Ben ik volwassen?

Doe deze test en ontdek het!

'Wauw, je bent echt volwassen voor je leeftijd!' Klinkt dat bekend? Mensen gebruiken vaak woorden als 'volwassen' en 'onvolwassen' om aan te geven of onze beslissingen en acties mentaal en emotioneel verstandig zijn. Zou het niet geweldig zijn als er een manier was om bij jezelf na te gaan hoe volwassen je bent geworden?

We kunnen je daarbij helpen. Klik op 'Test starten' en aan het eind van de test vertellen we je precies hoe volwassen je bent.

Een glimlachende vrouw zit aan een tafel met een laptop voor zich.

Tests zijn leuker met vrienden

Deel deze test met je vrienden en vergelijk de resultaten

Overzicht van vragen

1. Heb je het gevoel dat je je emoties meestal goed onder controle hebt?
  1. Zeker! Ik heb het gevoel dat ik mijn emoties goed onder controle heb.
  2. Meestal, maar af en toe gaat het fout.
  3. Een beetje. Ik verlies soms weleens de controle.
  4. Niet echt. Ik heb niet het gevoel dat ik mijn emoties onder controle heb.
2. Je hebt van je docent net opbouwende feedback gekregen over een project. Hoe reageer je?
  1. Ik bedank hem of haar en probeer me de feedback te herinneren voor later.
  2. Ik glimlach en ik knik, maar van binnen erger ik me een beetje.
  3. Ik leg uit dat ik het er niet mee eens ben, maar ik dring verder niet aan.
  4. Ik begin een discussie met mijn docent. Hij of zij ziet het helemaal verkeerd.
3. Jij en je vriend(in) hebben een lelijke ruzie. Hoe leg je het weer bij?
  1. Ik erken de rol die ik in onze ruzie gespeeld heb en neem verantwoordelijkheid voor mijn daden.
  2. Ik bied zo oprecht mogelijk mijn verontschuldigingen aan, zelfs als ik het niet helemaal meen.
  3. Ik bied mijn verontschuldigingen aan, maar maak duidelijk dat de ander fout zit.
  4. Ik doe niets -- het is aan mijn vriend(in) om het weer goed te maken.
4. Hoe vaak vraag je aan je vriend(inn)en en dierbaren hoe het met ze gaat?
  1. Minstens één keer per gesprek.
  2. Om de paar dagen.
  3. Ongeveer een keer per week.
  4. Ik denk er meestal niet aan om dit te vragen.
5. Je hebt net een slecht cijfer gekregen en bent erg gefrustreerd. Hoe reageer je?
  1. Ik geef mezelf de tijd om mijn gevoelens later wanneer ik alleen ben te analyseren en te verwerken.
  2. Ik ben er eerst gespannen over, maar ik onderdruk mijn negatieve gedachten tot later.
  3. Ik praat er niet over, maar ben de rest van de dag wat nors.
  4. Het beïnvloedt mijn humeur sterk -- mijn klasgenoten kunnen zien dat ik van streek ben.
6. Vind je het gemakkelijk om je gevoelens op een respectvolle manier te uiten?
  1. Ja, zeker weten. Ik kan mijn gevoelens delen zonder andere mensen de schuld te geven.
  2. Meestal wel. Ik vind het niet al te moeilijk om rustig te blijven.
  3. Soms, maar het duurt niet lang voordat ik een schuldige aanwijs.
  4. Nee. Ik geef andere mensen vaak de schuld voor hoe ik me voel.
7. Je wilt een nieuwe gadget hebben, maar hebt maar een klein bedrag op je spaarrekening staan. Wat doe je?
  1. Ik spaar de komende maanden geduldig wat geld bij elkaar.
  2. Ik vraag mijn buren of ik wat klusjes voor ze kan doen voor wat geld.
  3. Ik vraag mijn vriend(in) om me de rest van het geld te geven.
  4. Ik praat mijn ouders een schuldgevoel aan tot ze me geven wat ik wil.
8. Hoeveel praat je over jezelf tijdens een gemiddeld gesprek?
  1. Ongeveer 50% van de tijd -- het is eerlijk verdeeld tussen mij en degene met wie ik praat.
  2. Tussen de 50 en 60% van de tijd. Ik praat iets meer dan de ander.
  3. Ongeveer 60-80% van de tijd. Ik domineer zeker het gesprek.
  4. Meer dan 80% van de tijd. De ander kan misschien net een paar zinnen zeggen.
9. Hoe vaak maak je tijd vrij voor zelfreflectie?
  1. Ten minste één keer per dag.
  2. Ik denk om de paar dagen.
  3. Meestal één keer per week.
  4. Geen idee -- ik vind het niet echt belangrijk.
10. Een vriend(in) is het niet eens met iets wat je gezegd hebt. Hoe reageer je daarop?
  1. Ik vraag de ander naar zijn of haar mening. Ik wil erg graag horen hoe hij of zij erover denkt.
  2. Ik lach het weg, alhoewel ik wat geïrriteerd ben.
  3. Ik zeg niets, maar ik pieker er nog over lang nadat het gesprek voorbij is.
  4. Ik steek de draak met zijn of haar mening. Dat gebeurt nu eenmaal als iemand het niet met mee eens is!
11. Vind je het leuk om te roddelen met je vriend(inn)en?
  1. Nee. Het zou me kwetsen als ik erachter zou komen dat iemand achter mijn rug om over me zou praten.
  2. Een beetje. Het is zeker iets wat ik stiekem graag doe.
  3. Ik roddel graag, maar ik ben meestal niet degene die begint.
  4. Zeker! Ik hoor graag de laatste nieuwtjes.
12. Je klasgenoot wint een prijs die jij graag had willen winnen. Wat doe je?
  1. Ik glimlach en feliciteer hem of haar. Hij of zij heeft het echt verdiend!
  2. Ik feliciteer hem of haar, maar ik meen het niet echt.
  3. Ik rol met mijn ogen. Hij of zij is waarschijnlijk het lievelingetje van de docent geworden om te kunnen winnen.
  4. Ik klaag tegen mijn vriend(inn)en hoe ik degene had moeten zijn die won.

Meer tests

Vond je deze test leuk?


Onthoud dat volwassenheid geen afvinklijstje is van dingen die je doet, maar eerder een deel is van wie je bent. Je bent al een erg volwassen persoon, maar we noemen hier toch enkele manieren waarop je een volwassen voorbeeld kunt zijn voor de mensen om je heen:

Alles over volwassen zijn

Volwassenheid wil zeggen dat je in staat bent om zowel emotioneel als mentaal als een volwassene te handelen. Volwassen mensen luisteren naar hun gevoelens en begrijpen ze – ze kunnen hun gevoelens op een gezonde en respectvolle manier uiten, en erkennen hoe andere mensen zich voelen en denken. Tekenen dat je emotioneel volwassen bent zijn:

  • Je kunt je emoties gemakkelijk scheiden van je identiteit. Het is voor jou niet moeilijk om in te zien dat je gevoelens los staan van wie je bent. Als je je bijvoorbeeld af en toe somber voelt, wil dat niet zeggen dat je een somber persoon bent.
  • Je bent in staat om opbouwende feedback te ontvangen van anderen. Het is voor jou niet moeilijk om de feedback van een ander te accepteren en te zien voor wat het is. Als iemand je opbouwende feedback geeft, zie je dit niet als een persoonlijke aanval op je karakter.
  • Je begrijpt hoe verschillende emoties zich uiten in je lichaam. Je voelt vlinders in je buik wanneer je verliefd bent of krijgt een rood hoofd wanneer je boos wordt. Je bent jezelf, begrijpt je emoties en begrijpt wat de verschillende lichamelijke signalen betekenen.
  • Je bent in staat om je gevoelens op een gezonde manier te uiten. In plaats van je gevoelens op te kroppen, vertel je andere mensen op een respectvolle en eerlijke manier waar je mee zit. Je kunt dit doen zonder andere mensen er de schuld van te geven.
  • Je bent in staat om rustig te blijven in verschillende situaties. Om welke situatie het ook gaat, je weigert om je af te reageren op anderen om met je gevoelens om te kunnen gaan. In plaats daarvan ben je in staat om in de meeste situaties het hoofd koel te houden.
  • Je neemt verantwoordelijkheid voor je daden. Je bent beleefd en bescheiden genoeg om de verantwoordelijkheid te nemen voor je daden als je emoties de overhand krijgen. Je geeft anderen niet de schuld van je gedrag wanneer je je verontschuldigingen aanbiedt.
  • Je begrijpt de behoeften van andere mensen. Je ziet snel hoe andere mensen zich voelen en vraagt ze of het goed met ze gaat.