Pdf downloaden Pdf downloaden

De sluitertijd is de de tijd die de sluiter openstaat om het lichtgevoelige materiaal (vroeger het rolletje, tegenwoordig de digitale sensor) door de lens aan het licht bloot te stellen. De juiste combinatie van belichtingsinstellingen - sluitertijd, diafragma en ISO-gevoeligheid - geeft heldere, contrastrijke foto's. De juiste sluitertijd geeft je de mooie foto's die je wilt.

Deel 1
Deel 1 van 2:

De sluitertijd kiezen

Pdf downloaden
  1. Het belangrijkste dat je wilt is het elimineren van beweging van je camera. Gebruik een kortere sluitertijd om onscherpte door beweging te voorkomen. Probeer in elk geval 1/60 te kiezen voor dit soort foto's. Als je een vaste hand hebt, kan 1/30 ook nog wel een goede foto geven. [1]
    • In deze situatie heeft het veranderen van de sluitertijd in feite geen effect (behalve de mate van belichting) behalve als je onderwerp tijdens het nemen van de foto plotseling een beetje beweegt, dan wordt het onscherp. Maar zelfs dan maakt het de foto slechts een klein beetje vager, behalve als het zo erg beweegt dat het over meerdere pixels wordt uitgesmeerd.
    • Een camera of lens met vibratie-reductie kan ervoor zorgen dat je nog een paar stops langer uit de hand kunt schieten, net als een goede techniek wat betreft het vasthouden van de camera.
    • Door de camera op een stevige ondergrond te zetten, zoals een statief kun je beweging van je camera elimineren, vooral als je een heel lange sluitertijd wilt gebruiken.
  2. Door te bepalen of wat je wilt fotograferen stil staat of in beweging is, kun je de juiste sluitertijd kiezen. Als je iets wilt fotograferen dat beweegt, heb je een korte sluitertijd nodig. [2]
    • Gebruik 1/500 voor het fotograferen van alledaagse gebeurtenissen, sport en bewegende voorwerpen.
    • Gebruik 1/1000 tot 1/4000 als je voorwerpen die dichtbij zijn of erg snel bewegen wilt fotograferen. [3] 1/1000-1/2000 werkt goed als je vogels fotografeert. 1/1000 werkt goed als je een foto van een rijdende auto wilt maken. [4]
    TIP VAN EEN DESKUNDIGE

    Rosalind Lutsky

    Oud-gymnastiekcoach
    Rosalind Lutsky werkte als gymnastiekcoach bij SB Gymnastics aan de Stanford-universiteit. Ze coachte kinderen van 5 tot 12 jaar gedurende haar studietijd op Stanford. Als kind deed ze aan gymnastiek en deed ze samen met haar plaatselijke gymnastiekteam in Minnesota mee aan wedstrijden.
    Rosalind Lutsky
    Oud-gymnastiekcoach

    Rosalind Lutsky, fotograaf, adviseert het volgende: "Eén manier om het concept sluitertijd te begrijpen is om je in te beelden dat je een foto van een waterval maakt. Om de afzonderlijke druppels water te fotograferen kies je voor een kortere sluitertijd, maar om het water van de waterval als een geheel weer te geven kies je voor een langere sluitertijd."

  3. Als je een foto maakt van iets dat beweegt, zal een lange sluitertijd de beweging als een onscherpte weergeven. Dit kan heel mooi zijn bij een actie- of sportfoto. Een lange sluitertijd geeft je een onscherpe achtergrond.
    • Je kunt deze techniek ook gebruiken als je meegaat met de beweging. Je krijgt dan een stilstaand onderwerp en een bewegende achtergrond. Stel hiervoor een sluitertijd van 1/15 in. [5] Volg het onderwerp zodat - relatief, ten opzichte van de camera - de achtergrond meer in beweging is dan het onderwerp, dan wordt de achtergrond vaag.
    • Gebruik een langere sluitertijd als je stromend water fotografeert, als je wilt dat dat onscherper wordt.
  4. Licht beïnvloedt de belichting van je foto. De lichtbron bepaalt wat voor sluitertijd je moet kiezen. Als je veel licht toelaat, kan de foto overbelicht worden. Als je te weinig licht toelaat, wordt de foto onderbelicht. [6]
    • Een korte sluitertijd werkt goed als er veel licht is.
    • Een lange sluitertijd wordt gebruikt als er minder licht is, zodat er meer licht op de sensor kan vallen om de foto te belichten. [7] In situaties met weinig licht, kun je een sluitertijd van een paar seconden gebruiken. [8] Je hebt dan wel een statief of iets anders nodig om de camera op te zetten.
    • Je kunt 's avonds een lange sluitertijd gebruiken. Dan krijg je mooie lichtsporen, van bijvoorbeeld auto's of vuurwerk. Probeer eens een sluitertijd van 2 - 30 seconden om dit effect te bereiken. [9]
    • Als je een actiefoto wilt maken in het donker, kun je de ISO-gevoeligheid verhogen, en een lange sluitertijd gebruiken. Als je een externe flits gebruikt in combinatie met een korte sluitertijd (zoals 1/250), dan kun je de beweging bevriezen. [10]
    TIP VAN EEN DESKUNDIGE

    Rosalind Lutsky

    Oud-gymnastiekcoach
    Rosalind Lutsky werkte als gymnastiekcoach bij SB Gymnastics aan de Stanford-universiteit. Ze coachte kinderen van 5 tot 12 jaar gedurende haar studietijd op Stanford. Als kind deed ze aan gymnastiek en deed ze samen met haar plaatselijke gymnastiekteam in Minnesota mee aan wedstrijden.
    Rosalind Lutsky
    Oud-gymnastiekcoach

    Rosalind Lutsky, fotograaf: "Wanneer ik foto's van de sterren probeer te nemen stel ik mijn sluitertijd vaak in op 30 seconden of langer. Vaak kies ik voor een minuut of langer voor weinig licht. Ik gebruik dan een statief of zoek een andere manier om de camera stil te houden. Ik heb zelfs een keer een steen gebruikt om mijn camera stevig neer te zetten toen ik niets anders had."

    Advertentie
Deel 2
Deel 2 van 2:

De basis van sluitertijden begrijpen

Pdf downloaden
  1. De sluiter is het onderdeel van de camera dat ervoor zorgt dat er geen licht op de sensor kan vallen. Als de camera klikt, opent de sluiter zich kort zodat er een gecontroleerde hoeveelheid licht op de sensor kan vallen. De sluiter gaat dan weer dicht, waardoor hij het licht blokkeert. [11]
    • De sluitertijd is de tijd dat de sluiter open is. Dat betekent dat dit de tijd is dat de beeldsensor van de camera de scène te zien krijgt. Dit is meestal maar een fractie van een seconde.
  2. Sluitertijd wordt gemeten in seconden. Deze tijd varieert van 1/8000 tot enkele seconden lang. Sluitertijden van 1/60 of korter zijn de tijden die het meest worden gebruikt.
    • Alles onder de 1/60 resulteert erin dat foto's onscherp worden als je uit de hand fotografeert, omdat de camera dan niet goed stil gehouden kan worden. Je hebt een statief nodig als je langere sluitertijden gebruikt. [12]
    • Meestal wordt alleen de noemer op de camera aangegeven. "125" betekent bijvoorbeeld 1/125 van een seconde.
    • Met sommige camera's kun je ook foto's maken met sluitertijden van hele seconden, zoals 1, 2 of 10 seconden. Dit wordt gebruikt bij fotografie met weinig licht of beweging. [13]
  3. Om te weten welke sluitertijd je in welke situatie moet gebruiken, moet je eerst weten wat lange en korte sluitertijden zijn. Over het algemeen is 1/60 de standaard sluitertijd die de grens markeert tussen lang en kort.
    • Noemers die groter zijn dan 60, zoals 1/125, 1/500 of 1/2000 zijn korte sluitertijden. Noemers onder de 60, zoals 1/30 en 1/15 zijn lange sluitertijden.
    • Sluitertijden van hele seconden, zoals 1 of 2 seconden, zijn heel lange sluitertijden. [14]
  4. De meeste camera's hebben een voorkeursmodus voor sluitertijden. Daarin kun je sluitertijden kiezen op basis van de foto die je wilt maken, terwijl de camera het diafragma aanpast, zodat je de beste belichting krijgt. [15]
    • Op de meeste camera's is de sluitertijdvoorkeuzestand gemarkeerd met een "S". Op sommige camera's, zoals bij Canon, is het gemarkeerd met "Tv".
    • Je kunt ook in de diafragmavoorkeuzestand foto's maken, dan kiest de camera de sluitertijd terwijl jij het diafragma instelt.
    • In de handmatige stand, gemarkeerd met een "M", stel je zelf de sluitertijd en het diafragma in. [16]
  5. De brandpuntsafstand van je lens kan ervoor zorgen dat je de camera te veel beweegt. Daarom moet je de brandpuntsafstand in overweging nemen als je de sluitertijd bepaalt. Als je een lange brandpuntsafstand hebt, moet je waarschijnlijk een kortere sluitertijd gebruiken. [17]
    • De noemer van de sluitertijd moet in elk geval gelijk, maar misschien wel groter zijn dan de brandpuntsafstand. Bij een 50mm-lens kun je met sluitertijden van niet langer dan 1/50 nog uit de hand fotograferen; bij een 200mm-lens is dat niet langer dan 1/200.
    Advertentie

Tips

  • Je kunt ook de ISO-instellingen aanpassen als je foto's maakt. En je kunt het diafragma instellen.
  • Als de camera de foto's vaak verkeerd belicht, ondanks goed meten en in normale lichtomstandigheden, kan het zijn dat de sluiter gerepareerd moet worden.
Advertentie

Waarschuwingen

  • Raak de sluiter nooit aan met je vingers en blaas er niet op. Dat kan de sluiter beschadigen of er vuil op achterlaten waardoor het gaat corroderen na verloop van tijd. Als er iets mis gaat, kun je de camera beter naar een fotozaak brengen, vooral als hij duur is.
Advertentie

Over dit artikel

Deze pagina is 3.312 keer bekeken.

Was dit artikel nuttig?

Advertentie