Pdf downloaden
Pdf downloaden
Pastelkrijt bestaat simpelweg uit stukken pigment die met verschillende soorten bindmiddel bijeengehouden worden. [1] X Bron Hoewel het gebruik van pastel "schilderen" genoemd wordt door het effect dat ontstaat als je het over papier wrijft, heb je om met pastelkrijt te werken verschillende technieken nodig die anders zijn dan wanneer je met vloeibare verf schildert. Niet alle pastelsoorten zijn bovendien hetzelfde en dus zul je moeten leren wat de kwaliteiten van verschillende pastelsoorten zijn en welk papier je nodig hebt om het beste resultaat te krijgen.
Stappen
-
Bepaal welk soort pastel je wilt gebruiken. Naast pastelkrijt kun je bijvoorbeeld kiezen voor oliepastel, hard pastel, zacht pastel en pastelbladen. Ieder soort heeft zo zijn voor- en nadelen.
- Oliepastel bestaat uit wax en verschillende soorten olie.
-
Lees je in over de papiersoorten die je voor het schilderen met pastelkrijt kunt gebruiken. Pastelpapier kan namelijk allerlei texturen en gewichten hebben, maar is meestal ruwer dan papier dat gebruikt wordt voor bijvoorbeeld acryl of waterverf. [2] X Bron Dit komt doordat pastel op een glad oppervlakte minder goed pakt. [3] X Bron
- Pastelpapier is er in allerlei kleuren. Pastel is door zijn dichtheid en kleurverzadiging namelijk ideaal om op gekleurd papier mee te werken.
- Pastelpapier heeft soms als het ware meerdere lagen, waardoor de ene kant van het papier vrij egaal en de andere kant iets gevlekter lijkt. Andere papiersoorten lijken meer op een carborundum of grof schuurpapier. Dit kunnen leuke papiersoorten zijn om mee te experimenteren.
-
Je kunt pastelkrijt en pastelpapier in de meeste hobbywinkels kopen. Mocht je niet zeker weten welk soort pastel je wilt gebruiken, probeer dan eens enkele soorten uit om erachter te komen wat je het meest ligt.
- Hoewel ze op sommige fronten van elkaar verschillen, kun je zacht pastel, hard pastel en pastelkrijt in één schilderij prima met elkaar combineren. Met oliepastel is dit echter moeilijker. Hou hier rekening mee als je je pastel koopt of bestelt. [4] X Bron
Advertentie
-
Onderzoek de kwaliteiten van je materialen. Oliepastel, hard pastel, zacht pastel en pastelkrijt hebben ieder andere kwaliteiten. Wat deze kwaliteiten precies zijn, kun je ontdekken door met de verschillende soorten pastel te experimenteren.
- Probeer alle pastelsoorten op een stuk papier uit. Je kunt nu goed zien hoe de lijnen van elkaar verschillen.
- Als je een pastelpotlood vasthoudt en uitprobeert, merk je vanzelf dat je hiermee hetzelfde effect kunt creëren als met een traditioneel kleurpotlood. Net als met een normaal potlood kun je er gedetailleerd mee werken.
- Als je een zacht pastelpotlood vasthoudt, zul je merken dat dit een zachtere consistentie heeft. Als je ermee over een stuk papier wrijft, kun je zien hoeveel pigment op het papier wordt overgebracht. Dit hangt er natuurlijk wel vanaf hoeveel druk je op het potlood zet.
- Probeer hard pastel uit op een stuk papier. Probeer te spelen met de manier waarop je het over het papier beweegt. Gebruik eerst het uiteinde en probeer vervolgens de zijkant te gebruiken. Let op hoe de lijnen van elkaar verschillen. Druk eerst hard en vervolgens zacht om te zien welk effect dit heeft. [5] X Bron
-
Experimenteer om erachter te komen hoe de verschillende soorten pastel met elkaar gecombineerd kunnen worden. Probeer de kleuren met elkaar te mengen, maar probeer ook lijnen over andere kleuren heen te trekken.
- Door op deze manier te experimenteren bouw je de vaardigheden op die je nodig hebt om een schilderij te maken.
-
Experimenteer met de verschillende soorten papier die je gekocht hebt. Mocht je losse stukken papier gebruiken, dan kan het handig zijn om dit aan de tafel vast te maken zodat je het niet continu op zijn plaats hoeft te houden.
- Onderzoek de structuur van pastelpapier. Probeer verschillende soorten pastel op het papier uit om erachter te komen hoeveel kleur het papier vasthoudt. Glad papier is over het algemeen lastig te gebruiken omdat het weinig kleur vasthoudt. Je zult in dit geval meerdere lagen moeten aanbrengen.
- Onderzoek hoe het gebruik van bepaalde kleuren de sfeer van je schilderij verandert. Donkerrood papier geeft het schilderij bijvoorbeeld een warme gloed, wit papier heeft een zachter, meer ingetogen effect.
Advertentie
-
Plan je schilderij door eerst met potlood een schets op het papier te maken. Teken de algemene figuren, objecten en gebouwen eerst. Dit is de ideale tijd om te beslissen waar elk element van je schilderij komt te staan.
-
Kies de hoofdkleuren. Bekijk je schets en kies de hoofdkleur, die het grootste deel van je schilderij zal vormen.
- Hou de lijnen van de vormen die je wilt gebruiken licht. Als je eenmaal zeker weet dat alle elementen op de juiste plek in het schilderij staan, kun je de lijnen iets dikker overtrekken.
- Om een deel van het schilderij lichter te houden, kun je deze plek voordat je de kleur aanbrengt met wit pastel invullen. Als de kleur nog steeds te donker uitvalt, kun je hem altijd verwijderen en opnieuw aanbrengen.
-
Bouw meerdere kleurlagen op. Als het ontwerp van je schilderij eenmaal definitief is, kun je gerust donkerdere lijnen gebruiken.
-
Meng je kleuren door verschillende kleurlagen aan te brengen om het juiste effect te creëren. Zorg dat je in de juiste richting kleine likjes kleur aanbrengt, maar zorg dat het er niet volledig perfect uitziet.
- Combineer kleuren met elkaar en voeg met het pastelkrijt gedetailleerde texturen toe.
-
Meng de kleuren met je vingers, gebruik een vochtige kwast of kies voor andere mengmaterialen. Zo kun je de laatste details aan je schilderij toevoegen, die alle verschil kunnen maken.
- Voeg kleine kleurdetails toe door het met het puntje van een kwast op het papier aan te brengen. Zo kun je makkelijker dan met een stuk krijt kleine details, zoals het licht in een oog, toevoegen.
- Creëer zachtere randen door een ronde, witte gum te gebruiken om de kleuren te mengen. Trek de kleur als het ware in een ronde vorm en vervaag de lijnen op het papier.
- Je kunt ook schuimpinda's gebruiken om de kleuren te mengen. Hierdoor worden je vingers niet vies, maar kun je je kleuren wel makkelijk met elkaar vermengen. Ook voorkom je zo dat je vingers beschadigd raken, mocht je erg ruw papier gebruiken.
-
Fixeer het schilderij door fixeerspray te gebruiken. In tegenstelling tot traditionele vloeibare verf raakt pastel gemakkelijk beschadigd en loop je het risico dat de kleuren uitlopen als je het schilderij per ongeluk aanraakt. Om dit te voorkomen kun je fixeerspray gebruiken. Dit kun je in elke hobbywinkel kopen.
- Mocht je geen fixeerspray willen gebruiken, dan kun je je pastelschilderij ook inlijsten. Zo wordt je creatie door een glaslaag beschermd.
-
Veel plezier met je kunstwerk!Advertentie
Tips
- Om een schilderij waar je al eerder aan gewerkt hebt aan te passen, kun je het beste 1 à 2 dagen wachten tot de verf iets harder geworden is. Voeg vervolgens nieuwe verf toe. Pastel droogt nooit volledig, maar wordt na verloop van tijd wel harder, waardoor je makkelijker nieuwe verf kunt toevoegen.
Advertentie
Waarschuwingen
- Blaas kleine deeltjes pastelkrijt in een afgesloten ruimte liever niet van het papier; deze deeltjes kunnen giftig zijn en in je longen terechtkomen. [6] X Bron Draag liever een mondkapje of blaas het stof buiten weg.
Advertentie
Benodigdheden
- Pastelkrijt
- Papier of een schetsboek
- Kleurpotloden
- Mengmaterialen
- Fixeerspray (optioneel)
Bronnen
- ↑ http://ctpastelsociety.com/aboutpastels.html
- ↑ http://www.danielsmith.com/content--id-65
- ↑ http://www.societyofcanadianartists.com/content/page.aspx?section=68&AspxAutoDetectCookieSupport=1
- ↑ http://www.art-is-fun.com/pastels.html#pastelpencils
- ↑ http://www.picturedraw.co.uk/How%20to%20Paint%20with%20Pastels.htm
- ↑ http://www.societyofcanadianartists.com/content/page.aspx?section=68&AspxAutoDetectCookieSupport=1
- http://www.picturedraw.co.uk/How%20to%20Paint%20with%20Pastels.htm
- http://www.artshow.com/resources/pastels.html
Over dit artikel
Deze pagina is 23.972 keer bekeken.
Advertentie