Pdf downloaden
Pdf downloaden
Jongleren is een eeuwenoude vorm van entertainment. De eerste vermelding die van de kunst bekend is, stamt uit Egyptische hiërogliefen van duizenden jaren geleden. Veel mensen denken dat jongleren makkelijk is, maar als je het nog nooit gedaan hebt, is het best lastig onder de knie te krijgen. Toch moet je het met wat aanwijzingen en een dosis oefening prima kunnen leren. Lees ons stappenplan en binnen de kortste keren jongleer je met drie ballen (en leer je nog wat leuke trucjes!).
Stappen
-
Koop goede ballen. De ideale ballen om te jongleren zijn ballen die niet te licht en niet te groot zijn. Als je nog nooit eerder gejongleerd hebt, kun je het beste kleine ballen met een zandvulling gebruiken. Zorg dat je ballen koopt die goed in je handpalm passen.
- Ballen met pitten zijn ook handig om te leren jongleren. Doordat ze niet stuiteren of wegrollen als je ze laat vallen, kun je je goed op het oefenen concentreren en hoef je niet constant achter de bal aan te rennen.
- Je kunt ook zelf oefenballen maken van tennisballen of ballonnen.
-
Zoek een goede plek uit om te oefenen. Als je net begint met jongleren, zul je de ballen vaak laten vallen. Ga dus niet vlakbij glazen beeldjes of andere breekbare objecten staan en zorg dat je de ruimte hebt om te bewegen. Een goede plek om te oefenen is bijvoorbeeld in de tuin.
- Zorg dat je comfortabel staat, met je voeten ongeveer 30 centimeter uit elkaar. Het is handig om in het begin vlakbij een tafel te gaan staan. Zo hoef je niet steeds te bukken om ballen die je laat vallen op te rapen.
-
Begin met één bal. Gooi één bal met een klein boogje van de ene naar de andere hand. Zorg dat je de bal niet te hoog gooit. Zoals je ziet maakt de bal geen cirkel, maar een boog.
- Een veelgemaakte beginnersfout is om de bal te hoog in de lucht te gooien. Het is dan ook belangrijk om erop te letten dat de bal niet hoger dan je hoofd komt. Gooi echter ook niet te laag; dan heb je straks te weinig tijd om je handen te bewegen.
- Gaat het gooien van één bal je eenmaal goed af, begin je armen dan in een ronde beweging naar binnen te bewegen. Zo wen je alvast aan de beweging die je maakt als je met drie ballen jongleert. Probeer de bal niet rond te gooien; deze beweging geldt alleen voor je handen.
-
Ga verder met twee ballen. Houd in iedere hand een bal. Gooi de eerste bal van je linker naar je rechter hand.
- Terwijl de eerste bal door de lucht vliegt, gooi je de tweede naar je linker hand. Houd je handbewegingen open en maak dus geen vuisten van je handen.
-
Gooi de tweede bal in de lucht als de eerste zijn maximale hoogte bereikt heeft. Het enige verschil met het jongleren met drie ballen is nu dat je dezelfde beweging nog eens maakt. Je bent er dus al bijna!
- Blijf deze beweging oefenen. Als je dit eenmaal onder de knie hebt, maakt dat de volgende stap alleen maar makkelijker. Bekijk het wikiHow artikel over jongleren met twee ballen als je wat extra hulp nodig hebt.
Advertentie
-
Ga nu verder met drie ballen. Houd twee ballen in je rechterhand en de derde bal in je linkerhand. Ben je linkshandig, dan geldt voor jou het tegenovergestelde. Ga alleen over tot deze stap als je het jongleren met twee ballen onder de knie hebt.
- Weet je nog hoe je de tweede bal gooide terwijl de eerste door de lucht vloog? Het enige verschil tussen het jongeren met twee en met drie ballen is dat je de derde bal nu gooit terwijl de tweede door de lucht vliegt. Het komt dus eigenlijk op hetzelfde neer. Klaar? Go!
-
Begin met je rechterhand en gooi bal 1 (blauw) richting je linker hand. Let erop dat je de ballen niet te hoog in de lucht gooit.
-
Gooi bal 2 (rood) naar je rechter hand terwijl bal 1 (blauw) bijna in je linkerhand geland is. Als de eerste bal zijn maximale hoogte bereikt hebt, heb je hier ongeveer een seconde voor. Tijd zat!
-
Als bal 2 (rood) bijna in je rechterhand ligt, gooi je bal 3 (groen) van rechts naar links. Vang allebei de ballen. Hier wordt het moeilijk -- je moet nu vangen en gooien tegelijk --, maar blijf het proberen!
- Het is handig om de bal in je rechterhand ietsje richting je vingers te rollen voordat je hem gooit. Zo kun je deze bal iets lager gooien, zodat hij niet in botsing komt met de bal die al door de lucht vliegt.
-
Herhaal de stappen van het jongleren met drie ballen zo vaak als nodig is. Blijf oefenen tot je aan de beweging gewend raakt en de ballen als vanzelf door je handen rollen. Maak je niet druk over eventuele bewegingen die je maakt; als je blijft oefenen, kun je binnen de kortste keren ook jongleren met je beide voeten stevig op de grond.
- Daag jezelf uit om zo lang mogelijk achter elkaar te jongleren. Hoe meer je oefent, hoe sneller je dit goed kunt en het lijkt alsof de ballen constant in beweging zijn.
- Blijf oefenen! De enige manier om te leren jongleren is door te blijven oefenen. Hoe vaker je dit doet, hoe minder je ballen zult laten vallen en hoe sneller je het zult kunnen.
Advertentie
-
Probeer theatraal te leren jongleren. Om te leren jongleren, bewoog je je armen in cirkels naar binnen. Je kunt het echter ook omdraaien en je armen in cirkels naar buiten bewegen. Dit werkt hetzelfde als het normale jongleren, maar ziet er net iets theatraler uit omdat de ballen nu grotere bogen maken.
- Begin om dit te leren met één bal. Voer het aantal op tot je met drie ballen jongleert. Sommige mensen noemen dit ook wel "buitenom jongleren".
-
Experimenteer met verschillende handbewegingen. Nu je de normale en theatrale manier van jongleren eenmaal onder de knie hebt, kun je proberen je ballen op een andere manier te leren vangen. Als je dit goed kunt, ziet het er bijna magisch uit.
- Vang grijpend. Hierbij draai je je handen met de palmen richting het publiek als je een bal vangt, waardoor je handen er als klauwen uitzien. Vervolgens draai je je hand vliegensvlug weer om zodat je de bal weer de lucht in kunt gooien. Begin met één bal om het vangen en gooien onder de knie te krijgen.
- Probeer de ballen met de rug van je hand te vangen. Dit kun je af en toe tussendoor, maar ook aan het einde van een jongleersessie doen. Blijf jezelf uitdagen. Kun je de ballen bijvoorbeeld op je hoofd laten landen?
-
Doe de "douche" truc. Als je met twee ballen jongleert, gooi je er één horizontaal. Doe dit nu ook, maar dan met drie ballen. Je gebruikt nu één hand om de ballen te gooien en de andere om ze te vangen.
- Voor dit trucje zul je de ballen iets hoger moeten gooien. Er vliegen nu steeds twee ballen tegelijk door de lucht, waardoor je meer tijd en hoogte nodig hebt om de nodige bewegingen te maken.
-
Gooi in een driehoekje. Bij deze truc wordt één bal constant horizontaal van de ene naar de andere hand gegooid. De tweede bal blijft constant in je rechterhand en de derde bal constant in je linker. Als alle drie de ballen in de lucht zijn, ziet het eruit alsof ze een driehoek vormen.
- Houd twee ballen in je rechterhand. Gooi met je linkerhand een bal in de lucht en gooi zodra je dit doet de tweede bal van je rechter naar je linkerhand. Als je die bal eenmaal gevangen hebt , gooi je de tweede bal in je rechterhand en de bal in je linkerhand omhoog en vang je de horizontale bal als je rechterhand vrij is.
Advertentie
Tips
- Merk je dat je steeds vooruit moet stappen om een bal te vangen, probeer dan eens voor een muur te oefenen. Hierdoor kun je niet vooruit stappen en leer je automatisch anders te gooien om de bal te kunnen vangen.
- Zorg dat je ballen allemaal ongeveer even hoog gooit.
- Het ware geheim van jongleren is dat je weet wanneer je moet stoppen - als je merkt dat het vangen lastiger wordt, rond je de truc af en lach je naar het publiek.
- Tellen kan je bij het jongleren helpen:
- Oefen het gooien in een boogje door ritmisch de stappen te tellen. Gooi een bal van links naar rechts. Stop. Gooi bal één, dan bal twee en stop weer. Eén, twee, vang, vang, stop. Eén, twee, stop. Eén, twee, stop.
- Herhaal deze oefening nog eens, maar begin nu met je linker in plaats van je rechterhand. Blijf oefenen tot je dit onder de knie hebt. Als het te makkelijk wordt, voeg je een derde bal toe. Vervang dan het woord "stop" met het cijfer "drie". Eén, twee, drie, Eén, twee, drie.
- Wees geduldig en oefen veel. Als je dit al moeilijk vind, bekijk dan eens een filmpje van Enrico Rastelli, die met 10 ballen tegelijk jongleerde! [1] X Bron (Hij oefende maar liefst 12 uur per dag!)
Advertentie
Waarschuwingen
- Gooi geen twee ballen tegelijkertijd, maar zorg dat het gooien elkaar afwisselt.
- Zorg dat je met een boogje gooit en dat de bal voor je lichaam (en dus niet boven je hoofd of een meter verderop) door de lucht vliegt.
- In het begin lijkt jongleren misschien moeilijk. Hou echter vol; de meeste mensen houden de ballen maar zo'n 30 seconden in de lucht.
Advertentie
Benodigdheden
- Drie geschikte jongleerballen.
- De ruimte om te oefenen.
Bronnen
- ↑ Wikipedia, Enrico Castelli, http://en.wikipedia.org/wiki/Enrico_Rastelli
Advertentie