadel te klein zijn voor je paard. Zorg ervoor dat je zadel duidelijk uitwaaiert om te voorkomen dat het in de rug van je paard drukt bij het rijden, wat pijn of schaafwonden veroorzaakt.
  4. Plaats het zadel op de rug van je paard zonder deken of zadeldek. Kijk naar de kamer vanaf de achterhand van het paard; je zou helemaal tot de schoft moeten kunnen kijken. Als je dat niet kunt, dan is het zadel te klein. Ga daarna naar de kamer bij de schoft en plaats zoveel vingers als je kunt, verticaal in de open ruimte. Bij een goed passend zadel zullen er 2 – 2,5 vingers in passen; meer dan dat betekent dat je zadel te ruim is, terwijl minder betekent dat het zadel te klein is. [9]
    Advertentie

Tips

  • Sommige zadelmaten komen ook in 'quarterhorse' maten. Dit is een andere maatvoering als 'small', 'medium', en 'large'. Als je twijfelt, meet de zitting of vraag hulp bij het omrekenen van de maat.
  • Bij een western zadel zijn published zittingmaten gemeten op het kale hout, voordat leer of vulling is toegevoegd. [10]
Advertentie

Waarschuwingen

  • Wanneer je een zadel kiest voor je paard kun je nooit volledig vertrouwen op maatvoeringen. Probeer altijd het zadel uit op het paard voor je het aankoopt.


Advertentie

Over dit artikel

Deze pagina is 9.323 keer bekeken.

Was dit artikel nuttig?

Advertentie