Pdf downloaden
Pdf downloaden
Goochelen vereist kunde, snelheid en precisie. Er is ook veel oefening voor nodig, dus raak niet ontmoedigd als het niet meteen lukt om olifanten te laten verdwijnen. Begin met deze eenvoudige kaarttrucs en bouw je repertoire vervolgens uit.
Stappen
-
Oefen door twee kaarten van de bovenkant te halen. Leg ze echter zo op elkaar dat het net één kaart lijkt.
-
Haal de bovenste twee kaarten eraf. Laat alleen de onderste kaart aan het publiek zien.
-
Vraag: "Is dit je kaart?" Leg ze allebei terug op de bovenkant van de stapel, nadat het publiek dit bevestigt.
-
Haal de bovenste kaart eraf en stop die ergens anders in de stapel terug. Het publiek zal denken dat dit hun kaart is.
-
Leg uit dat je de kaart terug naar boven zal brengen. Je kunt een interessant gebaar met je handen maken om het dramatische aspect van de truc te benadrukken.
-
Draai de bovenste kaart kom en zeg: "Voilà!" Het zal de gekozen kaart zijn. Voor deze truc is niet zoveel oefening nodig, maar het zal mensen toch verbaasd doen staan.Advertentie
-
Pak een normaal spel kaarten en vraag iemand uit het publiek dit te schudden. Moedig hem of haar aan zo vaak te schudden als ze willen. Deze truc is gebaseerd op kansberekening, niet op misleiding.
-
Vraag de persoon vervolgens om twee willekeurige kaarten te noemen. Vraag alleen de naam van de kaart, niet de kleur.
- Bijvoorbeeld, alleen "heer" en "tien" is voldoende. "Schoppenheer" en "hartentien" zeggen is extreem specifiek, waardoor de kans dat die twee samen worden genoemd kleiner is.
- Als de persoon "heer" en "tien" zegt, noemt ze eigenlijk vier kaarten van elke kleur, omdat de kleur niet wordt genoemd. Samen geeft dit een kans van 8 kaarten in totaal. Bijvoorbeed: ruitenheer, klaverheer, hartenheer, schoppenheer, ruitentien, klavertien, hartentien, schoppentien.
- De theorie is dat van deze 8 mogelijke kaarten, tenminste één van de heren naast een van de tienen zal zitten. [1] X Bron
-
Houd je hand boven de kaarten en doe alsof je je diep concentreert. Wacht ongeveer 30 seconden tot een minuut, voordat je verdergaat met de truc. Dit helpt de illusie op te bouwen dat je invloed hebt op waar de kaarten in het spel zitten.
- Dit is het enige fysieke gebaar dat je zult maken tijdens deze truc. Probeer fysiek zo min mogelijk met de truc te maken te hebben. Zo wordt het idee versterkt dat je de illusie echt hebt uitgevoerd.
-
Zeg de persoon uit het publiek om het spel kaarten om te draaien en er doorheen te bladeren. Verbazend genoeg zullen de twee kaarten ergens in het spel samen opduiken!
- In ongeveer 10% van de gevallen kan het zijn dat een kaart de heer en tien scheidt. Als dit gebeurt, vertel je het publiek gewoon dat je je niet goed genoeg had geconcentreerd. Doe de truc opnieuw, dan is de kans groot dat de twee kaarten naast elkaar zullen eindigen. [2] X Bron
-
Vind de twee kaarten en toon ze aan het publiek. Raak de kaarten niet aan, anders denkt het publiek misschien dat je stiekem een extra kaart ertussen hebt gestopt.Advertentie
-
Houd een spel kaarten met de voorkant naar beneden in een hand. Toon het publiek dat de stapel een normaal spel kaarten is.
- Laat hen alle kaarten zien, om het hen te helpen geloven. Je kunt ook het spel schudden of mensen uit het publiek het spel laten schudden voor je met de truc begint.
-
Kijk snel naar de onderste kaart van het spel voordat je ze weer met de voorkant naar beneden houdt. Je moet deze kaart onthouden, want je moet hem later opnoemen terwijl je deze aan het publiek laat zien.
- Herhaal in jezelf: "klaver 6, klaver 6, klaver 6." Dit helpt je de kaart te onthouden terwijl je verdergaat met de truc.
-
Zeg het publiek je op ieder gewenst moment te onderbreken terwijl je met je wijsvinger door de kaarten bladert. Dit helpt de illusie creëren dat zij de controle hebben over de truc.
- Gebruik je wijsvinger om kaarten lichtjes naar je toe te trekken. Toon het publiek dat je daadwerkelijk door de kaarten bladert, maar houd de kaarten zoveel mogelijk bovenin het spel.
-
Haal een paar kaarten van de bovenkant van de stapel wanneer het publiek je onderbreekt. Pak ongeveer een kwart van de stapel. Hoe meer kaarten je pakt, hoe beter de truc zal worden gemaskeerd.
- Bij het pakken van de bovenste kaarten gebruik je je wijs- en middelvinger. Houd je duim op de onderkant van de stapel en uit het zicht van het publiek. Zo pak je de geheime kaart die je later zult raden.
-
Gebruik je duim om tegelijk de onderste kaart van de stapel te pakken terwijl je de bovenste kaarten pakt. Haal alleen die onderste kaart uit het spel.
- Trek de kaarten snel uit de stapel. De meeste mensen in het publiek zullen niet merken dat je duim van de onderkant van de stapel kwam. Ze zullen waarschijnlijk denken dat de onderste kaart uit het midden van de stapel kwam.
-
Toon het publiek de onderkant van de gepakte stapel terwijl je deze van je af houdt. Voor nog meer effect doe je je ogen dicht of kijk je weg terwijl je het publiek de onderste kaart laat zien.
-
Vraag het publiek: "Is de onderste kaart de klaver 6?" Ze zullen verbaasd zijn dat je met succes hun kaart hebt geraden.Advertentie
-
Waaier een spel kaarten uit met de voorkant naar beneden. Je hoeft het spel niet te schudden, hoewel je daardoor wel je publiek gerust kunt stellen.
-
Vraag een vrijwilliger om een kaart uit het spel te halen. Wees geduldig, hoe langer je de vrijwilliger zijn gang laat gaan, hoe meer vertrouwen ze zullen hebben dat jij de kaart niet kunt raden.
- Om te helpen het publiek te overtuigen, kijk je de andere kant op als ze een kaart kiezen. Veel mensen in het publiek nemen aan dat dit soort trucs afhangt van technieken om kaarten te tellen. Hoewel dat bij sommige trucs inderdaad zo is, is deze veel eenvoudiger.
-
Houd het spel in twee helften, een in de rechterhand en een in de linker. De persoon uit het publiek zal waarschijnlijk een kaart uit het midden kiezen, dus verdeel de kaarten erna handmatig in twee stapels.
-
Zeg de vrijwilliger de kaart te onthouden en terug in het spel te stoppen. Spreek langzaam, met vertrouwen, en duidelijk.
- Je moet de vrijwilliger niet haasten, anders denkt het publiek misschien dat je van tevoren de kaart hebt onthouden.
-
Kijk kort naar de onderste kaart van de helft van het spel in je rechterhand. Hoewel je deze kaart niet zult noemen, gebruik je deze als referentie om de kaart van je vrijwilliger te vinden.
-
Leg de kaart van het publiek tussen de twee helften van de stapel. Zorg dat je de helft van het spel in je rechterhand boven legt, want deze kaart ligt dan naast die van de vrijwilliger.
-
Spreid de kaarten met de voorkant naar boven op tafel uit. Probeer zo snel mogelijk de referentiekaart te vinden.
- Spreid het dek op volgorde uit. De beste manier om dit te doen is door het spel links te leggen, en je rechterhand te gebruiken om ze geleidelijk naar rechts te verplaatsen. Het eindresultaat zou eruit moeten zien als een regenboog.
- De referentiekaart zou links van de kaart van de vrijwilligers moeten liggen. De kaart direct rechts van de door jou onthouden kaart moet die van de persoon uit het publiek zijn.
- Vermijd het de kaarten snel en slordig uit te spreiden. Zo raak je misschien de plek van de referentiekaart kwijt, waardoor de hele truc wordt verpest.
- Je kunt je vingers gebruiken om er doorheen te bladeren, maar ga niet naar elke kaart staan staren. Anders komt het publiek er misschien achter wat je hebt gedaan.
-
Haal de kaart uit het uitgespreide spel en vraag de vrijwilliger: "Is dit je kaart?" Hoewel dit een vraag is, stel je hem op een zelfverzekerde, bijna arrogante manier.
- Laat het publiek denken dat je exact wist welke kaart ze zouden kiezen voor ze dat deden. Zo lijkt het alsof je voorspellende gaven hebt, terwijl je gewoon een goed geheugen hebt.
Advertentie
-
Haal de vier azen uit het spel en leg ze bovenop. Laat je toeschouwers deze stap niet zien.
- De beste manier om dit te doen is door van tevoren de vier azen bovenop de stapel te leggen. Haal het spel uit je zak en ga direct over op de truc zonder dat je het publiek laat schudden.
- Doe dit zo onopvallend mogelijk. Vraag: "Hé, willen jullie een goocheltruc zien?" en ga dan meteen door met de truc. Hoe vloeiender en natuurlijker je het laat lijken, hoe minder vraagtekens het publiek bij de truc zal zetten.
-
Verdeel het spel in 4 gelijke stapels door kaarten van de onderkant te laten vallen. Je 4 azen eindigen natuurlijk bovenop de vierde stapel.
- Verspreid de stapels van links naar rechts zodat de vierde stapel helemaal rechts ligt.
- Concentreer je niet te erg op de vierde stapel. Goochelen gaat om misleiding, en trucs kunnen makkelijk misgaan als je publiek in de gaten heeft waar de azen eigenlijk zitten.
-
Pak de eerste stapel op en verplaats de eerste drie kaarten naar de onderkant. Dit geeft de illusie dat je de stapel schudt en kaarten willekeurig neerlegt.
-
Leg de bovenste drie kaarten op de andere drie stapels, 1 kaart per stapel. Begin met de stapel die het verst weg ligt van de azen, en doe de stapel met de azen het laatst.
- Leg slechts 1 kaart per stapel neer. Dit is vooral belangrijk als je kaarten op de stapel met de azen legt, omdat er precies drie kaarten op de azen moeten liggen om het te laten werken.
-
Herhaal dit met de andere drie stapels. Je moet eindigen met het leggen van kaarten op de stapel met azen.
- Door de bovenste drie kaarten op de stapel met azen onderop te leggen, heb je de azen weer terug naar boven gebracht. Als je die bovenop de andere stapels legt, zal de bovenste kaart altijd een aas zijn.
-
Draai de bovenste kaart in elk van de vier stapels om, en de vier azen komen tevoorschijn. Als het publiek verbaasd reageert, biedt dan aan de truc opnieuw te doen.
- Als je deze truc eenmaal onder de knie hebt, breng dan variatie aan door mensen uit het publiek de stappen te laten uitvoeren. Geef specifieke instructies voor het opdelen van de stapel (niet schudden!), het schudden van de stapels (alleen de bovenste drie kaarten), en verdelen (één kaart per stapel). De uitkomst zal altijd hetzelfde zijn. Het verschil is dat het publiek nu meer in je truc gelooft, omdat ze denken dat zij de controle hadden over de uitkomst. [3] X Bron
Advertentie
-
Bekijk de bovenste kaart van de stapel en onthoud deze. Bijvoorbeeld, "schoppenaas" of "harten 7." [4] X Bron
- Doe dit gedeelte van de truc buiten het zicht van het publiek. Het is overtuigender als je de kaarten uit je zak haalt en meteen overgaat op de uitvoering.
-
Leg het dek met de voorkant naar beneden neer, en leg er een zakdoek overheen. Zorg dat het publiek ziet dat de kaarten met de voorkant naar beneden liggen voor je de zakdoek er overheen legt.
- Voor het beste resultaat zorg je dat de zakdoek niet doorzichtig is.
- Een zakdoek gebruiken is een vorm van afleiding. Mensen zullen aannemen dat de truc is gebaseerd op visuele aanwijzingen, en denken niet aan de mogelijkheid dat je van tevoren de kaart hebt onthouden.
-
Draai het spel met de voorkant naar boven terwijl je de zakdoek erop legt. Zorg dat je dit doet terwijl de kaarten verborgen zijn. Als je de kaarten te snel omdraait, zal dit het geheim achter de truc onthullen.
- Probeer dit zo stiekem en snel mogelijk te doen. Maak één vloeiende beweging van het neerleggen van de zakdoek en het omdraaien van de kaarten, zodat mensen alleen zien wat er aan de oppervlakte gebeurt.
-
Vraag iemand uit het publiek de stapel in tweeën te verdelen met de zakdoek er overheen. De vrijwilliger zal de bovenste helft van de stapel aan de andere kant van de onderste helft leggen. Zorg dat je onthoudt welke welke is, en houd de kaarten bedekt.
- Vraag de persoon uit het publiek de stapel alleen te couperen, niet te schudden.
- Door de kaarten met de voorkant naar boven te draaien, wordt de onderste helft van het spel de bovenste helft. Dit is belangrijk, want als je de vrijwilliger vraagt het spel te couperen, zullen ze denken dat ze de bovenste helft eraf halen, terwijl dat eigenlijk de onderste helft is.
-
Haal de eigenlijke bovenste helft van het spel onder de zakdoek vandaan terwijl je deze met de voorkant naar beneden legt. De eigenlijke bovenste helft moet de bovenste kaart bevatten die je eerder hebt onthouden. Dit is wat lastig, maar zou overtuigend moeten zijn als je alle focus op de zakdoek legt.
- Verwijder alleen de bovenste helft van het spel. Laat de zakdoek op de onderste helft van het spel liggen, die nog steeds met de voorkant naar boven ligt.
- Zwaai met de hand die de zakdoek vasthoudt. Probeer interessante gebaren te gebruiken om het publiek af te leiden van je andere hand, die de kaarten zal omdraaien.
-
Vraag de persoon uit het publiek om de bovenste kaart van de stapel te halen die jij eruit hebt gehaald. Zeg hen de rest van het publiek de kaart te laten zien, zonder dat jij hem ziet.
- Dit is eigenlijk nog steeds de bovenste kaart van het spel, maar het publiek zal denken dat deze uit het midden kwam.
-
Noem de naam van de kaart nadat iedereen hem heeft gezien. Luister hoe de mensen zich verbazen.
-
Haal de rest van het spel onder de zakdoek vandaan terwijl je deze met de voorkant naar beneden legt. Doe dit terwijl het publiek nog steeds nadenkt over hoe je de truc deed.
- Er is een kans dat mensen de andere helft van de kaarten willen bekijken na afloop van de truc. Geef hen geen reden zich af te vragen of je ze wel of niet hebt omgedraaid onder de zakdoek.
Advertentie
-
Bereid de truc voor:
- Leg een 8 bovenop de stapel. Leg de volgende 8 op de tiende positie. (Tel de eerste 8 mee als één kaart.)
- Draai de stapel om en tel zeven kaarten vanaf de onderkant. De volgende twee 8-en worden op positie acht en negen geplaatst. Nu ben je klaar om te beginnen.
-
Ga voor de show door de hele stapel heen. Terwijl je dat doet, zeg je dat je een voorspelling doet.
-
Weet je nog van die 8 die je op plaats tien hebt gelegd? Dat is je voorspellingskaart. Leg die 8 met de voorkant naar beneden op tafel. Laat de toeschouwers deze kaart nog niet zien. Ze zullen denken dat het een willekeurige kaart is die je uit de stapel hebt gehaald.
-
Keer de stapel om. Zeg dat je de kaarten gaat tellen. Als je voorbij de twee 8-en op positie zeven en acht bent, zeg je de toeschouwers: "Nu kun je me zeggen wanneer ik moet stoppen".
-
Als het publiek zegt dat je moet stoppen, keer je beide stapels om.
-
Draai de kaart aan de linkerzijde van de stapel om. Zeg dat deze kaart de (noem hier de kleur) 8 is. Ga verder met te zeggen dat de 8 bovenop de kaart aangeeft hoeveel kaarten je van de stapel rechts moet pakken.
-
Tel acht kaarten uit. Zeg het publiek dat je drie stapels hebt gemaakt, en dat er één 8 zichtbaar is.
-
Draai de volgende twee kaarten om. Zeg dat er nog twee 8-en zijn. Tenslotte laat je zien dat je voorspellingskaart ook een 8 is. Ze zullen verbaasd staan; dit is een truc waar veel mensen in trappen. De reacties zijn onbetaalbaar.Advertentie
Bronnen
Advertentie