Je kunt Granny Squares met elkaar verbinden door middel van naaien of door middel van haken. Je kunt het op veel verschillende manieren doen, maar hier zijn een paar eenvoudige en toch mooie om mee te beginnen.
Stappen
-
Combineer de vierkantjes. Leg twee granny squares op elkaar met de goede kanten tegen elkaar aan. [1] X Bron
- Op deze manier krijg je een stevige naad die sterk genoeg is om grote delen bij elkaar te houden.
-
Knoop de draad aan je haaknaald. Maak een schuiflus aan een kant van het garen en steek je haaknaald door de lus.
- Een schuiflus maak je door twee lussen naast elkaar te leggen. Trek de ene lus door de andere, zo krijg je een enkele lus met een losse knoop eromheen.
-
Haak in de achterste lusjes van beide vierkantjes. Steek je haaknaald door de achterste lusjes van elk vierkantje, begin rechts bovenaan. Haak aan de achterkant in je draad, en trek hem erdoor zodat je een tweede lus op je haaknaald krijgt.
- Je kunt zien dat de eerste lus op je haaknaald die lus is die je met je schuiflus hebt gemaakt. Deze lus hangt nu op de haaknaald.
-
Trek de tweede lus door de eerste om een halve vaste te maken. Gebruik je haaknaald om de tweede, nieuwe lus door de oorspronkelijke lus op je haaknaald te trekken. Zo maak je de eerste halve vaste van je verbindende ketting.
-
Ga zo door met de rest van deze zijde. Steek je haaknaald telkens door een volgende twee lusjes van de hele zijkant, en maak voor zo elke steek een halve vaste.
- Zorg dat je niet te strak haakt. Als je dat doet wordt de naad te strak en daardoor wordt je werkstuk minder elastisch.
-
Voeg zoveel vierkantjes en rijen toe als je nodig vindt. Je kunt op dezelfde manier meer vierkantjes vastmaken aan andere zijden van je oorspronkelijke twee vierkantjes. Laat je deken, sjaal of wat je dan ook maakt steeds verder groeien door steeds een nieuw vierkantje toe te voegen.
- Maak het werkstuk af met een rand of door het losse draadje onzichtbaar weg te steken in het laatste naadje, zodat de naad niet los gaat.
Advertentie
-
Combineer de vierkantjes. [2] X Bron Het eerste vierkantje van de rij moet links komen te liggen en het tweede rechts daarnaast. Het tweede vierkantje leg je bovenop het eerste, met de achterkanten op elkaar.
- Let op: als je een bepaalde volgorde of patroon in gedachten hebt, moet je dat eerst klaarleggen voordat je je rijen aan elkaar gaat vastmaken.
- Stapel de eerste rij op. Het laatste vierkantje van die rij moet onderop liggen, en het eerste bovenop. Hoe kleiner het stapeltje, hoe makkelijker het werkt.
- Deze methode geeft een elastische en decoratieve naad tussen de vierkantjes.
-
Bevestig het garen aan je haaknaald. Maak een schuiflus aan een kant van de draad en steek je haaknaald door de lus.
- Een schuiflus maak je door twee lussen naast elkaar te leggen. Trek een lus door de andere en trek ze voorzichtig uit elkaar, zodat je een enkele lus krijgt met een makkelijk te verstellen knoop.
-
Haak drie lossen in de hoek van het bovenste vierkantje. Bevestig je draad met een halve vaste in het hoekboogje van je bovenste granny square, en haak daarin drie lossen.
-
Maak drie stokjes in de hoek van het onderste vierkantje. Je verbindt het onderste vierkantje met het bovenste door drie stokjes te haken in het hoekboogje van het onderste vierkantje.
- Misschien moet je de vierkantjes even anders vasthouden terwijl je ze aan elkaar vasthaakt. Als je het lastig vindt om ze aan elkaar te haken wanneer je ze op elkaar houdt, kun je de vierkantjes ook openklappen zodat je de gemeenschappelijke zijden naar je toe hebt liggen. Het “bovenste” vierkantje heb je nu rechts, en het “onderste” ligt nu links.
-
Haak stokjes in het volgende boogje van het bovenste vierkantje, en daarna weer in het volgende boogje van het onderste. Maak drie stokjes in het eerstvolgende boogje van het bovenste/rechtse vierkantje. Als je die af hebt, maak je weer drie stokjes in het volgende boogje van het onderste/linkse vierkantje.
- Ga op deze manier door met de gemeenschappelijke zijden van deze vierkantjes. Wissel af tussen de achterste en de voorste, maak steeds drie stokjes in elk boogje tussen de randen van beide vierkantjes.
-
Maak één stokje in de hoek van het onderste vierkantje. Als je aan het eind van deze naad bent, maak je een stokje in het laatste hoekboogje.
- Hecht de draad af om deze naad te voltooien.
-
Herhaal dit met alle andere vierkantjes van deze rij. Verbind op dezelfde manier de vierkantjes van alle andere rijen.
- Herhaal deze werkwijze ook voor elke stapel (of rij) granny squares.
-
Leg de rijen naast elkaar. Werk telkens met twee rijen tegelijk. Leg de rijen op elkaar met de verkeerde kant tegen elkaar aan.
- Je verbindt de rijen met elkaar op dezelfde manier als de losse vierkantjes.
-
Verbind de rijen door middel van stokjes. Volg hetzelfde patroon dat je ook gebruikt hebt bij het verbinden van de losse vierkantjes. Maak drie lossen in de hoek van de voorste rij, daarna drie stokjes in de hoek van de achterste rij.
- Maak steeds groepjes van drie stokjes, afwisselend in de boogjes van de voorste en de achterste rij, tot je aan het eind bent gekomen.
- De naad tussen twee vierkantjes in een rij moet je net zo behandelen als alle andere boogjes, dus maak je daar ook drie stokjes in.
-
Maak nog een granny toer om je hele werkstuk heen. Als je al je vierkantjes en rijen aan elkaar hebt gehaakt kun je om de hele omtrek groepjes van drie stokjes in de boogjes haken om het af te maken en eventuele oneffenheden te verhelpen.Advertentie
-
Combineer de granny squares. Leg twee granny squares bovenop elkaar met de goede kanten tegen elkaar.
- Deze methode is snel en gemakkelijk, en als je de steken niet te strak aantrekt krijg je een elastische en zachte naad.
-
Steek je garen door de naald. Gebruik een grote borduurnaald voor je garen. Steek een eind van het garen door het oog van de naald en trek het ver genoeg door zodat je de draad niet verliest tijdens het naaien.
- Je hoeft geen knoop in de draad te leggen, maar het kan wel als je het moeilijk vindt om de draad in de naald te houden. Knoop dan het korte eind van de draad vast aan de andere kant, net voorbij het oog van de naald.
-
Begin rechts bovenaan in de hoek. Trek de draad door het achterste lusje van zowel het bovenste als het onderste vierkantje.
- Trek de draad niet helemaal door de lusjes, je hebt immers geen knoop aan het eind om hem op zijn plaats te houden.
- Als je de draad doortrekt laat je genoeg ruimte aan het eind over om ofwel een knoop in te leggen, ofwel een volgend vierkantje mee vast te maken; het hangt ervan af of je vierkantje aan het eind van een rij zit, of ergens in het midden.
-
Naai de draad door alle achterste lusjes aan een zijkant. Breng de naald over de rand van beide vierkantjes en steek hem in de volgende achter-lus van het vierkantje. Steek hem nog een keer door de lusjes van zowel het bovenste als het onderste vierkantje.
- Herhaal deze stappen met het volgende koppeltje achterste lusjes. In feite naai je nu de vierkantjes aan elkaar met een overhandse steek, dat is een steek die over de rand van het materiaal heen gaat in plaats van door de rand.
- Ga zo verder met de bovenrand van deze twee vierkantjes aan elkaar te naaien.
-
Voeg naar wens meer vierkantjes toe. Nadat je de twee vierkantjes aan elkaar hebt genaaid kun je dezelfde techniek gebruiken om vierkantjes aan de andere zijden van deze vierkantjes vast te maken. Je kunt aan alle kanten vierkantjes vastmaken zoals het je uitkomt.
- Hecht je draad af aan de achterkant van je laatste vierkantje als je helemaal klaar bent.
Advertentie
-
Leg de vierkantjes op volgorde. Om te beginnen leg je twee van je vierkantjes naast elkaar. Deze twee ga je als eerste aan elkaar vastmaken. [3] X Bron [4] X Bron
- Het is verstandig om eerst al je vierkantjes uit te leggen, zodat je kunt zien wat het totale effect wordt.
- De vierkantjes moeten allemaal met de goede kant boven liggen.
- Het is ook aan te bevelen om te beginnen met de vierkantjes die in de middelste rij van je totale project moeten komen.
- Deze methode geeft ook een elastische naad, maar anders dan de overhandse steek is deze onzichtbaar aan beide kanten van het werk.
-
Steek je draad door de naald. Neem een grote borduurnaald. Steek een eind van de draad door het oog van de naald en trek er genoeg draad doorheen om te zorgen dat je de draad niet verliest tijdens het naaien.
- Leg nu nog geen knoop in de draad.
- Neem garen dat iets dunner is dan het garen dat je voor je granny squares hebt gebruikt.
-
Steek je naald door de linker onderhoek van het eerste vierkantje. Neem het rechtse vierkantje van je eerste paar. Steek de naald door het dwarsdraadje aan de zijkant van het vierkant, links onderaan.
- Met ‘dwarsdraadje’ wordt bedoeld het verbindingsdraadje tussen de draadjes aan de voorkant en die aan de achterkant van het vierkantje. Dat dwarsdraadje kun je alleen maar zien aan de zijkant.
-
Steek je naald in de rechter onderhoek van het tweede vierkantje. Pak het vierkantje dat direct links van je eerste vierkantje moet komen. Steek de naald door het dwarsdraadje rechts onderaan dit vierkantje.
- Trek het nu nog niet strak aan.
-
Ga zo verder langs één kant. Werk je draad door het volgende dwarsdraadje langs de gemeenschappelijke zijde van het eerste vierkantje. Daarna werk je hem door de gemeenschappelijke zijde van het tweede vierkantje.
- Blijf steeds naaien door de dwarsdraadjes aan beide kanten zodat je de vierkantjes aan die gemeenschappelijke zijde met elkaar verbindt.
- Laat de steken voorlopig nog even losjes zodat het makkelijker werkt.
-
Trek de verbindingssteken strak. Pak de beide losse einden van de verbindingsdraad. De ene hangt onderaan, en de andere bovenaan. Trek de bovenste en de onderste strak aan om de naad te dichten, en trek de twee vierkantjes zo dicht tegen elkaar aan.
- Door deze stap wordt de naad ‘onzichtbaar’ , als het ware verborgen tussen de twee vierkantjes.
-
Herhaal deze werkwijze met de volgende twee vierkantjes. Pak de volgende twee vierkantjes in de rij en herhaal de procedure om deze twee aan elkaar te zetten.
- Het volgende paar moet straks aan het eerste paar vastgezet worden.
- Gebruik de draad die aan het eerste paar hangt om het tweede paar met elkaar te verbinden. Zo zit het tweede paar meteen aan het eerste paar vast.
-
Maak de volgende vierkantjes ofwel horizontaal vast, of in verticale paren. Als je verticaal werkt moet je dat in paren doen, precies zoals je dat deed toen je het tweede paar aan het eerste vastmaakte. Als je het werk horizontaal uitbreidt kun je dat doen door een enkel vierkantje ook weer met een onzichtbare steek aan de lege rechter- of linkerkant van het oorspronkelijke vierkantje vast te maken.
- Als je klaar bent werk je de draad onzichtbaar weg aan de achterkant van het laatste vierkantje.
Advertentie
Tips
- Het is aan te bevelen dat je eerst leert hoe je lossen, vasten en stokjes haakt voordat je probeert je granny squares aan elkaar te haken.
Advertentie
Benodigdheden
Haakmethodes
- Garen
- Haaknaald
Naaimethodes
- Garen
- Borduurnaald
Bronnen
- ↑ http://www.craftsy.com/blog/2013/07/how-to-join-granny-squares/
- ↑ http://carinascraftblog.wardi.dk/2009/06/granny-square-joining-tutorial.html
- ↑ http://doyoumindifiknit.typepad.com/do_you_mind_if_i_knit/2010/02/joining-up-with-an-invisible-stitch.html
- ↑ http://www.pinterest.com/pin/81768549454293315/
Over dit artikel
Deze pagina is 36.483 keer bekeken.
Advertentie