Pdf downloaden Pdf downloaden

Een goed verhaal houdt de aandacht van je lezers vast en zorgt ervoor dat ze meer willen. Om een goed verhaal te kunnen schrijven, moet je bereid zijn om je werk net zo vaak na te kijken tot je zeker weet dat iedere zin klopt en een functie heeft. Begin je verhaal door bijzondere personages en een verhaallijn te bedenken. Schrijf vervolgens een eerste versie van het begin tot het eind. Verbeter daarna je verhaal met behulp van een aantal schrijfstrategieën en maak het af door het zo goed mogelijk na te kijken. Het kan zijn dat je de tekst meerdere keren moet lezen en meerdere dingen moet veranderen, maar rust niet uit voordat je helemaal tevreden bent over het eindproduct.

Deel 1
Deel 1 van 4:

De personages en de plot creëren

Pdf downloaden
  1. Brainstorm een beetje om een interessant personage of plot voor je verhaal te bedenken. Het idee voor je verhaal zou afkomstig kunnen zijn van een personage dat je boeit, een interessante plek, of een idee voor de ontknoping. Noteer je gedachten of maak een mindmap , om meer inspiratie te krijgen. Kies er dan één als basis voor je verhaal. Een aantal uitgangspunten die je inspiratie voor een verhaal kunnen geven zijn bijvoorbeeld: [1]
    • Je levenservaringen
    • Een verhaal dat je ergens hebt gehoord
    • Een familiegeschiedenis
    • Een scenario in de trant van: 'wat zou er gebeuren als...'
    • Een nieuwsbericht
    • Een droom
    • Een interessante persoon die je ergens hebt gezien
    • Foto’s
    • Kunst
  2. De personages zijn het meest essentiële onderdeel van je verhaal. Het is de bedoeling dat de lezers zich in je personages kunnen herkennen, en dat de personages de drijvende kracht achter je verhaal zijn. Creëer de profielen van je personages door hun naam op te schrijven, en door zoveel mogelijk persoonlijke gegevens, details met betrekking tot hun uiterlijk, typische karaktertrekjes, gewoontes, wensen, en hun interessantste eigenaardigheden te noteren. Wees hierbij zo specifiek en volledig mogelijk. [2]
    • Maak eerst het profiel van het hoofdpersonage. Schrijf vervolgens de kaartjes met de profielen van de andere belangrijke personages, zoals de tegenspeler. Personages zijn hoofdpersonages als ze een belangrijke rol spelen in je verhaal, bijvoorbeeld doordat ze van invloed zijn op het hoofdpersonage, of een rol spelen bij de ontknoping.
    • Bedenk wat je personages precies willen, en wat ze motiveert. Stel vervolgens de verhaallijn op rondom je personage. Je kunt je hoofdpersonage zijn of haar doel laten bereiken, of het zo kunnen laten lopen dat dat niet lukt. [3]
    • Je kunt je eigen karakterkaarten maken, of modellen op internet zoeken.
  3. Het decor heeft als het goed is een bepaalde invloed op je verhaal, dus kies een achtergrond die iets toevoegt aan de verhaallijn. Probeer te bedenken op welke manier deze achtergrond je personages en hun onderlinge relaties zou beïnvloeden. [4]
    • Een verhaal over een meisje dat dokter wil worden zou bijvoorbeeld heel anders verlopen als het zich rond 1920 zou afspelen, in plaats van rond 2019. Het personage zou dan allerlei extra obstakels moeten overwinnen, zoals seksisme, onder invloed van de tijd waarin het speelt. Je zou dit tijdperk aan de andere kant heel goed kunnen gebruiken als je verhaal over doorzettingsvermogen gaat, omdat je op die manier goed kunt laten zien hoe je personage zijn of haar dromen najaagt, in weerwil van de sociale normen.
    • Een ander voorbeeld is een verhaal schrijven over een kampeeravontuur. Als dat zich ergens diep in een onbekend bos afspeelt, zal het een heel andere sfeer oproepen dan wanneer je de hoofdpersoon in zijn eigen achtertuin laat overnachten. Bij het verhaal in het bos zou je je kunnen focussen op hoe je personage erin slaagt te overleven in de natuur, terwijl een verhaal in de achtertuin bijvoorbeeld meer over de relatie met zijn of haar familie zou kunnen gaan.

    Waarschuwing: probeer bij het kiezen van een achtergrond wel een periode te kiezen die je een beetje kent. De kans is anders groot dat je fouten maakt in de details, die vervolgens opgemerkt kunnen worden door je lezers.

  4. Creëer een schema voor de plot . Het schrijven van een plotschema zal je helpen te bepalen wat het volgende is dat je moet schrijven. Bovendien helpt het je bij het invullen van eventuele lacunes in de verhaallijn, voordat je daadwerkelijk gaat schrijven. Gebruik je brainstormingsoefening en je karakterkaarten om de plot van je verhaal te creëren. Hier volgen een paar manieren waarop je een plotschema kunt schrijven: [5]
    • Creëer een plotschema dat bestaat uit een beschrijving van de scène, een incident waar het verhaal mee begint, toenemende actie, de climax, afnemende actie, en een ontknoping.
    • Maak een traditioneel tekstschema waarin je van de hoofdpunten aparte scènes maakt.
    • Vat iedere scène samen en maak er een lijstje van met bulletpoints.
  5. Het perspectief kan van grote invloed zijn op de stijl van je verhaal, dus kies verstandig. Kies voor de eerste persoon om echt dicht bij het verhaal te kunnen komen. Gebruik de derde persoon als je je op één specifiek personage wilt concentreren, maar wel genoeg afstand van het verhaal wilt kunnen nemen zodat je je eigen interpretatie van de gebeurtenissen toe kunt voegen. Een andere optie is om te kiezen voor het perspectief van de derde persoon in de vorm van een alwetende verteller, als je alles wat er in het verhaal gebeurt met je lezers wilt delen. [6]
    • Eerste persoon (ik) – Eén enkel personage vertelt het verhaal vanuit zijn of haar perspectief. Het verhaal vertelt de waarheid volgens dit ene personage, en de manier waarop hij of zij de dingen ziet is dus niet altijd betrouwbaar. Een voorbeeld: 'Ik liep op mijn tenen over de vloer, in de hoop hem niet te storen.'
    • Derde persoon (hij of zij) – Een verteller vertelt de gebeurtenissen in het verhaal, maar beperkt het perspectief tot één personage. Als je dit perspectief gebruikt, kun je niks zeggen over de gedachten en de gevoelens van de andere personages, maar je kunt wel je eigen mening voor wat betreft de omstandigheden en de gebeurtenissen toevoegen. Bijvoorbeeld: 'Ze liep op haar tenen over de vloer. Haar hele lichaam was gespannen, terwijl ze haar uiterste beste deed om maar geen geluid te maken.'
    • Derde persoon (alwetende verteller) – Een alwetende verteller vertelt alles wat er in het verhaal gebeurt, inclusief de gedachten en de gevoelens van elk van de personages. Een voorbeeld hiervan is: 'Terwijl ze op haar tenen door de kamer liep, deed hij net alsof hij sliep. Ze dacht dat haar zachte stappen hem niet zouden storen, maar ze had het mis. Onder de dekens balde hij zijn vuisten samen.'
    Advertentie
Deel 2
Deel 2 van 4:

Een eerste versie schrijven

Pdf downloaden
  1. Gebruik de eerste twee tot drie alinea’s om je lezer bekend te maken met de omstandigheden. Plaats om te beginnen je hoofdpersonage in het decor. Geef vervolgens een basisbeschrijving van de plek, en neem er details in op om te laten zien in welke tijd het verhaal zich afspeelt. Geef net genoeg informatie om je lezers de kans te geven in hun hoofd het plaatje te vormen.
    • Je zou je verhaal bijvoorbeeld zo kunnen beginnen: 'Esther pakte haar medische verslag uit de modder en wreef de voorkant voorzichtig schoon met de zoom van haar jurk. De jongens snelden lachend weg op hun fietsen, zodat ze de laatste twee kilometer naar het ziekenhuis alleen moest lopen. De zon brandde op het met regen doorweekte landschap, waardoor de frisse ochtend al snel veranderde in een warme, drukkende middag. Door de hitte kreeg ze eigenlijk zin om wat te rusten, maar als ze te laat zou komen wist ze dat de docent dat als een excuus zou gebruiken om haar de toegang tot de opleiding te ontzeggen.'
  2. Een probleem zal functioneren als een gebeurtenis aan het begin die je verhaallijn op gang brengt en je lezer geboeid houdt. Probeer te bedenken wat je personage wil, en waarom dat niet lukt. Creëer vervolgens een scène die je personage laat zien terwijl hij of zij tegen dit probleem aanloopt.
    • Laten we bijvoorbeeld zeggen dat de klas van Esther de kans krijgt om met echte patiënten te werken, en dat ze graag gekozen wil worden als één van de studenten die dat mogen gaan doen. Maar als ze bij het ziekenhuis komt, krijgt ze te horen dat ze alleen als verpleegster mag gaan. Dit vormt de opzet van de verhaallijn waarbinnen Esther probeert haar plek als arts in opleiding te veroveren.
  3. Beschrijf je personage terwijl hij of zij bezig is het probleem op te lossen. Neem om je verhaal interessanter te maken, twee of drie uitdagingen op waar je personage mee te maken krijgt op weg naar de climax van het verhaal. Op die manier bouw je voor de lezer de spanning op, voordat je onthult wat er gaat gebeuren. [7]
    • Esther zou bijvoorbeeld het ziekenhuis binnen kunnen gaan als verpleegster, daar op zoek kunnen gaan naar haar studiegenoten, zich kunnen verkleden, waarna ze bijna gepakt wordt, tot ze een patiënt tegenkomt die haar hulp nodig heeft.
  4. De climax is het hoogtepunt van je verhaal. Creëer een gebeurtenis waar je personage tegen moet vechten om te kunnen krijgen wat hij of zij wil. Beschrijf vervolgens hoe je personage ofwel wint, of verliest. [8]
    • In het verhaal van Esther zou de climax zich kunnen voordoen als ze ontmaskerd wordt terwijl ze probeert een patiënt te behandelen die onwel is geworden. Terwijl het ziekenhuispersoneel haar probeert te verwijderen, schreeuwt ze heel hard de juiste diagnose, waardoor de hoofdarts eist dat ze wordt vrijgelaten.
  5. Houd het gedeelte met afnemende actie wel kort, want na de climax zal de lezer niet meer zo gemotiveerd zijn om verder te lezen. Gebruik de laatste paar alinea’s om de verhaallijn af te ronden en om samen te vatten wat er nog gebeurt nadat het probleem is opgelost. [9]
    • De hoofdarts in het ziekenhuis zou Esther bijvoorbeeld een compliment kunnen geven en kunnen aanbieden om haar mentor te worden.
  6. Maak je terwijl je de eerste versie schrijft niet druk over de kwaliteit van het slot. Concentreer je in plaats daarvan op het presenteren van je onderwerp en op de volgende stappen van je personage. Op die manier zal de lezer na blijven denken over het verhaal.
    • Het verhaal over Esther zou er bijvoorbeeld mee kunnen eindigen dat ze rondes met haar nieuwe mentor gaat lopen. Je kunt haar bijvoorbeeld laten nadenken over wat ze zou hebben gemist als ze de regels niet had overtreden om haar doel te bereiken.
    Advertentie
Deel 3
Deel 3 van 4:

Je verhaal verbeteren

Pdf downloaden
  1. Je lezer hoeft niet over iedere gebeurtenis te lezen die heeft geleid tot het probleem van je personage. De lezer heeft niet meer nodig dan een momentopname van het leven van je hoofdpersoon. Kies een inleidende gebeurtenis die je lezer snel bij de verhaallijn betrekt. Op die manier weet je zeker dat je verhaal niet te traag wordt. [10]
    • Je kunt het verhaal bijvoorbeeld beter laten beginnen als Esther naar het ziekenhuis loopt, dan terwijl ze nog geneeskunde aan het studeren is. Maar een nog beter beginpunt is misschien wel het moment waarop ze bij het ziekenhuis aankomt.
  2. Dialogen breken de alinea’s een beetje op, waarmee je de blik van de lezer naar het einde van de pagina leidt. Bovendien geven dialogen je de kans om te laten zien wat je personages denken in hun eigen woorden, zonder dat je hele lange interne monologen hoeft op te nemen. Maak daarom in de loop van het verhaal geregeld gebruik van dialogen om de gedachten van je personages weer te geven. Zorg er wel voor dat alle dialogen bijdragen aan het verloop van de verhaallijn. [11]
    • Het volgende stukje dialoog laat bijvoorbeeld zien dat Esther gefrustreerd is: 'Maar ik ben de beste student van de klas,' verdedigde Esther zichzelf. 'Waarom mogen zij dan wel patiënten onderzoeken en ik niet?'
  3. Het is best moeilijk om gemeen te zijn tegen je personages, maar als je het niet doet, wordt je verhaal te saai. Geef je personages hindernissen of problemen die ervoor zorgen dat ze niet kunnen bereiken wat ze willen. Op die manier zul je ervoor moeten zorgen dat er problemen zijn om op te lossen, zodat ze toch hun doelen kunnen bereiken. [12]
    • Als Esther bijvoorbeeld niet niet naar binnen mag bij het ziekenhuis, is dat voor haar een vreselijke ervaring. En gepakt worden door de beveiligingsagenten zou ook zeer traumatisch zijn.
  4. Maak gebruik van het vermogen van je lezers om te zien, te horen, te ruiken, te voelen en te proeven, om ze meer bij het verhaal te betrekken. Maak de achtergrond dynamischer door je lezer te vertellen welke geluiden er te horen zijn, welke geuren je er zou opmerken, en wat je er zou voelen. Zo zorg je ervoor dat je lezers meer betrokken raken bij het verhaal. [13]
    • Esther zou bijvoorbeeld kunnen reageren op de geur van het ziekenhuis of op het geluid van piepende machines.
  5. Probeer ervoor te zorgen dat je lezers de dingen voelen die je hoofdpersonage voelt. Doe dit door datgene wat je personage meemaakt in verband te brengen met iets universeels. De emoties zullen je lezers als het ware het verhaal intrekken. [14]
    • Esther heeft bijvoorbeeld ergens heel hard voor gewerkt, en krijgt vervolgens de kans niet om het waar te maken door een formaliteit. De meeste mensen hebben in hun leven weleens zoiets meegemaakt.
    Advertentie
Deel 4
Deel 4 van 4:

Je verhaal nakijken en afmaken

Pdf downloaden
  1. Het is lastig om je verhaal meteen na te kijken, omdat je dan de fouten en de dingen die niet kloppen in het verhaal, nog niet zult zien. Laat je verhaal daarom een dag of zelfs iets langer met rust, zodat je er met een frisse blik naar kunt kijken. [15]
    • Door je verhaal uit te printen zul je het vanuit een ander perspectief kunnen bekijken. Dit zou je dus kunnen proberen als je het verhaal er na een paar dagen weer bijpakt om het na te kijken.
    • Je werk even apart leggen is een goed idee, maar let het niet zo lang weg dat je je belangstelling ervoor kwijtraakt.
  2. Door je verhaal hardop voor te lezen, zul je het vanuit een ander perspectief kunnen zien. Op die manier zul je makkelijker fragmenten kunnen herkennen die niet goed lopen, of zinnen die niet goed klinken. Lees het verhaal aan jezelf voor en noteer waar je nog verbeteringen aan moet brengen. [16]
    • Je kunt je verhaal ook aan andere mensen voorlezen en vragen of ze je advies kunnen geven.
  3. Als je klaar bent, laat je verhaal dan lezen aan een collega-schrijver, een schrijfcoach, een klasgenoot, of een vriend of vriendin. En neem het als het kan eens mee naar een boekenclub of naar een schrijversworkshop. Vraag of je lezers je zo eerlijk mogelijke kritiek kunnen geven, zodat je je verhaal nog beter kunt maken. [17]
    • Het kan zijn dat de mensen die het dichtst bij je staan, zoals je ouders of je beste vriend of vriendin, je niet de allerbeste feedback kunnen geven, omdat zij vooral zullen willen proberen je niet te kwetsen. Plekken waar je terechtkunt voor echte, eerlijke kritiek zijn bijvoorbeeld de schrijversgroepen op Schrijvenonline.org, of bij een bibliotheek.
    • Kritiek is alleen maar nuttig als je er open voor staat. Als jij denkt dat je het beste verhaal ooit hebt geschreven, is de kans groot dat je naar niemand zult luisteren, wat je proeflezers ook zeggen.
    • Zorg ervoor dat je je verhaal aan de juiste lezer laat lezen. Als je sciencefiction aan het schrijven bent maar het verhaal aan een vriend laat lezen die zelf graag literaire fictie schrijft, krijg je misschien niet de allerbeste feedback.
    TIP VAN EEN DESKUNDIGE

    Lucy V. Hay

    Scenario-editor, scenarioschrijver en auteur
    Lucy V. Hay is auteur, scenario-redacteur en blogger, en helpt andere schrijvers door middel van schrijfworkshops, cursussen en haar blog Bang2Write. Lucy is producent van twee Britse thrillers en heeft gewerkt als scenario-redacteur en adviseur voor talrijke andere producties en korte films. Ze is schrijfster van het boek 'Writing & Selling Thriller Screenplays' voor de Creative Essentials-reeks van uitgeverij Kamera Books en de vervolgboeken 'Drama Screenplays' en 'Diverse Characters'. Haar misdaaddebuut, het boek 'The Other Twin', wordt op dit moment verfilmd door de voor een Emmy genomineerde makers van 'Agatha Raisin' van Sky voor Free@Last TV.
    Lucy V. Hay
    Scenario-editor, scenarioschrijver en auteur

    Als je goede feedback krijgt, denk er dan eens over om met je verhaal mee te doen aan een wedstrijd voor korte verhalen. Bij sommige wedstrijden voor korte verhalen kun je prijzen winnen, zoals de publicatie van je verhaal in een bundel, of een eenmalige ontmoeting met een uitgever. Zulke dingen kunnen heel waardevol zijn voor je toekomstige carrière. Als je verhaal bijvoorbeeld in een aantal bundels gepubliceerd wordt, kun je dat gebruiken als je je werk naar potentiële uitgevers stuurt. Van de Fintro Prijs voor Spannende Boeken tot de prestigieuze AKO Literatuurprijs; als je één van die wedstrijden wint zul je vanaf dat moment hoe dan ook worden gezien als een schrijver met ervaring van betekenis.

  4. Dat wil zeggen dat je bijvoorbeeld delen moet schrappen, ook al denk je dat ze goed geschreven zijn. Je lezer zal namelijk alleen maar geïnteresseerd zijn in details die belangrijk zijn voor het verhaal. Zorg er bij het nakijken van je verhaal voor dat iedere zin die je laat staan iets over je personages vertelt of het verhaal verder laat gaan. Schrap alle zinnen die dat niet doen. [18]
    • Laten we bijvoorbeeld zeggen dat er een alinea is waarin Esther een meisje in het ziekenhuis ziet dat haar aan haar zus doet denken. Zo’n detail lijkt misschien interessant, maar het werkt niet toe naar de plot en het zegt niks relevants over Esther, dus je kunt het beter weglaten.
    Advertentie

Tips

  • Zorg dat je altijd een schrift bij je hebt, zodat je altijd en overal kunt gaan schrijven zodra er een idee in je hoofd opkomt.
  • Begin niet te snel met het nakijken van je verhaal, omdat de kans dan minder groot is dat je fouten ontdekt, of dingen in de verhaallijn die niet logisch zijn. Wacht een paar dagen en begin pas met nakijken als je je verhaal met uitgeruste ogen kunt lezen.
  • Schrijf kladversies voordat je de uiteindelijke versie gaat schrijven. Dat maakt het nakijken een stuk makkelijker.
  • Dialogen en details zijn onmisbaar als je een pakkend verhaal wilt schrijven. Zorg ervoor dat de lezer zich in je hoofdpersonage kan verplaatsen.
Advertentie

Waarschuwingen

  • Maak je verhaal niet eindeloos lang door allerlei extra informatie toe te voegen die niet van belang is voor de plot of voor de ontwikkeling van je personages.
  • Zorg ervoor dat je de lengte van je zinnen varieert.
  • Kopieer geen dingen uit andere boeken. Als je dat wel doet pleeg je namelijk plagiaat.
  • Kijk je werk niet na en maak geen wijzigingen terwijl je schrijft, omdat je anders het schrijfproces onnodig vertraagt.
Advertentie

Over dit artikel

Deze pagina is 19.116 keer bekeken.

Was dit artikel nuttig?

Advertentie