Pdf downloaden
Pdf downloaden
Hoewel het mogelijk is om in meerdere oppervlakken te snijden—waaronder zeep en steen—blijft houtsnijden populair omdat het zowel praktisch als betrekkelijk makkelijk te oefenen is. Om deze kunst op de juiste manier te leren, moet je echter de juiste benodigdheden bij elkaar zoeken en voldoende tijd besteden aan geduldig oefenen.
Stappen
-
Identificeer de vier soorten houtsnijwerk. Er zijn vier grote soorten houtsnijwerk: whittling, reliëfsnijwerk, driedimensionaal, en chip carving. Kies de stijl die je voorkeur heeft en leer er meer over.
- Whittling is een oude snijstijl die voornamelijk wordt gedaan met een whittlingmes met een stijf handvat. Het mes laat scherpe, hoekige halen achter en de afgewerkte stukken zijn meestal klein en driedimensionaal.
- Reliëfsnijden is de kunst van figuren snijden in een platte houten plaat. Het beeld lijkt driedimensionaal van voren, maar de achterkant blijft plat. Je hebt meerdere handgereedschappen nodig om een reliëfsnijwerk af te maken.
- Driedimensionaal houtsnijden is waarschijnlijk de meest levensechte techniek. Je gebruikt verschillende gereedschappen om dit soort houtbeeldhouwwerken te maken en het eindproduct is driedimensionaal, met zachtere, natuurlijkere lijnen.
- Chip carving werkt vooral met messen, beitels en hamers. Je hakt beetje bij beetje aan het hout om driedimensionale patronen te creëren op een houten plank, maar de achterkant van het stuk blijft plat.
-
Kies het juiste hout. Als vuistregel moet het hout dat je gebruikt een beetje zacht zijn. Koop gemerkt kwaliteitshout van een doe-het-zelf-zaak of houtleverancier in plaats van het uit een stapel gewoon timmerhout te halen. [1] X Bron
- Lindenhout, butternut en witte den behoren tot de beste houtsoorten om te gebruiken, vooral voor beginners. Dit zijn zachte houtsoorten, wat ze gemakkelijk te snijden maakt, maar lindenhout heeft een fijne nerf, butternut heeft een grove nerf en witte den heeft een gemiddelde nerf. Lindenhout is het beste voor whittling, maar je kunt butternut en witte den voor bijna iedere houtbewerkingstechniek gebruiken.
- Mahonie en zwarte walnoot hebben allebei een gemiddelde nerf en zijn een beetje moeilijk te snijden omdat deze houtsoorten iets harder zijn.
- Kers, suikerahorn en witte eik zijn allemaal moeilijk te snijden door hun hardheid. Kers en suikerahorn hebben een fijne nerf, maar witte eik heeft een gemiddelde tot grove nerf. Als ze echter op de juiste manier worden gesneden, kun je met alle drie de houtsoorten uitstekende eindproducten maken.
-
Koop het juiste houtsnijmes. Het mes dat je kiest moet scherp, gemakkelijk vast te houden en onbuigzaam zijn. Intrekbare messen zijn vaak niet veilig omdat ze uit elkaar kunnen vallen onder druk, dus een standaard zakmes werkt misschien niet goed.
- Messen voor chip carving zijn je beste optie. Het lemmet is ongeveer 3,5 cm lang en het handvat is lang genoeg om prettig in je hand te liggen. Kies er eentje van koolstofstaal zodat hij lange tijd scherp en intact blijft.
- Als je net begint en nog geen investering wilt doen, kun je overwegen om een stanleymes of hobbymes te gebruiken. Zorg alleen dat het lemmet scherp en vast is. Je moet ook het handvat langere perioden vast kunnen houden zonder ongemak te ervaren.
-
Zorg voor een paar gutsen. Gutsen zijn kromme gereedschappen die gebruikt worden om het hout 'uit te graven' in plaats van te snijden. Je gebruikt gutsen om oppervlakken te snijden, vormen en glad te maken.
- U-gutsen hebben kromme schachten en kromme snijranden. Als je u-gutsen koopt, merk dan op dat de snijranden variëren in breedte tussen de 2 mm en 60 mm en dat de vorm van de schacht recht, gebogen, naar achter gebogen of als een lepel kan zijn.
- V-gutsen hebben gehoekte punten die bij elkaar komen in een punt in de vorm van een 'V'. De snijrand kan variëren in breedte tussen 2 mm en 30 mm. De zijkanten kunnen ook bij elkaar komen op een hoek van 60 of 90 graden.
- Gebogen en lepelvormige gutsen zijn speciale gereedschappen die het makkelijker maken om bij bepaalde stukken van het houtsnijwerk te komen. Ze zijn niet altijd nodig, maar ze zijn goed om te hebben als je serieus met de hobby aan de gang gaat.
-
Gebruik beitels. Beitels zijn scherpe, platte gereedschappen die gebruikt worden samen met rubberen mokers. Goede beitels zijn vooral belangrijk bij het oefenen met hout versnipperen.
- Eenvoudige timmermansbeitels hebben platte randen die met een scherpe hoek in het hout graven.
- Schuine beitels hebben ook platte zijkanten, maar ze hellen met een hoek van 45 graden naar achteren, waardoor je iets minder stompe sneden kunt maken.
- Traditionele mokers zijn technisch gezien gemaakt van zwaar hout, maar rubberen mokers zijn minder lawaaiig en veroorzaken over het algemeen minder schade aan het handvat van de beitel na herhaalde impact.
Advertentie
-
Oefen met resthout. Het is altijd een goed idee om wat eenvoudige sneden te oefenen op resthout voordat je aan een belangrijk stuk werkt. Dat doen geeft je de mogelijkheid om bekend te raken met het gereedschap. Zorg ook dat je nooit naar je lichaam toe werkt, snij van je af voor het geval dat het mes uitschiet om een trip naar het ziekenhuis te voorkomen.
- Gebruik altijd scherp gereedschap, zelfs als je alleen maar oefent. Als het gereedschap scherp genoeg is, maakt het een nette, mooie snee door het hout zonder sneetjes of strepen achter te laten.
-
Houd het mes correct vast. Als je een mes, guts of beitel door het hout moet duwen, houd je je handen achter de scherpe snijrand. Deze gereedschappen kunnen wegglijden als je werkt en als je vingers voor het lemmet zitten, verwond je jezelf.
- Als je met messen werkt, pak je het hout met je niet-dominante hand. Houd de hand achter het lemmet van het gereedschap, maar duw de duim van die hand voorzichtig tegen de botte kant van het gereedschap om de controle te houden. Terwijl je je niet-dominante hand stabiel houdt, roteer je je dominante hand en pols om de gewenste snee.
- Als je met gutsen werkt, houd je het handvat in de palm van je dominante hand terwijl je de schacht stabiel houdt door hem tussen je duim en wijsvinger van je dominante hand te knijpen. De snijrand moet tegen het hout rusten.
- Onthoud om de richting van het snijgereedschap te sturen met je pols en niet je elleboog. Dit geldt ongeacht de snee of het gebruikte gereedschap.
-
Snij langs de nerf. Maak je sneden altijd met de nerf mee in plaats van er tegenin. Tegen de nerf in snijden zal het hout laten versplinteren.
- Bekijk het hout en zoek de lange, evenwijdige lijnen die er doorheen lopen. Deze lijnen lopen misschien niet evenwijdig aan de zijkanten van de plaat en ze zijn wat golvend in plaats van kaarsrecht.
- Snij altijd neerwaarts op een van die nerflijnen. Je kunt ook diagonaal door de nerf of er evenwijdig aan snijden, maar snijd niet tegen de nerf in.
- Als het hout begint te scheuren, ook al is het gereedschap scherp, snijd je misschien in de verkeerde richting. Wissel naar de tegenovergestelde richting en bekijk de resultaten opnieuw.
-
Oefen een paar eenvoudige sneden. Er zijn veel sneden die je moet leren als je deze ambacht beoefent, maar als je net begint moet je op zijn minst een beetje van de basis oefenen. [2] X Bron
- De lopende snee creëert een lange gleuf in het hout. Houd het lemmet van een u-guts of v-guts op het oppervlak van het hout en druk hem over de nerf, en houd de druk zo gelijk mogelijk.
- Een stekende snee creëert scherpe sneden in het oppervlak van het hout, waardoor je harde schaduwen kunt maken. Duw de snijdende rand van een guts recht in het hout en trek hem dan terug zonder hem verder te duwen.
- Vegende sneden zijn lange sneden in de vorm van een boog. Gebruik een guts om over de nerf te duwen, en roteer het handvat terwijl je duwt om een boog te maken.
Advertentie
-
Draag veiligheidsmaterialen. Houtsnijden kan gevaarlijk zijn als je niet voorzichtig bent, dus je moet overwegen om eenvoudige veiligheidsmaterialen te dragen om jezelf te beschermen.
- Draag een snijhandschoen aan je niet-dominante hand of aan de hand waarmee je het hout vasthoudt.
- Bescherm je ogen ook met een veiligheidsbril. Er zullen houtsnippers rondvliegen en zelfs als het een klein stukje is, kan een rondvliegende snipper in je ogen terechtkomen als je jezelf niet beschermt.
-
Schets het ontwerp. Als het mogelijk is, gebruik je een potlood om licht de beoogde sneden en gutsen te schetsen voordat je je gereedschap pakt.
- Deze lijnen kunnen richtlijnen zijn, wat het makkelijker maakt om precies te blijven. Je kunt fouten maken als een gereedschap uitschiet, maar je zult geen fouten maken doordat je iets verkeerd hebt berekend.
- Als je toch fouten maakt, kun je niet terug. Je zult je oorspronkelijke plan moeten veranderen om de fout erin te verwerken of opnieuw beginnen met nieuw hout.
-
Zet het hout vast. Idealiter moet je het hout vastzetten door het aan de tafel of in een bankschroef te klemmen. Daardoor maak je beide handen vrij, waardoor je makkelijker kunt werken.
- Houd het hout nooit op schoot tijdens het snijden.
- Voor kleine houtsnijwerken als whittled stukken, kun je het hout in je niet-dominante hand houden terwijl je werkt. Houd je niet-dominante hand achter de snijrand van het gereedschap.
-
Snijd de basisvorm. Haal zoveel mogelijk hout weg totdat je de basisvorm van het eindproduct kunt zien in het houtblok.
- Bij kleine stukken kun je de basisvorm snijden met messen of beitels. Bij grotere stukken heb je misschien een lintzaag of kettingzaag nodig.
- Wees niet bang dat je teveel weghaalt. Zolang je niet meer snijdt dan je geschetste richtlijnen, verpest je het hout niet. Je kunt langzaamaan doen als je je daar prettiger bij voelt, maar het kan lang duren om zelfs maar een basisvorm te krijgen als je niet zoveel durft met je gereedschap.
-
Maak een ruwe vorm. Als je de basisvorm hebt, gebruik je u-gutsen om zoveel mogelijk overtollig materiaal weg te halen tot de totale vorm van het werk zich ontwikkelt.
- Identificeer de grootste vlakken en werk eerst aan die vormen. Als de grotere vormen in zicht komen, ga je geleidelijk over op de kleinere, meer afgetekende vormen.
-
Voeg kleine details toe. Zodra de totale vorm af is, ga je over op je kleinere gereedschap en voeg je details toe aan het snijwerk.
- Hoewel je altijd messcherp gereedschap moet hebben, is het vooral belangrijk tijdens deze stap. Bot gereedschap kan het oppervlak van het hout beschadigen en verpesten hoe het snijwerk er uitziet.
- Werk aan één gebied van het snijwerk tegelijk. Maak de grotere details en details op de voorgrond eerst af en ga dan verder met de kleinere details en de achtergrond.
-
Bescherm het eindproduct. Als je tevreden bent met je werk en het snijwerk wilt behouden, moet je een houtafwerkingsproduct gebruiken dat het oppervlak kan beschermen tegen vocht, oliën, vuil en ander afval. [3] X Bron
- Pastawas is relatief helder en laat de natuurlijke kleur van het hout erdoor schijnen. Het werkt goed bij decoratieve snijwerken, maar kan afslijten als het wordt aangebracht op vaak aangeraakte snijwerken.
- Deense olie kan de kleur van het hout een beetje verkleuren, maar het kan best duurzaam zijn en gebruikt worden voor snijwerken die vaak worden aangeraakt.
- Urethaan- en polyurethaansprays zijn de meest duurzame afwerkingsproducten en gaan meestal lange tijd mee zelfs als het snijwerk vaak wordt aangeraakt. Je moet de afwerking aanbrengen bij gematigd en droog weer en het grondig laten drogen tussen aangebrachte lagen.
Advertentie
Tips
- Je moet misschien cirkels in hout snijden voor een project, in welk geval een gatenzaag of een motorzaag met een klein blad de makkelijkste te gebruiken gereedschappen zijn.
Advertentie
Benodigdheden
- Zacht hout (lindenhout, butternut of witte den)
- Mes voor chip carving
- U-gutsen, verschillende groottes
- V-gutsen, verschillende groottes
- Timmermansbeitel
- Schuine beitel
- Rubberen moker
- Snijhandschoen
- Veiligheidsbril
- Potlood
- Bankschroef
- Houtafwerkingsproduct (pastawas, Deense olie of urethaanspray)
Bronnen
Over dit artikel
Deze pagina is 6.701 keer bekeken.
Advertentie
Meld je aan voor de gratis nieuwsbrief van wikiHow!
Je vindt dan elke week handige handleidingen in je inbox.
Meld me aan!
