Pdf downloaden
Pdf downloaden
Het is goed om regelmatig je bloeddruk te laten controleren. Als je echter last hebt van "witte-jas-hypertensie" -- waarbij je bloeddruk omhoog vliegt zodra je een medicus met een stethoscoop om zijn nek ziet lopen -- kan het lastig zijn om een accurate uitslag te krijgen. Als je je eigen bloeddruk kunt meten heb je geen last van die angst en kun je je gemiddelde bloeddruk onder normale, dagelijkse omstandigheden bepalen.
Stappen
-
Ga zitten en pak je bloeddrukmeter. Ga aan een tafel of bureau zitten waar je de benodigde apparatuur goed neer kunt leggen. Haal de manchet, de stethoscoop, de drukmeter en het pompje uit de doos, waarbij je voorzichtig de verschillende slangetjes uit de knoop haalt.
-
Til je arm op tot hij op hoogte van je hart is. Breng je arm omhoog en buig je elleboog, zodat je elleboog op hoogte van je hart is. Dan weet je zeker dat de uitslag niet te hoog of te laag is. Het is ook belangrijk dat je arm ondersteund wordt tijdens het opmeten, dus laat je elleboog op een stabiel oppervlak rusten.
-
Wikkel de manchet om je bovenarm. Op de meeste manchetten zit klittenband, waarmee je ze makkelijk vast kunt zetten. Als je shirt lange of dikke mouwen heeft, rol ze dan eerst op, want je kunt de manchet alleen over heel dunne kleding heen doen. De onderste rand van de manchet moet ongeveer 3 cm boven de elleboog zitten. [1] X Bron
- Er zijn experts die aanraden om je linkerarm te gebruiken; anderen zeggen dat je beide kanten moet controleren. Maar als je aan het leren bent om zelf je bloeddruk op te meten, gebruik dan je linkerarm als je rechtshandig bent, of vice versa.
-
Zorg dat de manchet stevig, maar niet te strak zit. Als de manchet te los zit, drukt hij de slagaders niet voldoende samen, waardoor de uitslag te laag zal uitvallen. Als de manchet te strak zit, krijg je wat men noemt "manchet-hypertensie", waarbij de uitslag te hoog is. [2] X Bron
- Manchet-hypertensie kan ook optreden als de manchet te smal of te kort is voor je arm.
-
Leg het brede deel van de stethoscoop tegen je arm. De kop van de stethoscoop (ook wel diafragma genoemd) moet plat op de huid aan de binnenkant van de arm worden gelegd. De rand van het diafragma moet net onder de manchet zijn, en op de armslagader liggen. Doe de oordopjes nu in je oren.
- Hou de kop van de stethoscoop niet met je duim vast -- je duim heeft zijn eigen polsslag, en daardoor kun je in de war raken als je je bloeddruk meet.
- Een goede manier is om de kop van de stethoscoop met je wijs- en middelvinger vast te houden. Dan hoor je als het goed is geen bonkend geluid totdat je de manchet gaat opblazen.
-
Maak de drukmeter vast aan een stabiel oppervlak. Als de drukmeter aan de manchet vast zit met een klemmetje, maak hem dan los en bevestig hem aan iets stevigs, zoals bijvoorbeeld een harde kaft van een boek. Dan kun je hem voor je op tafel leggen en er beter naar kijken. Het is belangrijk dat de drukmeter verankerd en stabiel is.
- Zorg voor voldoende licht zodat je de wijzer en de getallen op de drukmeter goed kunt zien voordat je met de meting begint.
- Soms is de drukmeter bevestigd aan het rubberen pompje, dan is deze stap niet van toepassing.
-
Neem het rubberen pompje en doe het ventiel dicht. Het ventiel moet helemaal dicht zitten voordat je begint. Dan voorkom je dat er lucht kan ontsnappen terwijl je pompt, wat anders tot een inaccurate uitslag kan leiden. Draai het ventiel met de klok mee, tot het niet verder gaat.
- Maak het ventiel niet te strak dicht, want dan schiet het bij het losdraaien te ver open, waardoor de lucht te snel ontsnapt.
Advertentie
-
Blaas de manchet op. Knijp snel in het pompje om de manchet op te blazen. Blijf pompen tot de druk 180mmHg is. Door de druk van de manchet wordt een grote slagader in de bovenarm dichtgedrukt, waardoor de bloedtoevoer tijdelijk wordt afgesneden. Daardoor kan de druk van de manchet wat pijnlijk of vreemd aanvoelen.
-
Zet het ventiel open. Draai het ventiel voorzichtig tegen de klok in, zodat de lucht geleidelijk en langzaam uit de manchet kan lopen. Hou de drukmeter in de gaten; voor een nauwkeurige meting moet de wijzer met ongeveer 3 mm per seconden naar beneden gaan. [3] X Bron
- Het opendraaien van het ventiel terwijl je de stethoscoop vasthoudt kan lastig zijn. Probeer het ventiel open te draaien met de hand van de arm waar de manchet om zit, terwijl je de stethoscoop met de hand van je vrije arm vasthoudt.
- Als er iemand in de buurt is, kun je hem/haar vragen om je te helpen. Een extra paar handen maakt het hele proces een stuk makkelijker.
-
Schrijf je systolische bloeddruk op. Terwijl de druk daalt, luister je met de stethoscoop of je een bonkend of kloppend geluid hoort. Als je voor het eerst een bonk hoort, schrijf je op hoe hoog de druk op de meter is. Dit is je systolische bloeddruk (de bovendruk).
- Dit getal staat voor de druk die je bloedstroom uitoefent op de wanden van de slagader nadat het hart heeft geslagen of is samengetrokken. Het is het hoogste getal van de twee die samen de bloeddruk vormen, en als je de bloeddruk opschrijft, schrijf je dit bovenaan. [4] X Betrouwbare bron American Heart Association Ga naar de bron
- De medische benaming voor het bonkende geluid dat je hoort is "Korotkoff-tonen".
-
Schrijf je diastolische bloeddruk op. Blijf naar de drukmeter kijken, terwijl je via de stethoscoop naar de bonkende geluiden luistert. Uiteindelijk gaat het bonken over in een soort "suizend" geluid. Het kan handig zijn om deze verandering in de gaten te houden, want dat betekent dat je bijna de diastolische bloeddruk kunt aflezen. Zodra het suizende geluid wegebt en je niets meer hoort, schrijf je op hoe hoog de druk is die je op de drukmeter ziet staan. Dit is je diastolische bloeddruk (de onderdruk).
- Dit getal staat voor de druk van je bloedstroom op de wanden van een slagader als je hart ontspant, tussen twee slagen. Het is het lage getal van de twee die samen de bloeddruk uitmaken, en als je je bloeddruk opschrijft, schrijf je dit getal onderaan.
-
Maak je geen zorgen als je niet op tijd bent met aflezen. Als je het exacte getal van een van beide getallen mist, kun je de manchet gewoon weer een beetje oppompen om het beter te kunnen bekijken.
- Doe dit alleen niet te vaak (niet meer dan twee keer), want dat kan de nauwkeurigheid beïnvloeden.
- Je kunt ook de manchet aan je andere arm doen en opnieuw beginnen.
-
Meet je bloeddruk nogmaals. Je bloeddruk kan binnen een paar minuten heel anders zijn (soms zelfs dramatisch), dus als je twee keer je bloeddruk meet binnen tien minuten, kun je een wat accurater gemiddelde krijgen.
- Voor het nauwkeurigste resultaat meet je je bloeddruk vijf of tien minuten na de eerste keer nogmaals.
- Het kan een goed idee zijn om voor de tweede meting je andere arm te gebruiken, vooral als de eerste meting abnormaal was.
Advertentie
-
Weet wat de meting betekent. Als je eenmaal je bloeddruk hebt genoteerd, is het belangrijk om te weten wat de getallen betekenen. Gebruik de volgende gids ter referentie:
- Normale bloeddruk: Bovendruk minder dan 120 en onderdruk minder dan 80.
- Prehypertensie: Bovendruk tussen de 120 en 139, onderdruk tussen de 80 en 89.
- Hypertensie fase 1: Bovendruk tussen de 140 en 159, onderdruk tussen de 90 en 99.
- Hypertensie fase 2: Bovendruk hoger dan 160 en onderdruk hoger dan 100
- Hypertensieve crisis: Bovendruk hoger dan 180 en onderdruk hoger dan 110. [5] X Betrouwbare bron American Heart Association Ga naar de bron
-
Maak je geen zorgen als je bloeddruk laag is. Zelfs als je bloeddruk veel lager is dan 120/80 is er meestal geen reden tot bezorgdheid. Een lage bloeddruk van bijvoorbeeld 85/55 mmHg wordt nog steeds als acceptabel gezien, zolang zich geen symptomen van een lage bloeddruk voordoen.
- Als je echter symptomen ervaart zoals duizeligheid, flauwvallen, moeite met concentreren, koude en klamme huid, snelle of oppervlakkige ademhaling, uitdroging, misselijkheid, dubbelzien of vermoeidheid, is het aan te raden om meteen naar de huisarts te gaan, want dan kan je lage bloeddruk veroorzaakt worden door een onderliggend probleem, en dat kan ernstig zijn of ernstige complicaties geven. [6] X Betrouwbare bron American Heart Association Ga naar de bron
-
Weet wanneer je onmiddellijk hulp moet zoeken. Het is belangrijk om te begrijpen dat een enkele hoge uitslag niet per se betekent dat je een hoge bloeddruk hebt. Het kan het resultaat zijn van allerlei factoren.
- Als je je bloeddruk opneemt na het sporten, na het eten van zoute voeding, na het drinken van koffie, na het roken of wanneer je gestrest bent, kan je bloeddruk ongewoon hoog zijn. Als de manchet te los of te strak om je arm zat, of als hij te groot of klein is voor je arm, kan de uitslag ook inaccuraat zijn. Daarom moet je je niet te veel zorgen maken als je een keer een hoge uitslag hebt, vooral als je bloeddruk de volgende keer dat je het controleert weer normaal is.
- Als je bloeddruk echter altijd hoog is, of hoger dan 140/90 mmHg, moet je je huisarts raadplegen zodat hij/zij een behandelplan kan opstellen, wat meestal een combinatie van gezond eten en bewegen is.
- Medicatie kan ook worden aanbevolen, als veranderingen in je leefstijl niet helpen, als je bloeddruk heel erg hoog is, of als er risicofactoren zijn zoals diabetes of hart- en vaatziekten.
- Als je bovendruk 180 of hoger is, of als je onderdruk 110 of hoger is, wacht dan een paar minuten voordat je je bloeddruk nogmaals meet. Als het nog steeds zo hoog is, moet je onmiddellijk 112 bellen, want dan kun je last hebben van een hypertensieve crisis. [5] X Betrouwbare bron American Heart Association Ga naar de bron
Advertentie
Tips
- Je kunt je bloeddruk vijftien tot dertig minuten na het sporten (of mediteren, of andere ontspannende activiteiten) meten, om te zien of je bloeddruk dan beter is. Je zou een verbetering moeten zien, wat een goede stimulans is om je aan je bewegingsregime te houden! (Beweging is naast een gezond dieet de sleutel tot een gezonde bloeddruk!)
- Het kan een goed idee zijn om je bloeddruk in verschillende houdingen te meten: staand, zittend en liggend (laat iemand je daarbij helpen). Dit wordt de orthostatische bloeddruk genoemd, en het kan nuttig zijn om te bepalen hoe je bloeddruk verschilt per houding.
- De eerste keren dat je een bloeddrukmeter gebruikt zul je waarschijnlijk fouten maken en kun je gefrustreerd raken. Je moet het een paar keer proberen om het onder de knie te krijgen. De meeste sets bevatten een handleiding; lees die zorgvuldig en bekijk de plaatjes of foto's goed.
- Meet je bloeddruk als je je heel ontspannen voelt; dan krijg je een idee van hoe laag het kan zijn. Maar meet het ook eens als je overstuur bent, hoe onplezierig de gedachte eraan dan ook kan zijn; je moet weten hoe hoog je bloeddruk is als je boos of gefrustreerd bent.
- Hou een dagboek van je bloeddrukmetingen bij. Schrijf op op welk tijdstip van de dag je hebt gemeten, en of het net voor of na het eten of sporten was, en of je je druk maakte. Neem dit dagboek de volgende keer mee naar je huisarts.
- Meet je bloeddruk eens nadat je hebt gerookt -- de hoge getallen kunnen een stimulans zijn om te stoppen. (Hetzelfde geldt voor cafeïne, als je verslaafd bent aan koffie of cola; en voor zoute voeding en snacks als chips, als dat jouw zwakke plek is.)
Advertentie
Waarschuwingen
- Het zelf controleren van de bloeddruk met een niet-digitale bloeddrukmeter kan moeilijk zijn, en niet altijd even betrouwbaar. Het is beter om een vriend of familielid die weet hoe het moet je te laten helpen.
Advertentie
Bronnen
- ↑ http://homepage.smc.edu/wissmann_paul/anatomy1/1bloodpressure.html
- ↑ http://www.bhsoc.org/files/2913/3483/0659/ABC1_Sphyg.pdf
- ↑ http://www.practicalclinicalskills.com/blood-pressure-measurement.aspx
- ↑ http://www.heart.org/HEARTORG/Conditions/HighBloodPressure/SymptomsDiagnosisMonitoringofHighBloodPressure/How-High-Blood-Pressure-is-Diagnosed_UCM_301873_Article.jsp
- ↑ 5,0 5,1 http://www.heart.org/HEARTORG/Conditions/HighBloodPressure/AboutHighBloodPressure/Understanding-Blood-Pressure-Readings_UCM_301764_Article.jsp
- ↑ http://www.heart.org/HEARTORG/Conditions/HighBloodPressure/AboutHighBloodPressure/Low-Blood-Pressure_UCM_301785_Article.jsp
Advertentie