PDF download Pdf downloaden PDF download Pdf downloaden

Idealiter moeten katjes in de buurt van hun moederkat blijven en door ze gevoed worden gedurende acht weken voor ze uit elkaar gehaald en/of geadopteerd worden. In geval van een redding, de dood van de natuurlijke moeder, of wanneer omstandigheden veroorzaken dat een kattenmoeder een of meer van haar katjes afwijst, dan is menselijk ingrijpen noodzakelijk. Er zijn veel dingen om te overwegen als je jezelf in de situatie bevindt waarin je een pasgeboren katje moet voeden. Zorgvuldige overweging en voorbereiding zal van het flesvoeren van een katje een verzachtende en comfortabele ervaring maken en helpen te resulteren in een gelukkig, gezond huisdier.

Deel 1
Deel 1 van 2:

Voorbereiden om een pasgeboren katje te voeren

PDF download Pdf downloaden
  1. Vraag advies bij plaatselijke dierenartsen en opvangtehuizen om erachter te komen of er een zogende moederkat is die in staat is om het katje op te nemen. Moedermelk is het beste voor een babyzoogdier, en voordat je een katje gaat flesvoeren met aanvullende melkpoeders is het aan te bevelen om een zogende kat te zoeken die de plaats kan innemen van de afwezige of niet in staat zijnde moeder. [1]
    • Wees je ervan bewust dat zelfs als je een kat vindt die in staat is om het jonge katje te zogen, ze misschien het katje niet accepteert. Blijf altijd aanwezig wanneer de zogende kat met je katje bezig is; er is een risico dat een voedster kan proberen een katje dat ze afwijst te vermoorden.
    • Als je het geluk hebt om een pleegmoeder te vinden, probeer dan de geur van het nieuwe katje te maskeren. Probeer de eigen katjes van de pleegmoeder te aaien en dan jouw katje. Dit zal helpen de geur van het eigen nest van de moeder over te brengen naar jouw pasgeboren katje. Een voedster (de kat) is eerder geneigd om het katje af te wijzen als het totaal onbekend ruikt, dus door de geur van je katje te maskeren verhoog je de kans dat de voedster haar zal accepteren.
  2. Een pasgeboren katje kan alleen melk verteren, en specifieker de melk van een vrouwelijke kat. Het voeren van de verkeerde soort melk, zoals koeienmelk, kan effecten op zowel de korte termijn als op de lange termijn hebben, waaronder diarree, uitdroging, tekorten aan voedingsstoffen en gezondheidsproblemen op de lange termijn door een slechte groei. Je kunt flesvoeding voor katjes kopen bij de dierenwinkel in de buurt, de dierenarts en zelfs online. Gerenommeerde merken zijn Beaphar en KMR, maar je kunt ook bij je dierenarts informeren welke flesvoeding hij of zij aanraadt. [2] [3]
    • Flessenmelk voor katjes zit in een kuipje of blik en is een droog poeder of vloeibaar. Je gebruikt het op ongeveer dezelfde manier als flessenmelk voor baby's, waarbij je de aanwijzingen op de verpakking opvolgt, die aangeeft hoeveel schepjes je nodig hebt bij welke hoeveelheid water.
    • Wees je ervan bewust dat de melk die in kartonnen pakjes verkocht wordt als cat milk niet geschikt is. Dit is koeienmelk waar de lactose uit gehaald is, en is ontworpen om koeienmelk toegankelijk te maken voor volwassen katten (meer om onze behoefte om ze melk te voeren te vervullen, dan dat er fysiologische behoefte is bij de katten). Het is niet geschikt om voor katjes te gebruiken.
  3. De ideale melk is om de melk van een vervangende voedster te gebruiken. Als je die niet hebt, gebruik dan gekookt water om het katje te voeren en koop direct vervangende melk. Als het katje erg hongerig overkomt, dan kun je een theelepel glucosepoeder toevoegen aan 250 ml gekookt water. Maar dit moet je alleen bij een enkele voeding doen. Herhaal het niet. [4]
    • Een ander alternatief om het gat te overbruggen tot je flessenvoeding hebt is om rijstwater te gebruiken, waarmee water bedoeld wordt waar rijst in gekookt is. Kook wat witte rijst in water en giet het vocht af. Dit bevat een beetje zetmeel (energie) en is niet laxerend, en kan als tijdelijke oplossing gebruikt worden.
    • Het geven van water in de tussentijd zal voorkomen dat het katje uitdroogt, en is een beter compromis dan iets voeren (zoals koeienmelk) dat haar buikje van streek kan maken en haar ziek kan maken.
  4. Onthoud dat hoe jonger het katje is, hoe sneller de stofwisseling gaat, en hoe vaker ze gevoerd moet worden (door haar kleine maagje). Dit betekent dat jij, of iemand anders in je huishouden, of een vriend of buurman, de hele dag aanwezig moet zijn tot het katje oud genoeg is om over te kunnen stappen op vast voer.
    • Een pasgeboren katje, technisch gesproken een katje onder de twee weken oud, heeft dag en nacht voedingsaandacht nodig tot ze oud genoeg is om met het proces van de overgang naar vast voer te starten.
  5. Afspenen betekent dat je het katje van de melk afhaalt en langzaam vast voer introduceert. Je kunt dit doen als het katje eenmaal vier weken oud is, wanneer je katje niet langer meer pasgeboren is. Je kunt zien of je katje geen pasgeborene is, en klaar is om vast voer te krijgen wanneer ze begint te bijten in de speen van de fles. [5]
    • Om je katje af te spenen van melk doe je een klein beetje voer in haar bakje. Als ze er niet klaar voor lijkt of het niet wil eten, dan kun je een paar eetlepels flessenmelk of water toevoegen om het voer zacht te maken en haar interesse aan te moedigen. Zorg ervoor dat je altijd vast voer hebt staan zodat je katje het kan proberen wanneer ze er klaar voor is en het wil. Na verloop van tijd kun je de hoeveelheid melk die je aanbiedt verminderen terwijl je de hoeveelheid vast voer verhoogt.
    • De meeste katjes kunnen vanaf hun zevende week een dieet van vast voer aan.
    • Een katje in de leeftijd van zes tot tien weken oud moet zes tot acht maaltijden per dag krijgen, terwijl een katje van tien weken tot zes of zeven maanden vier maaltijden per dag nodig heeft en een katje tot negen maanden er nog drie per dag krijgt. Let op dat twee maaltijden per dag voor een kat pas acceptabel is als ze volwassen zijn.
    Advertentie
Deel 2
Deel 2 van 2:

Het katje voeren

PDF download Pdf downloaden
  1. Om je pasgeboren katje te voeren heb je een soort voerapparaat nodig. Als het mogelijk is moet je een fles met speen gebruiken die speciaal voor katjes bedoeld is, zoals die van Catac. Het flesje zelf is heel klein en het heeft een open eind aan de bovenkant zodat je er een duim op kunt houden om de loopsnelheid van de melk te controleren als het te snel uit de speen druipt en het katje overweldigt. De speen is lang en smal, wat perfect is om in de bek van een pasgeboren katje te passen. Dit geeft het katje de kans om te sabbelen alsof het van haar moeder komt.
    • Als je geen voedingsset hebt, dan is de een na beste optie een spuit, die je kunt gebruiken om de melk in het bekje van het katje te druppelen. Maar, het katje kan niet sabbelen aan een spuit, dus probeer zo snel mogelijk een flesje met speen te kopen.
  2. Het is cruciaal om al je materialen steriel te houden. Alles gewoon wassen is niet voldoende. Overweeg om een stoomsterilisator (zoals voor babyflesjes) te gebruiken of het materiaal in een oplossing van Milton sterilisatievloeistof in een schaal te leggen. [6]
    • Je kunt Milton sterilisatievloeistof kopen bij drogisterijen, vaak in het babygangpad te vinden. Volg de aanwijzingen op de verpakking. Als je ervoor kiest om je voedingsmaterialen voor je kat te steriliseren met de Milton vloeistof, zorg er dan voor dat je alles uitspoelt met gekookt water, voordat je het gebruikt, om eventuele resten van de sterilisatievloeistof weg te spoelen.
  3. Als je vloeibare flessenmelk gebruikt, open dan het blikje en meet de benodigde hoeveelheid af volgens de verpakking. Als je melkpoeder gebruikt, volg dan de aanwijzingen op de verpakking met betrekking tot de benodigde hoeveelheid schepjes en water. Volg altijd de instructies goed op, omdat een te geconcentreerde melk de maag van streek kan maken, terwijl een te sterk verdunde melk te weinig voedingsstoffen voor je katje bevat.
    • Maak voor elke voeding altijd de melk vers aan. De melk bevat geen conserveringsmiddelen en pasgeboren katjes hebben een zwak immuunsysteem, dus eventuele bacteriële vervuiling van melk die te lang staat kan desastreus zijn voor de gezondheid van het katje.
    • Zet de flessenvoeding niet in de magnetron; dit zal bellen veroorzaken van heel hete of heel koude flessenvoeding in de fles. Zet in plaats daarvan de flessenvoeding in een bakje en zet dat in heet water.
    • Zorg ervoor dat de melk op de juiste temperatuur is - niet te koud en niet te heet. Idealiter zou de melk op lichaamstemperatuur moeten zijn, dus wanneer je een paar druppels ervan op de rug van je hand laat vallen, dan moet het aanvoelen als ongeveer dezelfde temperatuur als je huid. Als het te heet is, dan kan de melk het bekje van je katje branden.
  4. Wanneer je klaar bent om het katje te voeren, verzeker je er dan van dat ze warm is. Tot op zekere hoogte is de spijsvertering van een katje afhankelijk van haar temperatuur. Als ze koel is, dan zal haar spijsvertering traag zijn en de melk zal in haar maag blijven zitten en fermenteren. Pasgeborenen kruipen gewoonlijk dicht tegen de moeder aan en zijn geneigd om erg warm te worden. De ideale temperatuur is 35,5 tot 37,5 graden Celsius gedurende de eerste drie weken van hun leven. [7]
    • Probeer je katje op deze temperatuur te houden door een warmtekussen te gebruiken onder een goed geïsoleerd nest. Als je geen warmtekussen hebt, gebruik dan een in een handdoek gewikkelde warmwaterfles om direct contact met de hete fles, wat brandwonden kan veroorzaken, te voorkomen. Vervang de heet waterfles zo vaak als nodig is om het warm te houden. [8]
  5. Ga in een comfortabele stoel zitten met een opgevouwen handdoek op je schoot. Houd het katje ongeveer hetzelfde als ze zouden liggen bij hun moeder, met haar hoofd recht, pootjes naar beneden en een rustende maag. Wanneer je je katje voor de eerste keer probeert te voeren, vorm dan een druppel aan het eind van de spuit of speen. Houd dit heel dicht bij het bekje van het katje. Haar reukzintuig is sterk en ze zal waarschijnlijk de melk ruiken en proberen haar mond daartegen te houden. [9]
    • Als je een speen gebruikt, geef haar dan op dit punt een beetje hulp door de speen in haar bekje te wriemelen. Dan zou de natuur het over moeten nemen en zou ze moeten beginnen te zuigen.
    • Als je een spuitje gebruikt, druk dan zachtjes de spuit in om een druppel in haar bekje te spuiten. Laat haar tussen de druppels slikken. Overspoel haar mond nooit met melk omdat ze de melk dan kan inademen, melk in de longen kan krijgen en longontsteking kan ontwikkelen, wat gewoonlijk fataal is bij jonge katjes. Neem gewoon je tijd en ga langzaam. [10]
    • De houding van het katje is heel belangrijk. Voer een katje nooit op haar rug, zoals een mensenbaby, en zorg er altijd voor dat het katje ergens op rust wanneer je haar voert. Zorg ervoor dat de kop niet verhoogd ligt omdat dit inademing veroorzaakt, het inademen van flessenmelk in de longen, wat ernstig is en zelfs fataal kan zijn. [11]
  6. Beaphar en andere KMR's bevatten op het pak een gebruiksaanwijzing voor hoeveel en hoe vaak je moet voeren. Volg de instructies op de verpakking. Hier zijn een paar instructies voor hoeveel je je katje in de eerste paar weken van haar leven moet voeren, en hoe vaak: [12] .
    • Een tot drie dagen: 2,5 ml KMR elke twee uur
    • Vier tot zeven dagen: 5 ml KMR, 10 tot 12 voedingen per dag
    • Zes tot tien dagen: 5 tot 7,5 ml KMR, 10 voedingen per dag
    • Elf tot veertien dagen: 10 tot 12,5 ml KMR, elke drie uur
    • Vijftien tot eenentwintig dagen: 10 ml, 8 keer per dag
    • Eenentwintig dagen en daarna: 7,5 tot 25 ml, 3 tot 4 keer per dag, als aanvulling op het introduceren van vast voer
  7. Wanneer je leert hoe en oefent om een katje met de fles te voeren, houd dan in gedachten dat overvoeren of verkeerd voeren problemen kan veroorzaken met inademing. Observeer je katje gedurende voedingen om je ervan te verzekeren dat er geen melk door de neus komt, en dat de maag niet opgezwollen aanvoelt.
    • In termen van kwantiteit, als je een hebberig katje hebt en ze blijft zuigen, ook als ze de aanbevolen hoeveelheid al op heeft, kijk dan naar haar buikje. Als haar buikje strak en opgezwollen is, stop dan met voeren. Dit is een teken dat haar maag vol zit, maar dat ze het zich nog niet realiseert. Overvoer niet. [13]
    • Als je katje minder dan de aanbevolen hoeveelheid neemt, raak dan niet in paniek. Dit kan de individuele voorkeur van het katje zijn. Als je je zorgen maakt dat ze niet genoeg genomen heeft, dwing haar dan niet om meer te nemen waarbij je het risico loopt dat je haar longen vult, maar stop, laat haar rusten en probeer het een uurtje later nog eens. [14]
  8. Het is belangrijk om geduldig en kalm te blijven tijdens het flesvoeren van een katje om te zorgen dat het katje op zijn gemak is. Geef het katje daarnaast de kans om op zijn eigen tempo te eten bij het flesvoeren, om overeten of problemen met de spijsvertering te voorkomen.
    • Moedig boeren aan en stimuleer het door het katje met zijn rug tegen jouw lichaam aan te houden en zachtjes zijn maagje te wrijven. In de relatie tussen voedster en katje zal de moeder het katje likken om hem te helpen windjes en ontlasting te laten passeren. Wees niet verrast door eventueel resultaat - het is een goed teken! [15]
  9. Direct na elke maaltijd likt de moederpoes de anus en genitale delen van haar katjes om ze aan te moedigen te urineren en ontlasten. De moeder likt feitelijk hun afscheidingen op, wat de natuurlijke manier is om een vervuild nest te voorkomen, wat roofdieren kan aantrekken. Zonder moeder echter, moet jij aan de slag. Gebruik vochtige watten en veeg dit over het anale deel met een likkende beweging. Als het katje zich ontlast, veeg het dan weg met het watje. Eindig met een schoon plukje watten om haar achterkant schoon te maken, en dan ben je klaar tot de volgende voeding. [16] [17]
    • Dit is een belangrijke stap bij het succesvol voeren van je katje. Als je de stimulatie van de moeder van de afscheiding van het katje niet nabootst, zal je katje haar blaas en darmen niet legen en kan ze erg ziek worden.
  10. Ga door met het regelmatige dagelijkse voerschema gedurende de komende weken tot het afspenen naar vast voer geschikt is. Op dit moment kun je overleggen met je dierenarts over een geschikt afspeendieet.
    • Voeg vast voer toe aan het dieet, zoals zacht blikvoer en harde brokken, wanneer het katje ongeveer vier weken oud is. Sommige katjes zullen flesvoeding krijgen tot ze acht weken oud zijn en deze voortgang moet gecommuniceerd worden met een veterinaire professional.
    Advertentie

Waarschuwingen

  • Weeg je katje in de eerste twee weken elke dag. Je kunt een keukenweegschaal gebruiken, maar zorg ervoor dat je het afdekt met een schone doek of lap. Je katje moet ongeveer 15 gram per dag aankomen in de eerste twee weken. Houd zorgvuldig het gewicht bij in de loop van het voeren, en vraag raad aan een dierenarts als het katje te snel gewicht verliest of aankomt. [18]
  • Het is het beste om katjes bij hun moeder te laten tot ze minstens zes weken oud zijn, hoewel acht tot tien weken beter is. Fokkers bevelen aan om te wachten tot een katje twaalf weken oud is voor ze naar een nieuw huis gaan. Er kunnen complicaties ontstaan als een katje wees wordt; katjes kunnen minder sociaal zijn, gezondheidsproblemen ontwikkelen en hun algemene ontwikkeling en welzijn kan negatief beïnvloed zijn. [19]
  • Overleg met een dierenarts als het katje helemaal niet eet, omdat dit een teken kan zijn van ziekte.
Advertentie

Over dit artikel

Deze pagina is 5.185 keer bekeken.

Was dit artikel nuttig?

Advertentie