Pdf downloaden
Pdf downloaden
Skip-Bo is een kaartspel voor 2 tot 6 spelers dat wel wat lijkt op Patience. Het doel van het spel is om je eigen kaarten kwijt te raken en te voorkomen dat andere spelers hun kaarten kunnen opleggen. Omdat iedereen ouder dan zeven jaar het spel kan spelen, is Skip-Bo een leuk spel om als gezin te spelen. Ga naar Stap 1 hieronder voor gedetailleerde instructies om Skip-Bo te spelen.
Stappen
-
Begrijp het doel van het spel. Het spel bestaat in totaal uit 144 kaarten die genummerd zijn van 1 tot en met 12, evenals 16 Skip-Bo-kaarten, ofwel de jokers. Elke speler krijgt een eigen stapel van 10 tot 30 kaarten, afhankelijk van hoeveel spelers er zijn. Deze eigen stapel kaarten wordt de stok genoemd. Het doel van Skip-Bo is om elke kaart in je stok in numerieke volgorde weg te spelen. De persoon die zijn of haar kaarten het eerst kwijt is, is de winnaar van het spel. [1] X Bron
-
Begrijp hoe je de verschillende stapels moet gebruiken. Naast de stok die iedere speler heeft, zijn er drie andere soorten stapels die voor drie verschillende doeleinden gebruikt worden. Begrijp waarvoor die stapels bedoeld zijn en hoe je ze gebruikt voordat je begint met het spelen van het spel.
- Nadat alle kaarten gedeeld zijn, worden de resterende kaarten op een stapel in het midden van de tafel neergelegd waar het spel gespeeld wordt. Dit wordt ook wel de trekstapel genoemd. Elke persoon pakt aan het begin van zijn of haar beurt vijf kaarten van deze stapel. De kaarten van deze stapel worden gebruikt om bouwstapels te maken.
- Wanneer het spel begint kunnen spelers hun kaarten kwijt door zogenaamde bouwstapels te beginnen in het midden van de tafel. Er zijn vier bouwstapels en elke stapel moet worden begonnen met een 1 of een Skip-Bo-kaart.
- Aan het einde van hun beurt gooien de spelers een kaart weg op de zogenaamde weggooistapel . Elke speler kan maximaal vier weggooistapels hebben, waarop de kaarten worden neergelegd met de goede kant naar boven. De kaarten uit de weggooistapels kunnen in volgende beurten gebruikt worden om op de bouwstapels te leggen.
-
Begrijp hoe je het spel kunt winnen. Tijdens het spel is het doel om zo snel mogelijk al je kaarten kwijt te raken door ze op de bouwstapels te leggen. De eerste persoon die alle kaarten van zijn of haar stok kwijt is wint het spel.
- Je kunt strategieën gebruiken om te voorkomen dat andere spelers hun kaarten sneller kwijt zijn dan jijzelf. Omdat je kunt zien welke kaarten de andere spelers in hun weggooistapels hebben liggen, kun je bepaalde kaarten opleggen om te voorkomen dat de andere spelers deze kaarten kunnen spelen.
- Je zult je kaarten sneller kwijt zijn als je de kaarten uit je stok wegspeelt voordat je de kaarten uit je weggooistapel oplegt.
Advertentie
-
Speel het spel aan een grote tafel. Omdat er bij Skip-Bo zoveel verschillende stapels kaarten worden gebruikt, kun je het spel het beste aan een grote, ronde tafel spelen. Op deze manier heeft iedereen de ruimte voor zijn of haar stok en vier weggooistapels. Bovendien is er in het midden van de tafel ruimte voor de trekstapel en vier bouwstapels. Als je het spel aan een kleine tafel speelt, kan de tafel erg vol worden.
-
Schud en deel de kaarten. Omdat het spel zoveel kaarten bevat, kan het zijn dat je het in meer dan één stapel moet verdelen om alle kaarten goed te kunnen schudden. Deel de kaarten aan de hand van het aantal spelers dat meedoet. Als er twee tot vier spelers zijn, krijgt elke speler 30 kaarten. Als er vijf tot zeven spelers zijn, krijgt elke speler 20 kaarten. [2] X Bron
-
Laat elke speler een stok maken. Elke speler moet zijn of haar stapel kaarten direct voor zich neer op de tafel leggen met de bovenkant naar beneden. Elke speler heeft zo zijn of haar eigen stok.
-
Maak een trekstapel. Leg de overgebleven kaarten met de bovenkant naar beneden in het midden van de tafel neer. Dit is de trekstapel.Advertentie
-
Speel de eerste ronde van het spel. De eerste speler begint door de bovenste kaart van zijn of haar stok om te draaien. De speler pakt dan vijf kaarten van de trekstapel. Afhankelijk van de kaarten die de speler kan opleggen, kan hij of zij voor een van de volgende mogelijkheden kiezen:
- Als de speler een 1 of een Skip-Bo-kaart in zijn of haar hand heeft of bovenop zijn of haar stok heeft liggen, dan mag de speler een bouwstapel beginnen. Elke bouwstapel vormt het begin van een numerieke reeks en de stapel wordt verder opgebouwd wanneer er meer kaarten in numerieke volgorde opgelegd worden - een 2, een 3, een 4, enzovoort. Als een speler een bepaalde kaart niet heeft, kan hij of zij een Skip-Bo-kaart opleggen om de reeks verder aan te vullen. Deze kaart fungeert dan als joker. De speler blijft doorgaan met het opleggen van kaarten totdat hij of zijn geen kaarten meer heeft om op de bouwstapel te kunnen leggen. De speler legt dan een kaart weg om een weggooistapel te maken voordat zijn of haar beurt voorbij is.
- Als de speler geen 1 of een Skip-Bo-kaart heeft, dan legt hij of zij een kaart weg om de eerste weggooistapel te maken. Een speler kan een tot vier weggooistapels maken in de volgende beurten.
-
Laat de tweede speler de beurt krijgen. De tweede speler draait de bovenste kaart van zijn of haar stok om, pakt vijf kaarten van de trekstapel en gaat op dezelfde manier verder als hierboven beschreven is om een nieuwe bouwstapel te maken, kaarten op een bestaande bouwstapel te leggen of gewoon een kaart weg te leggen op de weggooistapel.
-
Laat de spelers steeds om de beurt spelen. In de volgende beurten pakt elke speler genoeg kaarten om weer vijf kaarten in de hand te hebben. Als een speler bijvoorbeeld alle vijf kaarten in een beurt oplegt, dan pakt hij of zij de volgende beurt vijf nieuwe kaarten van de trekstapel. Als een speler na een beurt drie kaarten over heeft, dan pakt hij of zij bij de volgende beurt twee kaarten van de trekstapel.
- Na de eerste beurt mogen spelers kaarten van hun weggooistapels gebruiken om op de bouwstapels te leggen.
- Wanneer een bouwstapel compleet gemaakt wordt doordat er een 12 opgelegd wordt, pak je de stapel en leg je deze aan de kant. Deze stapel wordt aan de trekstapel toegevoegd wanneer alle kaarten daarvan gepakt zijn. Er mag in plaats van de oude stapel een nieuwe stapel begonnen worden met een 1 of een Skip-Bo-kaart.
-
Blijf spelen totdat een speler zijn of haar stok kwijt is. Laat de spelers steeds om de beurt spelen totdat een van de spelers alle kaarten uit zijn of haar stok opgelegd heeft. Deze speler wint het spel.Advertentie
Benodigdheden
- Een spel Skip-Bo-kaarten
- Hard oppervlak om op te spelen
- 2 tot 6 spelers
Bronnen
Over dit artikel
Deze pagina is 40.543 keer bekeken.
Advertentie
Meld je aan voor de gratis nieuwsbrief van wikiHow!
Je vindt dan elke week handige handleidingen in je inbox.
Meld me aan!
