Pdf downloaden
Pdf downloaden
Door te gaan schrijven kan er een hele nieuwe wereld voor je opengaan! Van realistische fictie tot mysterieuze sciencefiction en poëzie; de enige beperking is je verbeelding. Schrijven houdt heel veel meer in dan alleen maar je pen op papier te zetten: je moet lezen, onderzoek doen, nadenken en reviseren. Hoewel niet alle schrijfmethodes voor iedereen werken, kunnen de onderstaande tips je wel op weg helpen in de wereld van schrijven.
Stappen
-
Lees veel. Lees verschillende boeken van verschillende schrijvers en genres om te ontdekken op welke manieren je allemaal kunt schrijven en welke stijl verschillende schrijvers hebben. Hierdoor leer je na te denken over het onderwerp waarover je wilt schrijven, welke schrijfstijl jij wilt hanteren en ook belangrijk: welke schrijfstijl je niet wilt.
- Lees wat je wilt schrijven. Als je sciencefictionboeken wilt gaan schrijven, lees dan sciencefictionboeken. Een paar bekende sciencefictionschrijvers zijn Isaac Asimov, Philip K. Dick en Ray Bradbury.
- Lees regelmatig. Zelfs als je elke dag maar twintig minuten leest, bijvoorbeeld voor het slapen gaan, zal je al verbetering opmerken in je eigen teksten.
-
Vind een plek om te schrijven. Als je begint met schrijven, probeer dan een paar verschillende plekken om te schrijven uit, zodat je kunt ontdekken waar je je het meest fijn voelt. Waar kun je je het best concentreren? Waar vind je inspiratie? Dat kan je bureau thuis zijn, maar ook een tafeltje in een druk café, een plekje in de bibliotheek of in het park.
- Misschien wil je, afhankelijk van je stemming of het verloop van je boek, wel steeds ergens anders schrijven.
- Verschillende locaties lenen zich voor verschillende activiteiten. Misschien brainstorm je wel het best op je bed thuis en is de bibliotheek een goede plek om je teksten te bewerken.
-
Kies een manier om te schrijven. Schrijf je alles met pen en papier of gebruik je een laptop? Net als het vinden van de juiste plek, heeft ook het vinden van de juiste manier om te schrijven soms even tijd nodig.
- Wees je bewust van afleidingen. Typen op een laptop gaat misschien sneller, maar het kan ook zorgen voor afleiding omdat je makkelijk even het internet op kunt of je mail kunt checken.
-
Brainstorm. Schrijf ideeën op over goede plots. Een boek begint altijd met een idee, en de mogelijkheden zijn eindeloos. Je kunt schrijven over calculus. Je kunt schrijven over Mercurius. Je kunt zelfs schrijven over jezelf. Beantwoord de volgende vragen:
- Wat gebeurt er in je verhaal?
- Wat is het hoofdonderwerp?
- Wie is de hoofdpersoon?
- Waarom willen mensen dit boek lezen?
-
Doe onderzoek. Als je schrijft over een onderwerp waar je niet alles vanaf weet en je wilt er zeker van zijn dat je alles realistisch weergeeft, ga dan op zoek naar informatie of stel vragen aan iemand die er wel verstand van heeft.
- Zoek informatie op het internet. Typ je onderwerp in een zoekmachine en bekijk de eerste tien tot twintig zoekresultaten.
- Let op : Neem niet alles wat je op het internet leest als waarheid aan, helemaal als je een onderzoeksrapport of een artikel dat op feiten berust aan het schrijven bent. Internetbronnen kunnen onbetrouwbaar zijn. Boeken en artikelen in tijdschriften en kranten worden grondig op waarheid gecontroleerd voordat ze gepubliceerd worden en zijn daarom een veel betrouwbaardere informatiebron.
- Ga eens naar de bibliotheek. Ja, het is echt waar, er bestaat nog informatie dat je niet op het internet kunt vinden. Voor een nog grotere informatiebron kun je ook eens naar de universiteitsbibliotheek gaan.
Advertentie - Zoek informatie op het internet. Typ je onderwerp in een zoekmachine en bekijk de eerste tien tot twintig zoekresultaten.
-
Schrijf een ruwe kladversie. Het maakt niet uit hoeveel schrijf- of spelfouten er in staan. Deze tekst is bedoeld om gewoon wat ideeën op papier te zetten. Schrijf alles op dat in je hoofd opkomt en dat misschien interessant is voor je verhaal. Alles ordenen komt later wel.
-
Als je dat lastig vindt, is vrij schrijven misschien iets voor je. Zet een timer en blijf net zo lang schrijven wat in je opkomt tot de tijd afloopt. Als je je aan het haasten bent om maar zoveel mogelijk te schrijven, heb je geen tijd om je zorgen te maken over fouten.
-
Begin aan je volgende kladversie. Lees je eerste kladversie door en zet de tekst die je wilt bewaren in de goede volgorde. Let op dat je geen spel- en grammaticafouten maakt en dat er geen slordigheidsfoutjes zoals dubbele woorden in staan. Besteed extra aandacht aan het plot en bedenk welke stukken je beter weg kunt laten.
- Bewerk je tekst zonder genade. Schrap alles dat niet bij het verhaal past, overbodig is of waar je niet tevreden over bent.
- Let op de coherentie. Passen alle delen van het verhaal op een logische manier bij elkaar? Nee? Herschrijf dan de delen die er niet bij passen.
- Let op de noodzakelijkheid. Leveren alle delen van de tekst een bijdrage aan het verhaal? Geeft elk deel genoeg achtergrondinformatie? Werkt elk deel op een goede manier naar het plot toe? Wordt de spanning opgebouwd? Een interessant karakter ontwikkeld?
- Let op of er iets ontbreekt. Worden alle karakters voldoende geïntroduceerd? Lopen de plotpunten soepel in elkaar over?
-
Proeflezen. Alleen de spellingscorrectie aanzetten is vaak niet genoeg. Alleen jij kunt het verschil zien tussen me en mijn, of na en naar. Want hoewel die woorden allemaal goed gespeld zijn, worden ze regelmatig verkeerd gebruikt.
-
Schrijf een derde kladversie. Neem voor deze versie meer tijd en denk na over elk deel als je de tekst analyseert, bewerkt of herschrijft. Denk na over grotere veranderingen zoals hele stukken tekst verplaatsen.
-
Blijf herschrijven totdat je klaar bent voor de mening van iemand anders. Dat is een belangrijke stap, omdat anderen nu gaan zien wat jij hebt geschreven in plaats van dat alleen jij ziet wat je denkt dat je hebt geschreven.
- Vraag naar de mening van iemand voor wie je respect hebt en die je vertrouwt, en die tevens zelf veel leest of zelf schrijft.
- Vraag die persoon om een eerlijke en gefundeerde mening. Alleen eerlijk feedback, zelfs al is het kritiek op je hele verhaal, kan je een betere schrijver maken.
- Als degene die je verhaal leest een beetje hulp nodig heeft, stel hem of haar dan dezelfde vragen als je jezelf hebt gesteld.
- Dit is helemaal belangrijk als een deel van je verhaal over een technisch gebied gaat waar je zelf niet zoveel verstand van hebt. Zorg ervoor dat tenminste een van je lezers wel een expert is op dat gebied.
- Sluit je aan bij een groep schrijvers die over datzelfde onderwerp schrijven zodat je je teksten kunt delen, andermans teksten kunt lezen en elkaar feedback kunt geven.
-
Evalueer de feedback die je hebt gekregen. Je hoeft het niet eens te zijn met alles wat er over je verhaal wordt gezegd. Aan de andere kant, als je van meer dan één persoon dezelfde feedback krijgt, zal daar zeker een kern van waarheid in zitten. Probeer een goed balans te vinden tussen het behouden van aspecten die jij wilt behouden en veranderingen aanbrengen op basis van de feedback van mensen die je kunt vertrouwen.
- Herlees je tekst met in je achterhoofd de opmerkingen van de mensen die je tekst gelezen hebben. Let op gaten in je verhaal, delen die je moet schrappen of stukken die herschreven moeten worden.
- Herschrijf je verhaal met behulp van de inzichten die je hebt verworven door de feedback en door het herlezen van de tekst.
Advertentie
-
Schrap overbodige woorden. Laat woorden die alleen ter versiering dienen weg. Schrap alle woorden die niet essentieel zijn voor het verhaal of voor een zin. Je kunt beter te weinig woorden dan te veel woorden hebben. Als je tekst te veel woorden bevat, is de kans groot dat je verhaal saai, opgeblazen of onleesbaar wordt. Let in het bijzonder op:
- Bijvoeglijke naamwoorden. Bijvoeglijke naamwoorden zeggen iets over zelfstandige naamwoorden, maar soms is dat overbodig. Beginnende schrijvers maken vaak de fout om veel te veel bijvoeglijke naamwoorden te gebruiken in een poging “beschrijvend” te zijn.
- Bijvoorbeeld: "Hij stapte opzij en voelde een kwade woede opkomen." "Kwade" betekent boos, maar "woede" ook. Het bijvoeglijke naamwoord is hier overbodig omdat het niets nieuws vertelt. Veel beter zou zijn: "Hij stapte opzij en voelde dat hij woedend werd."
- Idiomen en slang. Idiomatische uitdrukkingen zoals "een fluitje van een cent" of "schuimbekken" leiden niet altijd tot een goede tekst. Net als slang, kunnen ze de tekst dateren (wie zegt er nu nog “iemand de blauwe buik omhangen”?) en kan je tekst verkeerd geïnterpreteerd worden (probeer maar eens slang uit 1920 te ontcijferen).
- Bijvoeglijke naamwoorden. Bijvoeglijke naamwoorden zeggen iets over zelfstandige naamwoorden, maar soms is dat overbodig. Beginnende schrijvers maken vaak de fout om veel te veel bijvoeglijke naamwoorden te gebruiken in een poging “beschrijvend” te zijn.
-
Houd het vocabulaire simpel. Probeer in het begin te schrijven als Hemingway in plaats van als Faulkner. Als je niet precies weet wat daarmee bedoeld wordt, kijk dan eens naar het volgende voorbeeld. Welk van de onderstaande citaten vind je makkelijker te begrijpen?
- "Maera lag stil, zijn hand op zijn armen, zijn gezicht in het zand. Hij had het warm en voelde zich plakkerig door het bloed. Elke keer voelde hij de hoorn in zijn richting komen. Soms bonkte de stier alleen maar tegen hem aan met zijn kop. Eén keer voelde hij de hoorn dwars door hem het zand in gaan. Iemand had die stier vast bij zijn staart. Ze vloekten tegen hem en wapperden met de cape voor zijn kop. Toen verdween de stier." — Ernest Hemingway, In Our Time .
- "Het waren de mannen, niet wit, niet zwart, niet rood, maar mannen, jagers, met de begeerte en stoutmoedigheid te doorstaan en de deemoed en bekwaamheid te overleven, en de honden en de beer en herten bijeengezet en ertegen ontzet, bevolen en afgedwongen door en in de wildernis in de eeuwenoude en niet aflatende strijd tegen de eeuwenoude en niet te verzachten regels die alle spijt teniet doen en geen genade dulden." — William Faulkner, The Bear .
-
Laat het werkwoord de motor van je zin zijn. Waarschijnlijk zijn werkwoorden je beste vrienden. Een goedgeplaatst werkwoord kan een zin begoochelen en vrijhouden van andere woordsoorten zoals bijvoeglijke naamwoorden of zelfstandige naamwoorden, die de zin alleen maar rommelig maken. Ezra Pound heeft ooit gezegd dat een zin in de basis een overdracht van macht is. [1] X Bron Werkwoorden maken die machtsoverdracht mogelijk.
- Neem bijvoorbeeld de volgende zin: "Hij ging de kamer in." Er is niets mis met deze zin. Aan de andere kant is hij wel een beetje saai. Je kan de zin wat meer pit geven en specifieker maken door een subtieler werkwoorden te gebruiken in plaats van "ging." Wat dacht je van "kroop" , "stampvoette" of "glipte" ?
- Zorg dat je zinnen actief
zijn in plaats van passief
.
- Actief: "De hond vond zijn baas." De hond “handelt” in deze zin. Hij vindt zijn baas.
- Passief: "De baas werd gevonden door zijn hond." Hier is de hond niet meer de “handelende persoon”. De baas wordt gevonden, de hond vindt niet.
-
Breid je woordenschat uit. Als je een grotere woordenschat hebt, kun je preciezer zijn met wat je wilt zeggen. Je moet geen “duur” of “moeilijk” woord gebruiken als er ook een eenvoudiger woord is dat hetzelfde betekent, maar af en toe word je gedwongen een wat moeilijker woord te gebruiken. Deze moeilijke woorden moet je net zo gebruiken als je spaargeld: wees er zuinig mee en alleen als het echt noodzakelijk is.
- Er zijn bijvoorbeeld waarschijnlijk niet veel mensen die weten wat "pernicieus" betekent (verderfelijk, schadelijk). Als je zo’n soort woord gebruikt, gebruik hem dan in de juiste context. Waarschijnlijk past zo’n woord niet in een zin met eenvoudigere woorden, maar het kan werken als je een moeilijk woord op een ironische, satirische of grappige manier gebruikt.
- Leer technische woorden te onthouden. Als je een huis wilt beschrijven, helpt het als je een aantal architecturale termen kent, zoals: "boeisel," "pijler," "gevel," "sierlijst," "stijl" en nog veel meer van dit soort woorden. Omdat het technische termen zijn, bestaan er vaak geen synoniemen voor. Je zal dus moeten kiezen tussen "goudkleurige sierlijst" of "goudkleurige ding aan de zijkant van de muur." Kies jij maar welke beter klinkt.
-
Kies voor figuratief taalgebruik. Metaforen en retoriek behoren bijvoorbeeld tot figuratief taalgebruik. Gebruik ze om een effect te creëren. Een zin als "De klampen waren hard en misvormd." kan levendiger worden gemaakt door retoriek toe te voegen: "De klampen waren hard en misvormd, als een door de zee uitgespuugd scheepswrak."
-
Besteed aandacht aan de interpunctie. Misschien vind je interpunctie saai en daar zou je best weleens gelijk in kunnen hebben. Interpunctie is echter “vermeend” saai. Interpunctie helpt eigenlijk alleen maar de betekenis van woorden en zinnen te verduidelijken. Interpunctie is noodzakelijk, maar moet niet opvallen. Veel mensen maken de fout interpunctie te gebruiken om veel te veel te accentueren of op te laten vallen, bedoeld of onbedoeld.
- Uitroeptekens. Gebruik niet te veel uitroeptekens. Mensen roepen niet vaak iets uit. Veel zinnen hebben helemaal geen uitroepteken nodig. Elmore Leonard, een groot misdaadauteur, zegt hierover: "Houd je uitroeptekens onder controle. Gebruik er nooit meer dan twee of drie per 100.000 woorden." [2] X Bron
- Puntkomma’s. Puntkomma’s fungeren als hybridepauze en verbinden twee hoofdzinnen die een logisch verband hebben. Kurt Vonnegut, een Amerikaanse schrijver, is van mening dat je ze helemaal niet moet gebruiken: "Gebruik geen puntkomma’s. Het zijn travestiete hermafrodieten die absoluut nergens voor staan. Het enige dat ze uitdrukken is dat je ooit een opleiding hebt gevolgd." [3] X Bron Hoewel de overtuiging van Vonnegut misschien een beetje scherp is, kan het geen kwaad om zijn advies af en toe in je achterhoofd te houden.
-
Vermijd archaïsch taalgebruik. Archaïsch taalgebruik is bijvoorbeeld taalgebruik dat driehonderd jaar geleden normaal was. Het is moeilijk te begrijpen, klinkt onnatuurlijk en, geloof het of niet, het is moeilijker te schrijven.
- Archaïsch
: "De redenen zijn vierledig."
- Modern : "Er zijn vier redenen voor."
- Archaïsch
: "De redenen zijn vierledig."
-
Zeg wat je bedoelt en bedoel niet wat je zegt. Denk na over wat je wilt zeggen voordat je het zegt. Probeer te uiten wat je in je hoofd hebt. Veel mensen zetten simpelweg maar iets op papier in de hoop dat het overeenkomt met wat ze eigenlijk bedoelden. Dat is gewoon een vorm van luiheid.Advertentie
Tips
- Geniet ervan, helemaal als je schrijven echt leuk vindt.
- Een verhaal hoeft niet per se in chronologische volgorde geschreven te worden. Veel schrijvers beginnen met het eind en werken dan terug naar het begin. Als jij dat ook doet, schrijf dan elk deel op een nieuwe pagina (of werk op de computer in verschillende documenten of maak verschillende secties). Daarna kun je de verschillende delen van je verhaal ordenen hoe jij wilt.
- Maak een todolijst om te plannen wat je stappen zijn en wat je wilt bereiken.
- Vergeet niet dat je dit voor je lol doet, raak dus niet gestrest. Beroemde schrijvers herschrijven hun teksten heel vaak.
- Herschrijf, bewerk en proeflees je werk, maar niet als je aan het brainstormen bent.
Advertentie
Bronnen
- ↑ http://pinyin.info/readings/texts/ezra_pound_chinese.html
- ↑ http://www.elmoreleonard.com/index.php?/weblog/2008/09
- ↑ http://opinionator.blogs.nytimes.com/2012/07/02/semicolons-a-love-story/
- http://learning.blogs.nytimes.com/2012/09/20/writing-rules-advice-from-the-new-york-times-on-writing-well/
- http://www.bizcommunity.com/Article/196/18/79939.html
- http://www.brainpickings.org/index.php/2012/02/07/david-ogilvy-on-writing/
- http://www.pickthebrain.com/blog/george-orwells-5-rules-for-effective-writing/
Advertentie