Pdf downloaden
Pdf downloaden
Werkwoorden vervoegen in het Spaans kan lastig zijn. Om een regelmatig werkwoord te vervoegen in de tegenwoordige tijd, hoef je alleen je onderwerp te weten, de uitgang van het werkwoord weg te halen, en de uitgang voor het bijbehorende onderwerp toe te voegen. Wanneer je wederkerende of onregelmatige werkwoorden gaat vervoegen, veranderen de regels een beetje, maar je kunt het nog steeds doen als je de belangrijkste feiten kent. Als je wilt weten hoe je Spaanse werkwoorden vervoegt in de tegenwoordige tijd, volg je deze stappen.
Stappen
-
Begrijp onderwerpen. Het onderwerp is het zelfstandig naamwoord waar het werkwoord naar verwijst. Om een werkwoord te vervoegen in het Spaans, moet je eerst de verschillende persoonlijke voornaamwoorden in die taal kennen. Dit zijn ze: [1] X Bron
- Yo — ik (formeel)
- Tú — jij (enkelvoud informeel)
- Usted — u (enkelvoud formeel)
- Él, ella — hij, zij
- Nosotros/as — wij
- Vosotros/as — jullie (meervoud informeel)
- Ustedes — u (meervoud formeel)
- Ellos/as
— zij
- Hoewel er acht verschillende onderwerpen zijn, zijn er slechts zes verschillende vormen voor vervoeging. Él, ella en usted worden op dezelfde manier vervoegd, net als ellos, ellas en ustedes.
-
Bepaal het onderwerp. Als je eenmaal bekend bent met onderwerpen, moet je het zelfstandig naamwoord vinden dat bij het werkwoord hoort. Stel dat het werkwoord necesitar (nodig hebben) is, wie heeft dan iets nodig? Jij? De persoon met wie je praat? Een groep jongens? Het onderwerp bepaalt de vorm van vervoeging.
-
Haal de uitgang weg. Alle Spaanse werkwoorden eindigen op "-ar", "-ir" of "-er". Als je de huidige uitgang hebt weggehaald, kun je de nieuwe overeenkomstige uitgang toevoegen. Tenzij het werkwoord wederkerend is, dan staat er "se" achter de uitgang van het werkwoord.
-
Vervoeg "-ar" werkwoorden. Als je de vorm van vervoeging voor "-ar" werkwoorden in de tegenwoordige tijd kent, kun je de vorm aan het eind van ieder regelmatig "-ar" werkwoord toevoegen. Dit zijn de regels voor het vervoegen ervan in de tegenwoordige tijd, met gebruik van het werkwoord hablar (spreken):
- Yo : o - hablo
- Tú : as - hablas
- Él, Ella, Usted : a - habla
- Nosotros/as : amos - hablamos
- Vosotros/as : áis - habláis
- Ellos/as, Ustedes
: an - hablan
-
Vervoeg "-er" werkwoorden. Leer de vorm voor vervoeging van "-er" werkwoorden in de tegenwoordige tijd en voeg deze gewoon toe aan het eind van elk werkwoord. Dit zijn de uitgangen voor het werkwoord "-er" in de tegenwoordige tijd met gebruik van het werkwoord beber (drinken) als voorbeeld:
- Yo : o - bebo
- Tú : es - bebes
- Él, Ella, Usted : e - bebe
- Nosotros/as : emos - bebemos
- Vosotros/as : éis - bebéis
- Ellos/as, Ustedes : en - beben
-
Vervoeg "-ir" werkwoorden. Leer de vorm voor vervoeging van "-ir" werkwoorden in de tegenwoordige tijd, en voeg deze toe aan het eind van elk werkwoord. Dit zijn de uitgangen voor het werkwoord "-ir" in de tegenwoordige tijd, met gebruik van het werkwoord vivir (leven):
- Yo : o - vivo
- Tú : es - vives
- Él, Ella, Usted : e - vive
- Nosotros/as : imos - vivimos
- Vosotros/as : ís - vivís
- Ellos/as, Ustedes : en - viven
Advertentie
-
Leer het voornaamwoord "se" vervoegen. Om een wederkerend werkwoord te vervoegen, moet je eerst leren hoe je het vervoegt afhankelijk van het persoonlijke voornaamwoord van het onderwerp. Elk onderwerp heeft een aparte vorm van se . Deze vervoegde vormen van se werken in iedere tijd. Dit zijn ze: [2] X Bron
- Yo : me
- Tú : te
- Él, Ella, Usted : se
- Nosotros/as : nos
- Vosotros/as : os
- Ellos/as, Ustedes : se
-
Zet de vorm van "se" voor het werkwoord. Voor je verdergaat, kun je de bijbehorende vorm van "se" voor het werkwoord zetten. Je kunt dit zien als het weghalen van "se" aan het eind van het werkwoord voordat je het vervoegt. Haal de "se" uitgang weg -- je hebt het immers al vervoegd.
-
Vervoeg het werkwoord. Vervoeg het werkwoord nu volgens de regels van het vervoegen van een werkwoord in de tegenwoordige tijd -- mits het een regelmatig werkwoord is. Zet het werkwoord na de juiste vorm van se , en dan ben je klaar met vervoegen. Je kunt het persoonlijke voornaamwoord van het onderwerp weglaten voor het wederkerende voornaamwoord wanneer je een uitspraak doet met een wederkerend werkwoord; je kunt bijvoorbeeld " Yo me lavo " zeggen om te zeggen "Ik was mezelf", maar " Me lavo " komt vaker voor. Dit zijn de vormen van het vervoegde wederkerende werkwoord levanto (opstaan) in de tegenwoordige tijd:
- Yo : me levanto
- Tú : te levantas
- Él, Ella, Usted : se levanta
- Nosotros/as : nos levantamos
- Vosotros/as : os levantáis
- Ellos/as, Ustedes : se levantan
Advertentie
-
Vervoeg werkwoorden met een veranderende stam. Dit zijn de werkwoorden waarbij de stam (of "radicaal") verandert, ofwel sterk werkwoorden. Bij sterke werkwoorden verandert de stamklinker van het werkwoord in de tegenwoordige tijd. De stam verandert echter niet in de nosotros of vosotros vormen van het werkwoord. Er zijn een aantal verschillende manieren waarop de stamklinker kan veranderen. Dit zijn een paar voorbeelden:
- Vervoeg werkwoorden met een stamverandering van o
naar ue
met dormir
(slapen) als voorbeeld:
- Yo : duermo
- Tú : duermes
- Él, Ella, Usted : duerme
- Nosotros/as : dormimos
- Vosotros/as : dormís
- Ellos/as, Ustedes : duermen
- Vervoeg werkwoorden met een stamverandering van e
naar ie
met querer
(willen) als voorbeeld:
- Yo : quiero
- Tú : quieres
- Él, Ella, Usted : quiere
- Nosotros/as : queremos
- Vosotros/as : queréis
- Ellos/as, Ustedes : quieren
- Vervoeg werkwoorden met een stamverandering van e
naar i
met seguier
(volgen of verdergaan) als voorbeeld:
- Yo : sigo
- Tú : sigues
- Él, Ella, Usted : sigue
- Nosotros/as : seguimos
- Vosotros/as : seguís
- Ellos/as, Ustedes : siguen
- Vervoeg werkwoorden met een stamverandering van o
naar ue
met dormir
(slapen) als voorbeeld:
-
Vervoeg werkwoorden die veranderen in de eerste persoon. Sommige werkwoorden zijn onregelmatig in de eerste persoon in de tegenwoordige tijd. De overige vormen volgen de regels van het vervoegen van regelmatige werkwoorden. Je kunt deze werkwoorden het best uit je hoofd leren om ze juist te vervoegen. Dit zijn een paar voorbeelden van werkwoorden die alleen in de eerste persoon onregelmatig zijn (de yo vorm):
- Vervoeg werkwoorden die in de eerste persoon van c
in zc
veranderen:
- Conocer (bekend zijn met): Yo conozco
- Agradecer (bedanken): Yo agradezco
- Ofrecer (aanbieden): Yo ofrezco
- Vervoeg werkwoorden waarbij in de eerste persoon een g
verschijnt:
- Caer (vallen): Yo caigo
- Salir (uitgaan): Yo salgo
- Tener (hebben): Yo tengo
- Vervoeg werkwoorden met andere veranderingen in de yo-vorm:
- Dar (geven): Yo doy
- Saber (weten): Yo sé
- Ver (zien): Yo veo
- Vervoeg werkwoorden die in de eerste persoon van c
in zc
veranderen:
-
Vervoeg andere onregelmatige werkwoorden in de tegenwoordige tijd. Er zijn andere veel gebruikte werkwoorden -- en andere die minder worden gebruikt -- waarbij de stam niet verandert, maar die onregelmatig worden vervoegd. Deze uit je hoofd leren zal je helpen de basis van het Spaans onder de knie te krijgen. Dit zijn een paar veel voorkomende onregelmatige werkwoorden in de tegenwoordige tijd vervoegd: [3] X Bron
- Estar
(zijn):
- Yo : estoy
- Tú : estás
- Él, Ella, Usted : está
- Nosotros/as : estamos
- Vosotros/as : estáis
- Ellos/as, Ustedes : están
- Ser
(zijn):
- Yo : soy
- Tú : eres
- Él, Ella, Usted : son
- Nosotros/as : somos
- Vosotros/as : sois
- Ellos, Ellas, Ustedes : son
- Ir
(gaan):
- Yo : voy
- Tú : vas
- Él, Ella, Usted : va
- Nosotros/as : vamos
- Vosotros/as : vais
- Ellos/as, Ustedes : van
Advertentie - Estar
(zijn):
Tips
- Je hoeft niet altijd het persoonlijke voornaamwoord te gebruiken. Dat is er alleen ter verduidelijking. Necesito una toalla betekent hetzelfde als Yo necesito una toalla . Met él/ella/usted en ellos/ellas/ustedes vervoegingen van werkwoorden is het echter handig om het onderwerp erbij te vermelden.
- Deze vervoegingen werken voor zowel de tegenwoordige tijd als de progressieve tegenwoordige tijd. Bijvoorbeeld: Tocamos el piano betekent zowel Wij spelen piano als Wij zijn piano aan het spelen .
- Wil je de toekomende tijd gebruiken? Zet er dan gewoon een vervoeging van "ir" voor, en laat het eigenlijke werkwoord in zijn infinitief-vorm staan. Voorbeeld: Voy a pasear al perro. Dit betekent: "Ik ga de hond uitlaten." Er is ook een echte toekomende tijd, maar als je net begint met Spaans leren, is dit een goede truc.
- In Latijns-Amerika wordt vosotros niet veel gebruikt. Men zal je beter begrijpen als je ustedes gebruikt, wat zowel formeel als informeel wordt gebruikt als jullie .
- Om deze goed te kunnen onthouden, zoek je patronen. Bijvoorbeeld, "yo" zal altijd eindigen op o, él/ella/usted zal dezelfde vervoegingen krijgen, en ellos/ellas/ustedes zal ook hetzelfde zijn.
Advertentie
Bronnen
Over dit artikel
Deze pagina is 9.017 keer bekeken.
Advertentie