Pdf downloaden Pdf downloaden

Of je nu iemand vertelt hoe die bij je huis kan komen of een toerist uitlegt waar een plaatselijk museum is, je moet weten hoe je iemand goed de weg wijst. Het geven van een routebeschrijving is echter ingewikkelder dan alleen maar vertellen hoe je op een bepaalde locatie kunt komen. Om goede aanwijzingen te geven, moet je de informatie presenteren op de manier die het beste past bij de manier waarop de ander de informatie verwerkt. Sommige mensen hebben het meest aan specifieke afstanden, terwijl anderen ruwe rijtijden het beste begrijpen. Je moet ook effectief communiceren en de meest geschikte route kiezen om de persoon te helpen op koers te blijven en zijn bestemming te bereiken.

Methode 1
Methode 1 van 4:

Aanwijzingen geven door middel van oriëntatiepunten en rijtijden

Pdf downloaden
  1. De meeste mensen volgen de aanwijzingen het beste wanneer ze in 'routeperspectief' worden gegeven, waarbij de nadruk ligt op het beschrijven van wat je onderweg ziet en de reistijd tussen deze oriëntatiepunten. Als je in de auto zou zitten of naast de persoon zou lopen, bedenk dan hoe je de route zou aanduiden ('Sla hier rechtsaf bij de grote kerk, dan gaan we die kant op en volgen we die weg ongeveer vijf minuten...') en gebruik dat als leidraad voor hoe je de routebeschrijving geeft. [1]
    • In plaats van de ander van beginpunt tot eindpunt aanwijzingen te geven, denk je eraan als van oriëntatiepunt tot oriëntatiepunt.
  2. Oriëntatiepunten zullen de persoon een idee geven van de vooruitgang die hij/zij boekt. Ze zullen de persoon ook laten weten of hij of zij nog steeds op de route is dei je hem of haar hebt aangeraden. Tot slot zullen oriëntatiepunten de aandacht vestigen op elk segment van de algehele route die ze proberen te volgen. [2]
    • Dus zeg je iets als: 'Ga zo een paar minuten door tot je het oude postkantoor met de grote metalen koepel aan je linkerhand ziet; sla dan linksaf en rij ongeveer vijf minuten door tot je een McDonald's ziet aan je linkerhand…'
    • Enkele bezienswaardigheden om op te wijzen zijn: historische gebouwen, borden of monumenten; kerken, synagogen of andere religieuze gebouwen; grote bedrijven zoals een kistenwinkel of autohandel; geografische/omgevingskenmerken zoals heuvels of rivieren; wegkenmerken zoals een brug of een splitsing in de weg.
  3. Ga er niet van uit dat de persoon weet aan welke kant van de weg een bocht, een oriëntatiepunt of hun bestemming ligt. Om te voorkomen dat de persoon verdwaalt, geef je altijd aan welke kant van de straat hij of zij moet draaien of naar een oriëntatiepunt moet zoeken. [3]
    • Maak er iets van als 'Kijk links van je naar het tankstation met het tijgerbeeld boven het bord,' en niet alleen maar 'Sla af bij het tankstation met het tijgerbeeldje.'
  4. Geef aan hoeveel tijd de hele route in beslag zal nemen. Geef bovendien aan hoeveel tijd bepaalde segmenten van de route in beslag zullen nemen. Dit geeft de persoon een idee wanneer hij of zij een afslag kan verwachten of een andere weg moet nemen. [4]
    • Laat de persoon weten dat als hij/zij de snelheidslimiet overschrijdt, hij/zij in staat moet zijn om binnen een bepaalde tijd op de plaats van bestemming aan te komen.
    • Als de ander een aantal bochten moeten maken, vertel dan hoe lang bepaalde wegen gevolgd dienen te worden, voordat hij of zij moet afslaan.
    • Bijvoorbeeld: 'De hele route duurt ongeveer 10 minuten. Hier ga je linksaf en rij je ongeveer drie minuten tot...'
    Advertentie
Methode 2
Methode 2 van 4:

Afstanden en kompasrichtingen in kaart brengen

Pdf downloaden
  1. Sommige mensen zijn beter in het lezen van kaarten dan anderen, en deze mensen doen het ook beter wanneer ze een routebeschrijving krijgen die het verbale equivalent is van het kijken naar een kaart --- meer een 'meetkundig perspectief.' Dit is het soort mensen dat goed is in het 'oriënteren' en vertellen welke kant het noorden is zonder kompas, en een goed 'gevoel' hebben om in te schatten hoever ze net hebben gereden. [5]
    • In dit geval klinken je aanwijzingen als volgt: 'Rijd iets meer dan vier km naar het noorden door de Hoofdstraat en sla dan af naar het oosten de Kerkstraat in....'
  2. Neem in elke stap van je routebeschrijving afstanden op. Geef bijvoorbeeld aan hoeveel mijlen of kilometers de persoon op een bepaalde weg zal blijven voordat hij/zij afslaat of op de bestemming aankomt. [6]
    • Stadsblokken en afritten op de snelweg zijn ook een aanvaardbare afstandseenheid om te gebruiken, ook al varieert de exacte afstand tussen deze blokken en afritten: 'Ga twee blokken naar het noorden, rij dan de snelweg op en ga naar het westen naar de vierde afslag...'
    • Een ruwe schatting is beter dan helemaal geen indicatie van de afstand van het ene punt tot het andere.
  3. Hoewel het altijd een goed idee is om te vermelden of iets aan de rechter- of linkerzijde ligt, moet je ook windrichtingen (noord, zuid, oost en west) geven als je een route uitlegt aan iemand in kaartperspectief. En zelfs mensen die het beter doen met het routeperspectief (met oriëntatiepunten) hebben vaak een voertuig of smartphone met een digitaal kompas – daarnaast geven verkeersborden op snelwegen vaak de windrichting aan. [7]
    • Dus: 'Sla bij de straatlamp rechtsaf de hoofdstraat in en rijd dan een halve kilometer door naar het zuiden, waarna je invoegt op de snelweg richting het zuiden van...'
  4. Als je moeite hebt met het verbaal communiceren van de routebeschrijving naar iemand die de routebeschrijving beter begrijpt in kaartformaat, schets dan gewoon de route voor hem of haar. Een kaart zal de persoon in staat stellen om te visualiseren waar hij/zij naartoe gaat. Je kunt ook details, zoals de locatie van oriëntatiepunten, op je kaart opnemen. Bovendien geeft de kaart de persoon iets tastbaars, zodat hij/zij je routebeschrijving niet vergeet. [8]
    • De eenvoudige kaart hoeft niet op schaal te zijn, maar je moet wel de gemiddelde afstanden noteren en een algemene kaartoriëntatie gebruiken (dat wil zeggen, met het noorden naar boven).
    Advertentie
Methode 3
Methode 3 van 4:

De juiste route kiezen om te beschrijven

Pdf downloaden
  1. Voordat je begint met het geven van een routebeschrijving, moet je de persoon vragen waar hij/zij precies vandaan komt. Dit is belangrijk, omdat de specifieke kenmerken van je routebeschrijving afhangen van waar de ander naartoe gaat. [9]
    • Dit is niet het geval als een vreemde je op straat de weg vraagt, maar het is belangrijk om te weten of je schoonmoeder vertrekt vanuit haar huis of haar kantoor in de volgende stad.
  2. Het lijkt misschien verleidelijk om iemand een routebeschrijving te geven via je favoriete binnenweg, maar dit kan meer kwaad dan goed doen. Geef in plaats daarvan de eenvoudigste aanwijzingen die de persoon het minst waarschijnlijk in verwarring zullen brengen. Op deze manier minimaliseer je de kans dat de persoon die je de weg wijst, verdwaalt raakt. Houd hierbij rekening met het volgende: [10]
    • Kies gunstige routes met minder bochten, ook al duren ze iets langer.
    • Focus op routes waar de persoon lange tijd op één weg kan blijven.
    • Kies routes die verwarrende kruisingen, rotondes of omleidingen vermijden.
  3. Als er verschillende alternatieven beschikbaar zijn en sommige daarvan zijn bijzonder gevaarlijk, geef dan de veiligste route. Iemand die niet bekend is met het gebied, zal niet weten wat de gevaren zijn waar ze doorheen zullen rijden. Of het nu gaat om verraderlijk terrein, smalle wegen of buurten met veel criminaliteit, houd altijd rekening met mogelijke zaken die de veiligheid van de persoon in gevaar brengen. [11]
    • De kronkelende binnenweg kan de persoon vijf minuten besparen ten opzichte van de snelweg, maar jij hebt die weg vele malen gereden en kent alle bochten en afslagen – dat geldt niet voor de andere persoon.
  4. Richt je alleen op routes die je wel kent. Anders kan het zijn dat je een verkeerde richting geeft, waardoor de persoon verdwaald kan raken. Een goede vuistregel is om aanwijzingen te geven voor routes waarmee je het meest vertrouwd bent, in plaats van te proberen een snellere of een andere route te beschrijven die jij niet zo goed kent. [12]
    • Vergeet die snelle route maar die je alleen van horen zeggen kent. Houd het bij een route die je al vele malen eerder hebt gevolgd, ook al duurt het een paar minuten langer.
  5. Als er een bijzonder lastig deel van de route is die je voorstelt, vertel de persoon dat dan in detail. Vertel ook wanneer (tijd of afstand) het verwarrende deel van de route te verwachten is. De volgende punten kunnen verwarrend zijn:
    • Wegen die samenvoegen zonder duidelijke berichtgeving
    • Bochten die zeer licht zijn
    • Rotondes [13]
    Advertentie
Methode 4
Methode 4 van 4:

Effectief communiceren

Pdf downloaden
  1. Bij het geven van aanwijzingen mag je niet overhaast te werk gaan. Spreek elk woord dat je zegt duidelijk uit. Neem de tijd om belangrijke factoren zoals mogelijke gevaren of omwegen te verklaren. Als je niet langzaam en duidelijk spreekt, kan de persoon in de war raken of een belangrijk stuk informatie missen. [14]
  2. Gebruik de namen van wegen zoals ze op straatnaamborden en wegenkaarten zijn aangegeven. Vermijd het gebruik van namen voor wegen zoals ze alleen door de lokale bevolking worden gebruikt. Verwijs bovendien niet naar de huizen van mensen als oriëntatiepunten. Alle voorbeelden die je geeft, zijn voorbeelden die herkenbaar moeten zijn voor iemand van buitenaf. [15]
    • Zelfs als iedereen in de omgeving weet dat de snelweg de 'Rondweg' heet, noem je het zoals het aangegeven staat op verkeersborden.
  3. Zelfs als je denkt dat ze misschien een beetje vertrouwd zijn met de plaats, geef dan toch aanwijzingen alsof de persoon niets weet van lokale herkenningspunten, hoofdwegen, of zelfs de namen van wegen. Geef alle informatie die ze nodig hebben om op hun bestemming te komen. Men kan je altijd laten weten of je meer details geeft dan nodig is. [16]
    • Vermijd aanwijzingen als 'Weet u nog waar het oude gemeentehuis was? Daarna slaat u rechtsaf.' Maak er liever iets van als 'U slaat bij het stoplicht rechtsaf de hoofdstraat in, ongeveer een half blok voorbij het park.'
  4. Wees direct en vraag 'Hebt u nog vragen over de route?' Dit zal je in staat stellen om elk deel van de route dat hij of zij mogelijk nog niet volledig begrijpt te kunnen verduidelijken. Bovendien geeft het de ander de mogelijkheid om je te vragen naar de locatie van andere plaatsen die zij mogelijk interessant vinden om te bezoeken.
  5. Stel voor dat de persoon de aanwijzingen die je net hebt gegeven samenvat. Op deze manier weet je zeker dat het volledig begrepen is. Als ze je dan verkeerd hebben begrepen of je verkeerd hebben gehoord, kun je dit corrigeren.
    • Als de ander lijkt te worstelen met de aanwijzingen die je in het 'routeperspectief' hebt gegeven, overweeg dan om in plaats daarvan het 'kaartperspectief' te hanteren -- dat wil zeggen, het vervangen van visuele oriëntatiepunten door afstanden en het noorden, zuiden, enz. [17]
    Advertentie

Over dit artikel

Deze pagina is 3.178 keer bekeken.

Was dit artikel nuttig?

Advertentie