Wil jij prachtige, expressieve schilderijen met olieverf kunnen schilderen? Hier zijn wat basisprincipes om je in de wondere wereld van de olieverf te begeleiden. Als je eenmaal de basistechnieken onder de knie hebt, is de hele wereld je schildersdoek!
Stappen
-
Kies je verf. Voordat je gaat beginnen met schilderen moet je de verf kopen. Er zijn talloze merken olieverf op de markt, maar laat je niet verleiden om goedkope verf te kopen. Goedkope verf en hulpmiddelen maken het schilderen moeilijker waardoor je gefrustreerd kunt raken. Voor een paar euro meer koop je verf waarvan je maar een laagje aan hoeft te brengen in plaats van twee of drie om dezelfde levendige kleuren te krijgen.
- De minimale basisvoorraad die je in huis moet halen bestaat uit de volgende kleuren: cadmiumgeel, okergeel, cadmiumrood, karmozijnrood, ultramarijnblauw, titaniumwit en marszwart. Door het mengen van deze kleuren kun je alle kleuren van het kleurenwiel maken.
- Je zult merken dat de witte verf het snelst op gaat, dus koop daar een grote tube van, en van de rest kleine of middelgrote tubes.
- Koop geen pakketjes olieverf van bijvoorbeeld Blokker of Kruidvat, want die zijn van slechte kwaliteit. Koop ook geen sets waar al penselen bijzitten, want die zijn vaak ook niet best.
-
Koop de rest van je materialen. Beginnende schilders zijn geneigd bepaalde materialen niet te kopen om geld te besparen. Dat is natuurlijk prima, maar er zijn wat essentiële benodigdheden die het schilderen met olieverf een stuk leuker en makkelijker maken.
- Koop een paar goede kwasten en penselen. Je hoeft niet heel veel penselen te hebben in het begin, maar neem er een paar van elke soort. Begin met verschillende maten ronde en platte penselen en kwasten.
- Synthetische penselen zijn van heel zachte fijne haartjes gemaakt, terwijl kwasten van echt haar wat ruwer zijn. Neem beide soorten voor verschillende schildertechnieken.
- Je hebt ook een paletmes nodig om verf te mengen, een verfpalet, doeken, wat oude lappen en potten om je kwasten schoon te maken.
- Olieverf is heel dik als het in de tube zit, dus je moet het verdunnen voor de eerste lagen met spiritus of terpentine, en met een medium als lijnzaad- of maanzaadolie voor de latere lagen. De regel is "Dik op dun", wat later scheuren of loslaten van de lagen voorkomt.
- Optionele materialen zijn een schildersezel of tekentafel, een schort, een laken en een kist voor al je materialen. [1] X Bron
-
Maak je werkplek klaar. Omdat je veel spullen nodig hebt bij het schilderen met olieverf moet je een grote ruimte tot je beschikking hebben. Zet je ezel of tafel op een plek waar niet veel gelopen wordt en in direct zonlicht als dat kan. Als je het hebt kun je een oud laken op de vloer leggen om die tegen spetters verf te beschermen.
- Olieverf geeft vieze dampen af, dus zorg dat de ruimte goed geventileerd is, met een open raam of deur.
- Als je een ezel gebruikt moet je hem op de juiste hoogte en hoek instellen. Zorg dat het zo staat dat je in een prettige houding kunt werken.
- Doe oude kleding aan zodat je huid of goede kleren niet vies worden. Olieverf gaat er moeilijk af, dus zorg dat je het niet op je krijgt.
- Als je lang haar hebt, doe het dan in een staart of knot zodat het niet in de verf kan vallen. Doe ringen en armbanden af.
Advertentie
-
Maak een ruwe schets. Gebruik een hard potlood om een lichte schets van je onderwerp te maken. Je kunt dit direct op het doek doen, of op een kladpapier om het daarna met carbonpapier over te brengen op het doek. Als je je onderwerp tekent, denk dan goed na over de compositie en het gebruik van negatieve ruimte.
- Compositie is het plaatsen van het onderwerp op het doek. Kies de beste plaatsing zodat het oog over het hele doek wordt getrokken, en niet ergens op een plek blijft hangen.
- Negatieve ruimte is de ruimte om het onderwerp heen. Als je een concreet object op je doek tekent, teken moeilijke delen dan door meer naar de ruimte eromheen te kijken en minder naar het object zelf. Bedenk hoe je de negatieve ruimte gaat opvullen als je gaat schilderen zodat je onderwerp eruit gaat springen.
- Let op overlappende objecten, want die voegen diepte toe aan je schilderij. Als je onderwerp zelf geen overlappende vormen heeft, overweeg dan om het opnieuw te schikken tot het dat wel heeft. Dat draagt bij aan het realisme van je schilderij.
-
Zoek de lichtbron. Om een realistisch schilderij te maken moet je verschillende lichte en donkere delen hebben. Kijk naar je onderwerp en bepaal uit welke hoek het licht komt en waar de schaduwen en highlights zich bevinden.
- Iedere lichtbron geeft schaduwen, maar als de lichtbron direct boven het onderwerp is kunnen schaduwen moeilijk zichtbaar zijn. Beweeg je lichtbron of je onderwerp zo dat schaduwen en highlights beter zichtbaar worden.
- Misschien heb je niet heel donkere schaduwen of felle highlights. Waarschijnlijk liggen alle kleurtonen vrij dicht bij elkaar. Maak je geen zorgen als jouw lichtbron geen sterke contrasten van schaduwen en highlights geeft.
-
Bedenk welke kleuren je gaat gebruiken. Voor beginnende schilders is het vaak moeilijk om de kleuren van hun onderwerp overeen te stemmen met de kleuren verf die ze hebben. Dat komt omdat de hersenen de kleurwaarden idealiseren; je ziet dat de lucht blauw is, dus je mengt blauwe verf, maar dan realiseer je je dat jouw verf veel feller is dan de echte lucht. De truc is om voorbij te gaan aan de symbolen die onze hersenen gebruiken en de echte kleuren te leren zien. Dat zul je minder felle verf mengen.
- Een schilderij dat je 's avonds maakt zal veel donkerder en rijker van kleur zijn dan een schilderij dat je overdag maakt, wat veel lichter zal worden.
- Kijk naar de kleur van de lichtbron; op een lichte, zonnige dag heeft je onderwerp een gouden gloed. Op een grijze dag is het licht gefilterd door de wolken waardoor je onderwerp een grijstint krijgt. Je hebt ook gekleurde lampen - neonborden of gekleurde gloeilampen bijvoorbeeld - die de kleuren van het onderwerp kunnen beïnvloeden.
-
Kijk naar de beweging van je onderwerp. Schilder je een stilleven of iets met weinig beweging? Of staat je figuur in een veld op een winderige dag, waardoor veel beweging ontstaat? Door te letten op de beweging van je onderwerp kun je je penseelstreken gaan plannen. Met penseelstreken kun je beweging of een gebrek daaraan creëren zodat je schilderij realistisch wordt.Advertentie
-
Meng je verf. Het makkelijke van olieverf is dat het pas na een paar dagen zal drogen. Het is echter bijna onmogelijk om dezelfde kleur twee keer precies hetzelfde te mengen, dus maak voldoende voor meerdere schildersessies en bewaar het zodat je genoeg van dezelfde kleur hebt.
- Gebruik een kleurenwiel om de kleuren op de juiste manier te mengen. Op het kleurenwiel staan primaire, secundaire en tertiaire kleuren en het laat zien hoe je ze moet maken.
- Pure tinten zijn kleuren die niet met wit of zwart zijn vermengd. Je kunt primaire kleuren met elkaar mengen om secundaire kleuren te krijgen.
- Om een lichtere tint te maken voeg je wit toe aan je verf. Dat maakt de kleur lichter.
- Om een donkerdere tint te maken voeg je zwart toe aan je verf.
- Om een nuance te maken voeg je wit toe aan een tint (elke kleur die met wit of zwart is vermengd). Nuances worden het meest gebruikt, want die vertegenwoordigen het grootste gedeelte van de alledaagse kleuren die we zien.
-
Begin met schilderen. Je kunt elke techniek kiezen die je wilt, of je nu alle delen in een keer afmaakt of laag over laag aanbrengt over het hele doek. Als je met olieverf schildert moet je de "dik over dun"-methode gebruiken, waarbij je begint met dunne verf voordat je dikkere verf aanbrengt.
- Probeer de basisvormen te schilderen. Alle figuren bestaan uit een paar basisvormen: de kubus, kegel, cilinder en ring. Schilder deze in de vorm van echte objecten, zoals een doos met sinaasappels, of schilder ze als platte vormen.
- Om je verf te verdunnen kun je een medium gebruiken (lijnzaadolie of terpentine) gemengd met verf. Gebruik niet te veel ineens, maar voeg steeds wat toe tot je de consistentie hebt die je wilt.
- Het duurt drie dagen voordat een laag verf droog genoeg is om over te schilderen, dus heb geduld.
-
Probeer verschillende technieken. Er zijn allerlei manieren om je schilderij te perfectioneren, maar om dat onder de knie te krijgen kan erg overweldigend zijn als beginner. Probeer daarom een techniek tegelijk aan te leren.
- Laat de verf in elkaar overlopen. Hierbij laat je twee of meer kleuren verf in elkaar vervagen (denk aan een zonsondergang). Om dit te doen breng je de lagen verf zo aan dat ze tegen elkaar aanliggen op het doek. Neem dan een platte kwast en veeg de verf voorzichtig door elkaar heen.
- Probeer een glans te creëren. Dit lukt door een oplossing van 1/3 deel lijnzaadolie, 1/3 deel terpentine en 1/3 deel vernis te maken, zodat je een transparante kleur krijgt. Dit kun je met elke kleur verf mengen zodat je een doorzichtige kleur krijgt als de verf is opgedroogd. [2] X Bron
- Gebruik kleine puntjes. Gebruik een (liefst droge) kwast met echte haren en tamponneer daarmee verticaal op je doek. Je kunt deze stipjes gebruiken om wat vagere objecten te creëren.
- Probeer eens te schilderen met een paletmes. Deze techniek werkt goed bij landschappen of om beweging in je schilderij te krijgen. Schep wat verf op met je paletmes en smeer het over je doek om een dikke laag verf te creëren.
Advertentie
-
Herstel foutjes. Je hebt ongeveer drie dagen (omdat de verf dan nog nat is) om foutjes te verbeteren of stukken van je schildering weg te halen met een natte doek. Voordat je beslist dat je schilderij klaar is, zet je een stap naar achteren en bekijk je het in zijn totaliteit om te zien of er nog veranderingen moeten worden aangebracht.
-
Bewaar ongebruikte verf. Als je veel verf overhebt op je palet, bewaar dat dan voor de volgende keer. Doe het in kleine potjes of maak er hoopjes van op je palet en bedek het met krimpfolie.
-
Maak je kwasten schoon. Olieverf kan je kwasten verpesten als je het op laat drogen, dus maak ze meteen goed schoon. Gebruik terpentine en een oude doek om zoveel mogelijk verf af te poetsen en spoel ze daarna uit met warm water en een beetje afwasmiddel. Je kunt de borstels langs je handpalm strijken zodat alle verf eruit komt. Zet de schone borstels met de stelen naar beneden in een pot om te drogen. Zorg dat de kwasten genoeg luchtcirculatie krijgen tot ze droog zijn: Zet ze ergens buiten -- onder een afdakje bijvoorbeeld, of op je bureau -- maar niet in een afgesloten kast of lade.
-
Wacht. Het kan 3 maanden of langer duren voordat olieverf helemaal droog is, afhankelijk van hoe dik de lagen zijn. Zet je schilderij ergens waar het ongestoord kan drogen.
-
Voeg een laag vernis toe. Als je schilderij helemaal droog is kun je een laag vernis aanbrengen om de verf en de kleuren te beschermen. Als de vernis droog is ben je klaar! Hang je mooie kunstwerk ergens waar iedereen het kan zien!TIP VAN EEN DESKUNDIGEKunstschilderKelly Medford is een Amerikaanse kunstschilder die in Rome woont. Ze studeerde klassieke schilderkunst, tekenen en druktechnieken in zowel de Verenigde Staten als Italië. Ze werkt voornamelijk als openluchtschilder in de straten van Rome en reist tevens in opdracht van internationale privéverzamelaars. In 2012 richtte ze Sketching Rome Tours op, waarvoor ze lesgeeft in het bijhouden van een schetsdagboek aan bezoekers van Rome. Kelly is afgestudeerd aan de Florence Academy of Art.
Het aanbrengen van vernis hangt af van de droogtijd . Kelly Medford, openluchtschilder: "Wanneer je vernis aanbrengt hangt af van de droogtijd van het schilderij. Olieverf droogt van boven naar beneden , dus het kan een half jaar tot wel een jaar duren voordat de verf droog is en je een laag vernis kunt aanbrengen. Vernis laat de verf niet ademen en voorkomt dat de verf verder opdroogt, dus als je te snel vernis aanbrengt kan het schilderij beschadigd raken."
Advertentie
Tips
- Ivoorzwart droogt heel langzaam; gebruik het niet als onderlaag.
- Gebruik geen lijnzaadolie als medium bij lichte kleuren; dat wordt heel snel gelig.
- Om olieverf van je handen af te krijgen kun je baby- of olijfolie gebruiken. Doe wat olie op een doek en veeg er je handen mee schoon. Was je handen niet voordat alle olieverf eraf is, anders werkt deze methode niet. Olieverf laat zich verwijderen in combinatie met andere olie, en als de verf er eenmaal af is kun je je handen verder wassen met water en zeep.
- Om te zorgen dat je palet niet uitdroogt kun je het onder water dompelen of in de vriezer zetten.
Waarschuwingen
- Zorg dat verf en andere benodigde stoffen niet in je ogen of op je huid komen. Als het wel in je ogen komt, spoel het dan goed uit met water, minstens twee minuten lang. Dat kun je het beste met een oogbadje doen. Als je dat niet kunt vinden kan een klein borrelglaasje ook werken, of hou je oog gewoon onder de lauwe, zacht stromende kraan. Zo beperk je de schade aan het gevoelige weefsel van het oog.
- Als er verdunner op je huid komt, kan dit irritatie veroorzaken. Spoel het meteen af en was het met water en zeep. Als je een allergische reactie krijgt, ga dan naar de huisarts.
- Bewaar geen ontvlambare materialen in afgesloten ruimtes, ze kunnen spontaan ontbranden. Verdunner en oliemediums zijn brandbaar.
- De materialen die bij het schilderen met olieverf worden gebruikt, zijn giftig en gevaarlijk. Weet altijd precies waarmee je werkt en lees altijd eerst de etiketten voor je het gaat gebruiken. Gooi het weg bij het chemisch afval.