Pdf downloaden Pdf downloaden

Wil je naar buiten gaan om te fietsen? Misschien schaam je je dat je nog niet weet hoe je moet fietsen? Of waarschijnlijk heb je gewoon ontzettend veel zin om te beginnen met fietsen, een van de meest plezierige en gezondste manieren om jezelf te verplaatsen! Om te leren fietsen volg je deze stappen.

  1. Asfalt is de eenvoudigste ondergrond om op te fietsen, maar onverbiddelijk als je valt. (Met een juiste remtechniek en goed afgesteld zadel zou dit echter geen probleem moeten zijn. Zie de stappen hieronder voor meer details.) Kort gras of zelfs grind kunnen acceptabele alternatieven zijn voor mensen die bang zijn te vallen, maar pas op: deze oppervlakken maken het moeilijker in evenwicht te blijven en bieden meer weerstand aan fietsbanden. Waar je ook heengaat, zorg dat het vlakke stukken en lichte hellingen heeft (om je op weg te helpen) maar geen smalle paadjes, steile helling of verkeer.
  2. Als dit de eerste keer is dat je fietst, overweeg dan het zadel omlaag te doen zodat je voeten goed bij de grond kunnen als je zit. Je moet ook letten op bandendruk, remmen, en dergelijke. Als je een lange (spijker)broek draagt, stroop dan de rechterpijp op zodat die niet vast komt te zitten in de mechanismen aan de rechterkant van de fiets. Vermijd lange rokken of wijde kleding (die vast kan gaan zitten in de tandwielen of spaken) en luchtige schoenen of schoenen met open teen (waardoor je moeilijker kunt stoppen als je de remmen niet kunt of wilt gebruiken).
    • Fietsen op de stoep is ongepast of illegaal of gevaarlijk in sommige gebieden, vooral in de stad.
    • Helmen zijn noodzakelijk en nuttig.
  3. Tijdens het oefenen is het een goed idee om jezelf een lange afstand te geven om zachtjes te remmen, zodat je klaar bent om af te stappen, indien nodig.
    • Als de remmen van je fiets op het stuur zitten, probeer dan uit welke rem het voor- en welke het achterwiel bestuurt, want dat varieert van land tot land en kan worden aangepast afhankelijk van of je rechts- of linkshandig bent. Om dit te doen til je de voorkant van de fiets op, draai je het wiel met de hand en test apart zowel de linker- als rechterremhendel. De achterrem wordt meestal gebruikt door beginners. De voorrem werkt veel beter om de fiets te stoppen, maar je kunt erdoor ten val komen bij verkeerd gebruik. Als de achterrem het niet doet moet je geleidelijk de voorrem gebruiken totdat de fiets stilstaat. Het is veel beter om gewend te raken aan het gebruik van de voorrem, omdat je hierdoor een veel kortere remafstand hebt dan bij de achterrem. Het is ook belangrijk om te wennen aan het individuele gebruik van de remmen, voor het geval er een het niet doet.
    • Als je fiets geen remmen heeft op het stuur, zal die een terugtraprem hebben. Om te remmen moet je zorgen dat de pedalen ongeveer evenwijdig staan onder je voeten en dan druk uitoefenen op de achterste pedaal alsof je achteruit fietst. Daardoor zal de rem worden ingeschakeld en de fiets zal tot stilstand komen. Pas de benodigde hoeveelheid druk toe.
    • Als je fiets geen versnellingen heeft kan het zijn dat die geen remmen heeft. In plaats van te remmen moet je de fiets vertragen door langzamer te trappen, waardoor je geleidelijk afremt, of remmen door te slippen, wat sneller gaat. Om dit te doen leun je voorover op de fiets om wat van je gewicht van het achterwiel af te halen, ga dan rechtop staan terwijl de pedalen beide horizontaal staan. Omdat de pedalen het achterwiel aandrijven (waar geen gewicht meer op steunt) zal deze blokkeren, waardoor de fiets slippend tot stilstand komt. Fietsen op een fiets zonder versnelling is een stuk lastiger dan op een traditionele fiets en is niet aan te bevelen voor beginners.
  4. Met het zadel omlaag moet dit een makkie zijn.
  5. Duw jezelf met je voeten vooruit op een vlakke ondergrond en raak gewend aan hoe de fiets helt en stuurt. Doe dit totdat je een goed gevoel hebt en vertrouwen in het besturen van de fiets. Probeer jezelf snel vooruit te duwen en te ‘glijden’ met je voeten in de lucht, waarbij je alleen met je handen stuurt. Merk dat je lichaam licht overhelt in de bocht om in evenwicht te blijven als je alleen je handen gebruikt om te sturen. Als je er klaar voor bent, probeer dan bochten te maken met je lichaam in plaats van je handen, en laat de fiets je volgen; je zult merken dat het voorwiel ook automatisch de bocht maakt. Dit is de belangrijkste vaardigheid van het fietsen: balanceren en sturen. Neem zo veel tijd voor deze stap als je nodig hebt om je vertrouwd te voelen.
    • Evenwicht is makkelijker te houden als de fietser sneller gaat. Te langzaam rijden zal de fietser niet veilig houden.
    • Als iemand je helpt bij het oefenen, laat die persoon dan de fiets achter je vasthouden terwijl je probeert het evenwicht te zoeken terwijl je trapt.
  6. Loop met de fiets naar de top van een helling die eindigt met een flink vlak stuk, stap op (houd een of twee voeten aan de grond tot je klaar bent) en rijd naar beneden, waarbij je jezelf natuurlijk laat afremmen door het vlakke stuk onderaan. Stap af en herhaal deze stap indien nodig om gewend te raken aan het gevoel van snelheid, evenwicht (wat nu makkelijker zou moeten zijn door de grotere snelheid) en hellingsgraad.
    • Als je genoeg zelfvertrouwen hebt kun je je voeten op de pedalen zetten en je een paar meter laten meedrijven, probeer je voeten niet neer te zetten, zodat je je evenwicht kunt oefenen.
    • Als je je er prettig bij voelt beide voeten op de pedalen te zetten, oefen dan met geleidelijk remmen terwijl je naar beneden rijdt. Doe dit totdat je je voeten niet meer van de pedalen hoeft te halen.
    • Als je het rijden, trappen en remmen in een rechte lijn onder de knie hebt, oefen dan met lichtjes naar links of rechts sturen.
  7. Doe het zadel iets omhoog, maar nog steeds laag genoeg dat je de grond kunt raken met je tenen terwijl je zit.
  8. Gebruik de technieken die je hebt geleerd (trappen en sturen), maar dit keer blijf je fietsen in plaats van onderaan te stoppen. Oefen flauwe bochten te maken, vervolgens scherpere bochten. Rem tot stilstand en probeer slechts één voet uit te steken om jezelf rechtop te houden.
  9. Zorg dat de pedaal met je voet erop op gelijke hoogte is met de andere (vrije) pedaal, duw die dan omlaag met je voet terwijl je de andere voet op de pedaal brengt en begint te fietsen. Doe dit totdat je je op je gemak voelt bij het starten en stoppen op een vlakke ondergrond.
  10. Fiets vanaf het vlakke stuk de helling op om te wennen aan het extra werk dat gepaard gaat aan bergop fietsen. Leun voorover of ga zelfs staan om jezelf extra kracht te geven. Fiets de helling verschillende keren op en af totdat je beide onder de knie hebt. Hierna kun je halverwege de helling stoppen, en daarna verder omhoog fietsen. Als je dit eenmaal goed kunt, ben je klaar voor zwaarder terrein.
    Advertentie

Tips

  • Als je geen helm/handschoenen kunt krijgen, kan het beter zijn om eerst te oefenen op gras in plaats van stenen. Let op: in sommige gebieden is het bij wet verplicht om een helm te dragen op de fiets.
  • Geef niet op als je een schram of lichte blessure oploopt. Draag zo nodig extra beschermende kleding maar onthoud dat hoe meer je fietst, hoe minder zoiets zal gebeuren.
  • Houd je armen ontspannen terwijl je leert je evenwicht te houden. Het ontwerp van de fiets zorgt dat deze vanzelf in balans blijft zolang je er niet te veel aan doet. (Dit is de reden waarom sommige mensen zonder handen kunnen fietsen.)
  • Zorg dat er een ouder of andere volwassene in de buurt is als je dat wilt.
  • Fietsen is als het leven: je zult (onbewust) in de richting gaan waar je heen kijkt (moeilijk vs. gemakkelijke weg), dus je kunt het best vooruit kijken. (Als je naar een greppel of stoeprand kijkt, zul je daarheen sturen.) Het is goed om je stressniveau in de gaten te houden als er een uitdaging op je pad komt, weet dat je al hebt besloten om ervoor te gaan, dus je kunt net zo goed ontspannen, ademhalen en ervan genieten.
  • Als je geïnteresseerd bent in de natuurkunde achter het besturen van een fiets, fietsbalans en sturen gaat om de beweging dat het achterwiel een kleinere straal maakt dan het voorwiel, waardoor de fiets recht wil gaan. Het hellen op een fiets zorgt niet zozeer dat deze een bocht maakt, als wel dat voor- en achterwiel niet meer zijn uitgelijnd. Als je het fietsen eenmaal onder de knie hebt, kun je dit effect zien als je door een plas fietst en dan een bocht maakt; als je naar je bandensporen kijkt, zie je dat het voorwiel de verkeerde kant opgaat voordat de bocht wordt gemaakt, waardoor er twee paden worden gecreëerd voor de wielen. Motorrijders passen dit vaak toe als tegensturen, waarbij de bestuurder lichtjes stuurt in de tegenovergestelde richting om de voor- en achterwielen uit de lijn te halen, en dan past hij voldoende sturing toe om deze staat van onbalans in de banden zo lang als nodig vast te houden, en het sturen wordt geleidelijk geneutraliseerd zodat het achterwiel weer in lijn komt met het voorwiel. Hoewel dit iets te ver gaat voor dit artikel, kan hetzelfde worden toegepast op fietsen, waar het meer waarneembaar is bij hogere snelheden. Hoewel het theoretisch begrip hiervan niet cruciaal is om een goede fietser te worden, is de praktische toepassing belangrijk om vlotjes en ontspannen te fietsen.
  • Als je eenmaal fietsen hebt geleerd, zal je nooit volledig vergeten hoe het moet.
  • Wees voorzichtig, loop niet te hard van stapel en geef niet op als je valt! Heb vertrouwen!
  • Neem niet aan dat je weet wat andere weggebruikers van plan zijn; neem altijd aan dat je zelf de meest redelijke weggebruiker bent van het moment, door je verantwoord te gedragen en uit te kijken voor anderen, inclusief andere fietsers.
  • Maak je geen zorgen als het een tijdje duurt voor je gewend bent aan de beweging en balans. Blijf eraan werken, want het is een essentieel proces.
  • Het zadel moet alleen tijdens het leren laag staan, als je eenmaal kunt rijden, moet het omhoog worden gesteld om druk op je knieën te vermijden. Je benen moeten bij het trappen bijna volledig kunnen strekken.
  • Zijwieltjes kunnen helpen je het ‘gevoel’ van de fiets te krijgen. Vertrouw er alleen niet te veel op.
  • Op een fiets met versnellingen rijden is moeilijker dan een fiets zonder versnellingen, vooral voor beginners. Onthoud gewoon dat een lagere versnelling als 1 of 2 minder moeite kost, waarbij je wel langzamer gaat. 1 of 2 is aanbevolen voor bergop en recht rijden. Een hogere versnelling als 5, 8 of zelfs 10 afhankelijk van de fiets is meestal beter voor bergaf of ervaren fietsers omdat hoewel het trappen zwaarder gaat, er meer snelheid komt uit een trapbeweging. Dit is ideaal voor bergaf rijden.
  • Zoek een veilige open plek om te oefenen, weg van verkeer. Schoolpleinen, voetbalvelden of een tuin en lege parkeerplaatsen zijn goede oefenplekken.
  • Wees geduldig en wees niet bang om van de fiets te vallen. Dit helpt om de fiets te ‘bevrienden' (dat wil zeggen, vertrouwen en langzaam beginnen).
  • Begin op gras totdat je je vertrouwd genoeg voelt om het op asfalt te proberen.
  • Heb geen haast! Begin langzaam als het je eerste keer is. Ga dan geleidelijk steeds sneller terwijl je vertrouwd raakt met de fiets.
  • Je kunt ook een tok dragen als je dat wilt.
  • Zoek een regel- of handboek op voor de fiets, of iets soortgelijks, in je lokale warenhuis, fietswinkel of gemeentehuis. Zo'n gids zou nuttige tips moeten bevatten voor veilig rijden op de weg en voor fietsonderhoud.
Advertentie

Waarschuwingen

  • Wees alert wanneer je fietst en let op het verkeer.
  • Draag altijd een helm. Bij een ongeluk kan een helm het verschil betekenen tussen leven en dood. Die ene keer dat je een helm vergeet kan je net een ongeluk krijgen. Fietsers zonder helm hebben zelfs 14 keer meer kans op een dodelijk ongeluk dan hun collega's met helm. Nogmaals, als je fietst, onthoud dan altijd dat je een helm moet dragen!
  • Voordat je het verkeer in gaat, moet je meer leren over fietsen en de verkeersregels. Onthoud dat een fiets een wettelijk voertuig is en rijd altijd met het verkeer mee, niet ertegenin. Zelfs als je op een stoep rijdt, rijd dan met het verkeer mee. Een auto die een bocht maakt kijkt vaak niet naar verkeer dat van de andere kant komt, inclusief je fiets.
  • In sommige gebieden is er een minimumleeftijd om op de weg te fietsen. Meestal is dit iets als 12 of 13, tot misschien 17.
  • Rijd niet in het verkeer als je niet weet hoe je: 1) je fiets consequent binnen een meter van de kant van de weg houdt (tenzij er meerdere stroken zijn moet je midden in de correcte baan rijden); 2) richting moet aangeven met je handen; 3) snel achter je moeten kijken terwijl je trapt zodat je achteropkomend verkeer kunt inschatten.
  • Elleboog- en kniebeschermers zijn aan te bevelen voor leerlingen.
  • Leer je kinderen en/of vrienden over de gevaren van te hard rijden, en de fundamentele verkeersborden en signalen.
Advertentie

Benodigdheden

  • Een fiets (liefst een fiets met versnellingen)
  • Een fietspomp (om bandendruk te vergroten)
  • Een helm (optioneel afhankelijk van de wet)
  • Kniebeschermers
  • Elleboogbeschermers
  • Een stille straat of park
  • Zijwieltjes (optioneel)
  • Handschoenen (optioneel, voor betere grip op het stuur)

Over dit artikel

Deze pagina is 19.857 keer bekeken.

Was dit artikel nuttig?

Advertentie