PDF download Pdf downloaden PDF download Pdf downloaden

Als je een moeilijke vraag tegenkomt, kan een strategische gok je kansen vergroten om het juiste antwoord te kiezen. Zoek naar contextuele aanwijzingen die je kunnen helpen met een lastig vraagstuk. Kies antwoorden die bekend klinken, al is het maar een subtiel déjà-vu-gevoel. Probeer patronen te ontdekken in juist/onjuist-vragen, en kies 'onjuist' als de vraag absolute waarden bevat, zoals 'alle' of 'geen enkele.' Gebruik het proces van eliminatie voor meerkeuzevragen, zoek naar grammaticale aanwijzingen, en als je twijfelt, kies dan het gedetailleerdste antwoord.

Methode 1
Methode 1 van 3:

Gokken bij juist/onjuist-vragen

PDF download Pdf downloaden
  1. Het is de bedoeling dat je zoveel mogelijk vragen goed beantwoordt voordat je tijd op is. Daarnaast kan het helpen om de correcte antwoorden op de vragen boven en onder een moeilijke juist/onjuist-vraag te weten om een patroon te ontdekken. Gokken aan de hand van een juist/onjuist-patroon is beter dan willekeurig gokken. [1]
  2. Als je bijvoorbeeld weet dat het antwoord op de vragen boven en onder de probleemvraag 'juist' is, dan is de kans relatief groot dat het goede antwoord op de moeilijke vraag 'onjuist' is. Het is minder waarschijnlijk dat het goede antwoord drie keer achter elkaar hetzelfde is. [2]
  3. Absolute waarden zijn woorden die geen uitzonderingen toelaten, zoals 'alle', 'iedereen', 'nooit' en 'altijd.' Er zijn maar weinig dingen die altijd, zonder ook maar enige uitzondering, gebeuren, en dus zijn stellingen die zulke absolute woorden gebruiken meestal onjuist. [3]
    • Als een stelling met een absolute waarde wel juist is, is het meestal een algemeen bekend feit en geen goede vraag voor op een toets.
  4. Het is waarschijnlijker dat gematigdere stellingen juist zijn. Als er ruimte is voor uitzonderingen, is er een grotere kans dat iets ten minste gedeeltelijk juist is. [4]
    • Andere voorbeelden van gematigde woorden zijn 'vaak', 'gewoonlijk', 'zelden' en 'soms'
  5. Ga voor 'juist' als geen van de bovengenoemde tips helpen en je geen flauw idee hebt wat het antwoord moet zijn. Het is gemakkelijker om een feit te herinneren dan iets te verzinnen dat niet waar is, en daarom hebben de makers van toetsen een lichte voorkeur voor vragen waarop het antwoord 'juist' is. [5]
    • Als je bijvoorbeeld struikelt over een vraag zonder absolute of gematigde waarden, en als het antwoord erboven 'juist' is en die eronder 'onjuist', dan kun je het beste op 'juist' gokken.
    Advertentie
Methode 2
Methode 2 van 3:

Gokken bij meerkeuzevragen

PDF download Pdf downloaden
  1. Probeer niet naar de antwoorden te kijken (of bedek ze met je hand) terwijl je de vraag leest. Probeer het antwoord uit je hoofd te raden. Lees dan de antwoorden door en kijk of er een bij zit die op je eigen antwoord lijkt. [6]
  2. Sluit gekke, duidelijk verkeerde, of onlogische antwoorden uit. Als de mogelijke antwoorden getallen zijn, sluit dan het hoogste en laagste getal uit, en kies tussen de opties die in het midden liggen. [7]
  3. Het klinkt misschien nogal simpel, maar de maker van een toets verkijkt zich af en toe op een vraag die alleen met één antwoord een grammaticaal correcte zin oplevert. Lees de vragen en de mogelijke antwoorden zorgvuldig en elimineer de keuzes die geen grammaticaal correcte zin opleveren. [8]
    • Het antwoord op de vraag 'salamanders hebben gifklieren achter de…' kan bijvoorbeeld nooit een het-woord zoals 'gebit' zijn.
  4. Als één keuzemogelijkheid langer en gedetailleerder beschreven wordt dan de anderen, is dat meestal het juiste antwoord. Soms moet het juiste antwoord meer details bevatten zodat het altijd en zonder twijfel correct is. [9]
    • Stel je bijvoorbeeld voor dat er op een rijexamen wordt gevraagd: 'op welke baan moet je zitten als je rechtsaf wilt slaan?'
      A. De linkerbaan
      B. De middelste baan
      C. De baan die het dichtst bij de richting waar je heen wilt zit
      D. Maakt niet uit.
  5. Als maar één vraag de optie alle- of geen van de bovenstaande antwoorden heeft, dan is dat waarschijnlijk het juiste antwoord. [10] Gebruik echter je verstand als je zeker weet dat ten minste één van de keuzemogelijkheden niet klopt.
    • Ook als je het echt niet meer weet en je geen enkel antwoord kunt uitsluiten, vormen 'alle-' of 'geen van de bovenstaande antwoorden' een goede gok. Als deze namelijk tot de keuzemogelijkheden behoren bij alle meerkeuzevragen op een toets, dan zijn ze in ongeveer 65% procent van de gevallen het juiste antwoord. [11]
    Advertentie
Methode 3
Methode 3 van 3:

Beredeneerde keuzes maken

PDF download Pdf downloaden
  1. Vraag of je docent oude toetsen of examens bewaart en of hij/zij die met je wil delen. Zo krijg je een beeld van het type vragen dat je kunt verwachten en kun je patronen ontdekken in de juiste antwoorden. [12]
    • Onthoud dat het altijd beter is om de lesstof goed te leren in plaats van te proberen om je docent te slim af te zijn. Als je de keuze hebt tussen je aantekeningen te bestuderen of erachter te komen hoe vaak 'juist' het correcte antwoord is, dan ben je met leren beter af!
  2. Vraag je docent of zoek zelf uit of er op gestandaardiseerde toetsen punten afgetrokken worden voor onbeantwoorde vragen. Sommige toetsenmakers willen gokken ontmoedigen door alléén punten af te trekken voor fout beantwoorde vragen. Als er geen punten worden afgetrokken voor lege antwoorden, dan is het dus beter om niet te gokken. [13]
    • De Amerikaanse SAT-toets trok bijvoorbeeld punten af bij foute antwoorden, maar sloeg oningevulde vragen over. In 2016 werd die regeling echter weer ingetrokken. [14]
    • Gestandaardiseerde toetsen veranderen continu, dus zorg dat je weet of een vernieuwde test wel of geen punten aftrekt op blanco antwoorden.
  3. Tijdmanagement is vaak de sleutel tot succes voor het maken van een toets. In plaats van te veel tijd te besteden aan het vinden van de beste gok op een lastige vraag, heb je er veel meer aan om snel door de vragen heen te gaan die je vol vertrouwen kunt beantwoorden. Je wilt niet dat je door de tijd heen gaat en zo een gemakkelijke vraag oningevuld moet laten. [15]
  4. Je kunt soms verderop in de toets aanwijzingen vinden voor het antwoord op een moeilijke vraag. Andere vragen kunnen je geheugen helpen of je een contextuele aanwijzing geven die het juiste antwoord op de lastige vraag in de spotlights zet. [16]
    • Stel je bijvoorbeeld voor dat er bij een meerkeuzevraag wordt gevraagd of een weta een plant, insect, vis of zoogdier is en je komt later de vraag 'hoeveel soorten weta's hebben entomologen gevonden?' tegen. Als je weet dat entomologen insecten bestuderen, dan weet je meteen het antwoord op de eerste vraag.
  5. Soms triggert het juiste antwoord een gevoel van déjà vu. Als je twijfelt tussen een bekend antwoord en een antwoord met termen die je nog nooit gezien hebt, kies dan het antwoord dat een belletje doet rinkelen. [17]
    Advertentie

Over dit artikel

Deze pagina is 10.476 keer bekeken.

Was dit artikel nuttig?

Advertentie